Mijnbouw bedreigt belangrijkste Jamaicaans natuurgebied
Mark Thompson
09 mei 2007
Het woeste Cockpit Country in Jamaica is bedreigd door een bauxietmijn. De Jamaicaanse minister van Landbouw heeft recent weliswaar beloofd dat er geen mijnbouw in het natuurgebied komt. Maar de grenzen van dat gebied worden momenteel hertekend.
Avontuurlijke toeristen en natuurliefhebbers die naar Jamaica trekken, kennen zeker Cockpit Country in het westen van het eiland, met zijn wereldberoemde karstlandschappen, met steile hellingen en diepe komvormige valleien. Het gebied kreeg zijn naam naar de gelijkenis met de arena van een hanengevecht (cockfighting pit in het Engels) en is de grootste intacte gebied van tropisch regenwoud op kalksteenondergrond in Jamaica.
Verschillende dierensoorten komen nergens anders ter wereld voor, zoals de Giant Swallowtail, de grootste vlinder van het Amerikaanse continent. Recent nog ontdekten wetenschappers er een nieuwe soort boomkikker die nergens anders voorkomt. Meer dan zestig plantensoorten zijn uniek voor het gebied, sommige komen alleen op een enkele heuvel voor.
De ondergrond van Cockpit Country bevat ook bauxiet. De Jamaicaanse bauxietindustrie is 1,1 miljard dollar waard en de tweede grootste economische sector van het eiland, na toerisme. De bauxietindustrie stelt meer dan 3500 mensen tewerk.
Eind vorig jaar kende Landbouwminister Roger Clarke een “bijzondere exclusieve prospectievergunning” voor bauxiet toe aan Alcoa Minerals of Jamaica (Jamalco). De milieuwereld steigerde, vooral omdat het achter gesloten deuren gebeurde. De Northern Jamaica Conservation Association organiseerde samen met andere organisaties en de bewoners van het gebied – afstammelingen van weggelopen Afrikaanse slaven - een protestcampagne, en die had succes. De overheid trok de vergunning in en ging rond de tafel.. Eind maart verklaarde Clarke dat er geen mijnbouw komt in Cockpit Country.
Alleen, de betekenis van die belofte hangt af van wat je precies verstaat onder Cockpit Country. En daar wringt het schoentje. Volgens de kaart van het ministeriële Bosbouwdepartement is de grens een ringweg die lang niet het hele te beschermen gebied omgeeft. “De Appleton Valley, de Litchfield and Naussau Mountains vallen erbuiten. Als deze grens erdoor komt, is het beschermde gebied veel te klein”, zegt Diana McCaulay van de Jamaica Environment Trust.