Neushoorn niet meer bedreigd in Swaziland

Nieuws

Neushoorn niet meer bedreigd in Swaziland

James Hall

27 juni 2005

De neushoorns van Swaziland kunnen herademen. De stroperij in het kleine Afrikaanse koninkrijk is met 90 procent afgenomen sinds tien jaar geleden een strenge natuurbeschermingswet in werking trad. De gevaarlijke afname van het aantal neushoorns is volledig tot stilstand gebracht.

Swaziland is een opvallend succesverhaal, zegt natuurbeschermer Ted Reilly, oprichter en directeur van Big Game Parks of Swaziland, een non-profitorganisatie die drie wildreservaten beheert. Reilly was een van de architecten van de Wildwet uit 1994. Die wet was noodzakelijke omdat stropers de neushoornpopulatie dreigden uit te roeien. De parken Hlane en Mkhaya liggen vlakbij de grens met Mozambique. In het begin en het midden van de jaren negentig staken veel stropers de grens over om met kalasjnikovs uit de Mozambikaanse burgeroorlog op neushoorns te jagen.

Op foto’s in de parken kunnen bezoekers zien hoe wreed de stropers te werk gingen. Zo is te zien hoe een neushoorn doodbloedt nadat zijn hoorns afgehakt zijn met kapmessen. De hoorns werden naar het Midden-Oosten en Azië gesmokkeld. In het Midden-Oosten maakten handwerklieden dolken van de hoorns, in Azië dienden ze als ingrediënt in drankjes die volgens de Aziaten potentieverhogend werken.

De Wildwet uit 1994 gaf parkwachters ruime mogelijkheden om stropers op te sporen en desnoods geweld te gebruiken. Voor 1994 mochten ze stropers niet achtervolgen buiten de parken om bewijs te verzamelen. Er kwamen ook hoge boetes op stroperij. De Wildwet van Swaziland is vernieuwend omdat de hoogte van de boete afhangt van de zeldzaamheid van het gedode dier, zegt Reilly.

Na de invoering van de Wildwet daalde de stroperij op alle diersoorten in Swaziland met 90 procent. Op de neushoorn wordt zelfs helemaal niet meer gejaagd volgens het ministerie van Toerisme. Sinds 1992 is er geen neushoorn meer gedood, bevestigt Reilly. In de het wildreservaat Hlane worden gewone jachtpartijen wel toegestaan, omdat die gezien worden als een traditie die weinig schade aanricht.

We hopen dat de Swaziërs zich bewust worden van de rijke natuurlijke erfenis in hun land. Het is een schande dat de leeuw, het symbool van de koning van Swaziland, tijdelijk was uitgeroeid. De leeuw is pas sinds 1993 weer geherintroduceerd. Met de olifant, een ander koninklijk symbool, gebeurde dat in 1985, zegt Reilly. Nieuwe olifanten, neushoorns en leeuwen kwamen uit het Krügerpark in Zuid-Afrika, dat op twee uur rijden van Swaziland ligt. Als we de dieren nog een keer laten uitroeien, dan zullen onze vrienden minder genereus zijn, denkt Reilly. (JS/PD)