Nieuwe burgeroorlog dreigt in Zuid-Soedan
Sam Kniknie
12 augustus 2016
In Zuid-Soedan staat het fragiele vredesakkoord uit 2015 onder druk. Sinds er begin juli geweld uitbrak tussen aanhangers van president Salva Kiir en vicepresident Riek Machar is de rust niet meer weergekeerd. Kiir heeft Machar uit zijn ambt ontheven. Drie jaar geleden leidde een gelijkaardige situatie tot een bloedige burgeroorlog.
De vijfde verjaardag van de jonge Afrikaanse republiek op 9 juli werd ontsierd door bloedige confrontaties tussen milities van president Kiir en vicepresident Machar. Op een tijdspanne van enkele dagen vielen in de hoofdstad Juba honderden doden. Beide leiders riepen hun aanhang toen op tot vrede en stelden op 12 juli een wankel staakt-het-vuren in.
Na de rellen werd vicepresident Machar niet meer in het openbaar gezien. President Kiir stelde daarop een ultimatum dat Machar aanmaande om terug te verschijnen en zo ‘samen aan vrede te werken.’ Machar weigerde echter terug te keren zolang zijn veiligheid niet was gegarandeerd door regionale vredestroepen. Hij werd op 26 juli ontheven uit zijn ambt door de president. Drie jaar geleden leidde een gelijkaardige situatie tot een bloedige burgeroorlog.
Etnische wrijvingen
De conflicten tussen Kiir en Machar en hun aanhangers zijn grotendeels te herleiden tot spanningen tussen twee verschillende stammen. President Kiir behoort tot de Dinka, de grootste etniciteit in Zuid-Soedan. Vicepresident Machar behoort tot de Nuer, de op één na grootste stam.
President Salva Kiir (midden) zet zijn vicepresident Machar buiten
By Al Jazeera English - CC BY-SA 2.0
Toen Zuid-Soedan in 2011 zijn onafhankelijkheid verkreeg werd Salva Kiir president van de nieuwe republiek en werd Riek Machar zijn vicepresident. Die situatie duurde tot 2013. Toen beschuldigde Kiir zijn vicepresident ervan een staatsgreep te plannen. Hoewel Machar die aantijging ontkende werd hij toch buitenspel gezet. Daarop volgde een burgeroorlog die het land bijna twee jaar in de greep hield.
Die burgeroorlog eiste duizenden doden. Meer dan 2 miljoen mensen sloegen op de vlucht. De strijd ging toen tussen het SPLA (Sudanese People’s Liberation Army) van Kiir, vooral bestaande uit Dinka, en het SPLA-IO (Sudanese People’s Liberation Army – In Opposition) van Machar waarvan de kern uit Nuer bestaat.
Honderden Zuid-Soedanezen stierven bij de gevechten begin juli.
In augustus 2015 werd een vredesakkoord tussen beide partijen bereikt. Dat vredesakkoord voorzag erin dat Machar terug vicepresident kon worden en zo de belangen van de Nuer veilig kon zetten. Er gingen negen maanden van onderhandelingen voorbij voor Machar in april 2016 zijn ambt terug opnam.
Het vredesakkoord blijft niettemin heel kwetsbaar. De afgelopen twee jaar zijn er al vaker gevechten tussen de twee etnische groepen geweest.
Ministers buitengezet
Een afscheuring van Machars oppositie liet weten dat ze Taban Deng Gai als tijdelijke vicepresident voordragen. Machar reageerde via zijn woordvoerder dat hij niet akkoord gaat met de aanstelling van zijn vervanger. Gai verklaarde dat hij zich terugtrekt zodra Machar terug op het politieke toneel verschijnt.
Het ontslag van Machar komt niet alleen. Op 2 augustus maakte president Kiir op televisie bekend dat ook zes ministers gelinkt aan Machar hun positie verliezen. De vervangende ministers zijn voorgedragen door de nieuwe vicepresident. De nieuw aangestelde ministers zorgen ervoor dat de etnische evenwichten in de regering verdwijnen.
Economie volledig ingestort
De politieke onrust is niet de enige kwaal die het land teistert. De economische situatie is precair. Zuid-Soedan, dat erg afhankelijk is van zijn olie-inkomsten, lijdt onder de gekelderde olieprijzen.
De regering maakte afgelopen week bekend dat de inflatie het afgelopen jaar met meer dan zeshonderd procent steeg. Dat cijfer is vooral te wijten aan de stijgende voedselprijzen. Honger is daardoor een belangrijke factor geworden.
De voedselonzekerheid neemt alsmaar toe.
Stephen O’Brien, noodhulpcoördinator van de VN, bracht begin augustus een driedaags bezoek aan Zuid-Soedan. Hij sprak over ernstige voedselonzekerheid. Over het hele land worden 4,8 miljoen mensen geconfronteerd met een dreigend tekort aan voedsel.
‘Spanningen zijn nooit verdwenen’
Casie Copeland houdt de situatie in de gaten voor de denktank International Crisis Group. Ze is niet verrast over de recente uitbraak van het geweld: ‘Tijdens het vredesbestand hebben de twee kampen simpelweg hun vijandigheden gepauzeerd terwijl ze naast elkaar bleven leven. Er is geen enkele stap gezet richting unificatie of demobilisatie.’
‘Het vredesakkoord is getekend onder een immense internationale druk’, gaat ze verder. ‘Na het bereiken van het akkoord viel die druk weg en de Zuid-Soedanese partijen gingen terug naar hun oorspronkelijke conflicterende posities. De spanningen tussen de regeringstroepen van Kiir en de oppositie van Machar zijn nooit verdwenen. ’
Meer dan twee miljoen Zuid-Soedanezen zijn op de vlucht.
By Oxfam East Africa - CC BY 2.0
Copeland wijst daarnaast op het belang van de positie die buurlanden Oeganda en Soedan innemen. In de burgeroorlog steunde Oeganda de regeringstroepen terwijl Sudan hulp verleende aan de oppositie.
Copeland verduidelijkt: ‘Een unaniem standpunt van landen uit de regio is cruciaal. Zowel Kiir als Machar weten dat ze een oorlog niet lang kunnen uithouden zonder steun van minstens enkele buurlanden.’ Een recente toenadering tussen Oeganda en Soedan geeft alvast een positief signaal.
Verspreiding van het geweld
Na de rellen van begin juli waarschuwde Casie Copeland voor het risico dat het geweld zich zou verspreiden buiten de hoofdstad Juba: ‘De mogelijkheid dat het conflict uitdijt naar andere gebieden is een reden tot grote bezorgdheid.’
De kans op een nieuw grootschalig conflict neemt toe
By Steve Evans - CC BY 2.0
Die vrees lijkt niet ongegrond. Stephen O’Brien van de VN zei na zijn bezoek dat er gevechten plaatsvinden in gebieden die voordien bekend stonden als relatief stabiel.
Het Zuid-Soedanese nieuwsplatform Radio Tamazuj meldt gevechten op verschillende plaatsen in het land, onder andere in de Upper Nile-staat in het noorden. In dat gebied, voornamelijk bevolkt door Nuer, vonden hevige gevechten plaats tijdens het vorige conflict.