Oliestaten gaan voor alternatieve energie

Nieuws

Oliestaten gaan voor alternatieve energie

Meena Janardhan

21 augustus 2008

De olierijke landen in het Midden-Oosten profiteren volop van de hoge brandstofprijzen, maar tegelijk nemen ze overtuigd deel aan de wereldwijde race naar hernieuwbare energiebronnen. Landen als Saudi-Arabië, Koeweit, de Verenigde Arabische Emiraten en zelfs het veel armere Oman investeren fors in alternatieve energie.

Uit het rapport “REN 21: Renewables Global Status Report 2007” blijkt dat hernieuwbare bronnen nu al 18 procent van de wereldwijde energiebehoefte voor hun rekening nemen. De olieproducerende landen willen niet achterop raken.
“De hoge brandstofprijzen in combinatie met technologische doorbraken en dalende kosten zullen in het voordeel van hernieuwbare energiebronnen spelen”, stelt het Gulf Research Centre (GRC) in Dubai in een rapport.
Experts zijn het erover eens dat het potentieel van hernieuwbare energie enorm is en dat ze verschillende keren aan de globale energiebehoefte kan voeldoen. Volgens het International Energy Agency (IEA) zal het wereldwijde elektriciteitsverbruik in 2050 tussen 113 en 167 exajoule schommelen. Het productiepotentieel van hernieuwbare energiebronnen wordt geschat op bijna 2.500 exajoule per jaar.
Dat hebben ook investeerders stilaan begrepen. “De investeringen in hernieuwbare energie stegen in 2006 met 43 procent tegenover 2005”, vertelt Eckart Woertz, programmadirecteur van het GRC. Ook in de Golfstaten groeit de interesse exponentieel. “Aanvankelijk waren de Golfstaten terughoudend”, zegt Woertz. “Hoewel de omstandigheden er goed zijn, hadden ze het gevoel op een enorme voorraad olie en gas te zitten die nooit zou opraken. Ze gingen dan ook niet op zoek naar alternatieven.”
Maar die houding is snel aan het veranderen in landen als Saoedi-Arabië, Oman, Koeweit en de Verenigde Arabische Emiraten. Zo hebben de Emiraten in januari een deal getekend voor de bouw van twee kernreactors. Ook Koeweit en Bahrein hebben nucleaire plannen.
Veel waarnemers zien die interesse in kernenergie als een antwoord op Irans nucleaire programma, maar er is meer aan de hand. De landen worden zich steeds meer bewust dat olie een eindige grondstof is, en dat ze nu al alternatieven moeten ontwikkelen.

“Overvloedig en schoon”

Ook echte hernieuwbare energie, zoals wind- en vooral zonne-energie krijgt veel aandacht in de Golfstaten. De Saoedische minister voor Olie Ibrahim Al Naimi liet onlangs weten dat zijn land klaar is om van zonne-energie een belangrijke peiler te maken in de nationale energiemix. Hij noemde de energiebron “overvloedig, schoon en voor iedereen beschikbaar”, en wil ook investeren in installaties die elektriciteit halen uit afvalverwerking.
In Oman heeft de regering een stappenplan voor hernieuwbare energie klaar. Er komen onder meer twee grote zonne-installaties in het zuiden van het land met elk een capaciteit van 750 Megawatt. De overheid in Dubai buigt zich op haar beurt over een zonneproject van één miljard dollar, dat aan 10 procent van de nationale energiebehoefte kan voldoen.
De Verenigde Arabische Emiraten zijn nog ambitieuzer: ze willen van Masdar de eerste co2-neutrale stad ter wereld maken, en hebben daar meer dan 22 miljard dollar voor over.
“Veilige energievoorziening, de klimaatverandering en duurzame ontwikkeling eisen een engagement en verstandige investering in een betere toekomst”, zegt sultan Al Jaber, die het project in Masdar leidt. “Dit is niet gewoon een project rond hernieuwbare energie, onze ambities zijn veel groter. Met Masdar willen we een grote rol spelen in de ontwikkeling van oplossingen, en we zijn ervan overtuigd dat we het verschil kunnen maken.”