Permanente segregatie dreigt voor Rohingya in Birma
Carey L. Biron
10 oktober 2012
Mensenrechtenorganisaties vrezen dat de Birmaanse overheid een deel van de stateloze moslimminderheid Royinga permanent wil onderbrengen in "tijdelijke" vluchtelingenkampen.
“Niets wijst erop dat deze mensen uiteindelijk weer naar huis gaan”, zegt John Sifton van Human Rights Watch (HRW). “Segregatie is de status quo geworden.”
Myanmar is bezig met hervormingen na decennia van onderdrukking door het militaire bewind. Nu het land langzaam opener wordt, vormen diepgewortelde etnische en raciale spanningen een hindernis voor het hervormingsproces. De Rohingya worden door velen gezien als een belangrijke testcase.
Myanmar wordt gedomineerd door het boeddhisme, dat traditioneel weinig ruimte liet voor andere religies. Vooral de moslims uit Rakhine, de Rohingya, worden gemarginaliseerd. Begin jaren tachtig werd hen het staatsburgerschap ontnomen, omdat de gemeenschap zou bestaan uit migranten uit Bangladesh. Dat land liet sindsdien tienduizenden Rohingya-vluchtelingen toe. Maar een paar jaar geleden sloot Dhaka de grens voor nieuwe asielzoekers uit Myanmar.
Hoewel de spanningen al veel langer spelen, komt de huidige escalatie voort uit gebeurtenissen in juni, toen een vrouw verkracht zou zijn door drie Rohingya-jongeren. Het incident leidde tot brandstichtingen en geweld. Uiteindelijk werden duizenden Rohingya-huizen verwoest. Bijna 100.000 mensen, Rohingya en leden van andere gemeenschappen (ook bekend als Arakan), werden gedwongen te vluchten.
De regering stuurde troepen om het geweld te smoren. Een beladen besluit, gezien de tientallen jaren van militaire onderdrukking. Maar verschillende rapporten suggereren dat de militairen hun taak relatief goed uitvoerden en dat veel Rohingya zich veiliger voelen door de aanwezigheid van het leger.
De regering heeft ook een commissie ingesteld die moet onderzoeken wat er in juni is voorgevallen. Deze commissie komt binnenkort met aanbevelingen. Een van die aanbevelingen kan zijn om de Rohingya opnieuw het staatsburgerschap te geven. Waarnemers zijn positief over de stappen, maar ze wijzen er wel op dat in de commissie geen leden uit de Rohingya-gemeenschap gevraagd zijn.
Verzoening
Na het geweld in juni zette de overheid vluchtelingenkampen op die sterk in kwaliteit verschilden. Daarna nam het de controle over in het noordelijke deel van Rakhine. Zelfs hulporganisaties werden daar niet toegelaten.
“Iedereen zegt dat het tijdelijk is, maar niemand weet waar dit eindigt”, zegt Sarnata Reynolds, onderzoeker bij Refugees International. Ze deed onlangs een maand lang onderzoek in Rakhine. “De afsluiting van Noord-Rakine en de segregatie van de Rohingya-bevolking in Sittwe (de hoofdstad van Rakhine) wijzen niet op herintegratie of verzoening.”
De toestand in de Rohingya-kampen is duidelijk anders dan in de Rakhine-kampen, zegt Reynolds. Anders dan in de Rakhine-kampen, ontbreken in de Rohingya-kampen adequate sanitaire voorzieningen en onderwijsfaciliteiten. En terwijl de Rakhine-kampen zo gesitueerd zijn dat de bewoners hun leven in de stad kunnen vervolgen terwijl hun huizen herbouwd worden, zijn de Rohingya verplaatst naar buiten de stad. Hun huizen worden niet herbouwd en de regering beperkt hun bewegingsvrijheid.
“Dat betekent dat ze niet kunnen werken en dat de kinderen niet naar school gaan. Deze opvang begint steeds meer te lijken op een permanente situatie, maar men is huiverachtig om een bijbehorende infrastructuur op te bouwen met onderwijsfaciliteiten en gezondheidszorg, omdat dat het permanente karakter versterkt.”
De meeste internationale donoren, onder wie de Verenigde Staten, zijn vooralsnog voorzichtig met het verstrekken van steun in Rakhine, uit angst daarmee de “segregatiestrategie” van de overheid te legitimeren.
“Er is sprake van een segregatiebeleid om geweld en spanningen te voorkomen”, zegt Kelly Clements van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken. “Wij vinden dat, om veiligheidsredenen, moet gebeuren wat noodzakelijk is. Maar dit is geen oplossing op middellange of lange termijn.”