Vlaams project "Energiejacht" verovert Europa
Renée Dekker
07 juli 2013
Na jaren succesvol te zijn geweest in Vlaanderen, is het project “Energiejacht” – ontwikkeld door de Bond Beter Leefmilieu – nu ook aangeslagen in vijftien andere Europese landen. MO* sprak met campagnemedewerker Marc Steens over hoe je zonder grote inspanningen of investeringen toch energie kunt besparen.
Aangekomen in de ruime, zonovergoten tuin van Steens’ zelf gebouwde passiefwoning blijkt wel hoe groot de passie voor milieubewust wonen is bij de campagnemedewerker van Bond Beter Leefmilieu (BBL). Nu vraagt een passiefhuis een flink aantal investeringen, ‘maar in feite kan je ook met kleine aanpassingen en zonder verlies van comfort al een besparing op je energiefactuur verwezenlijken’, aldus Steens.
Meten is weten
‘Vaak hebben mensen geen idee of hun energieverbruik hoog is of niet, waardoor ze bij de eindafrekening soms voor een verrassing komen te staan’. Mensen bewustmaken van hun energieverbruik is dan ook de voornaamste doelstelling van het project “Energiejacht” van de BBL.
‘In huis is verwarming het meest energieverslindend, namelijk ongeveer twee derde van het totale verbruik van een huishouden. Het is dus belangrijk om vooral daarop te besparen.’ En daarom laat Energiejacht de deelnemers aan het project tijdens het stookseizoen wekelijks de meterstanden invullen op de Energiejachtwebsite, het belangrijkste middel om het doel van energiebesparing te bereiken.
‘We vragen de deelnemers ook hun oude jaarafrekening op te zoeken, zodat we een referentiepunt hebben om de besparing in het verbruik te kunnen berekenen.’ Met een ingenieus rekensysteem berekent Energiejacht precies per deelnemer, gemeente en provincie hoeveel energie er bespaard is. In de berekening wordt ook rekening gehouden met bijvoorbeeld strenge winters, zodat het verbruik van opeenvolgende jaren met elkaar vergeleken kan worden.
‘De hoogte van energierekening heb je zelf in de hand’
‘Daarnaast willen we duidelijk maken dat iedereen zijn eigen energierekening onder controle kan houden’, aldus Steens. Hiervoor stelt Energiejacht per deelnemende wijk een energiemeester aan, een persoon die door Dialoog en Ecolife is opgeleid in duurzaam energieverbruik. Deze energiemeester organiseert informatiesessies voor de projectdeelnemers over kleine gedragsveranderingen en aanpassingen die een besparing in verbruik kunnen opleveren.
Aan het project, dat al in 2003 startte onder de naam “Klimaatwijken”, doen zo’n 7.500 gezinnen uit heel Vlaanderen mee. ‘Maar na een aantal jaar bleken organisaties vergelijkbaar met BBL uit heel Europa ook geïnteresseerd’, aldus Steens. Daarom werd besloten om een projectaanvraag in te dienen bij de Europese Unie.
Grieks team bespaarde 65 procent
Deze aanvraag werd gehonoreerd en zo ontstond in 2010 in vijftien Europese landen het project “Energy Neighbourhoods”, zoals de Europese versie van Energiejacht heet. Onlangs ontving de Griekse afdeling van dit project de Europese Prijs voor Energiebesparing.
Een leraar leerde zijn leerlingen hoe ze thuis energie konden besparen. Ze slaagden met glans en bespaarden wel 65 procent op hun totale verbruik. De leerlingen mogen als beloning voor hun inspanningen op citytrip naar Brussel. Het beste Vlaamse team – de IJsberen uit Deinze – bespaarden 35 procent en eindigden daarmee op de zevende plaats.
‘Milieubewust leven èn meer controle over de energierekening, wie wil dat niet?’
Gemiddeld bespaarden de Vlaamse deelnemers 9,2 procent op jaarbasis. ‘Door simpele aanpassingen, zoals het plaatsen van tochtstrippen op deuren of het vervangen van gloeilampen door led- of spaarlampen kan je al bezuinigen. Ook gedragsaanpassingen helpen. Neem bijvoorbeeld een douche in plaats van een bad. Zo spaar je al gauw 60 liter water uit.’
‘Maar in tijden van stijgende energieprijzen mogen mensen geen wonderen verwachten van het project. Ook al besparen ze een flink percentage op hun verbruik, dan nog kan de rekening hoger of gelijk uitvallen met vorig jaar. Ook heeft de winter dit jaar erg lang geduurd, waardoor de stookkosten hoger kunnen uitvallen.’
Iedereen kan energie besparen
Voor armere groepen die het meeste baat zouden hebben bij een lager verbruik, is een kleine investering zoals een spaarlamp soms al te duur. Terwijl juist deze groepen vaker in slechter geïsoleerde huizen wonen met oudere huishoudelijke apparaten, waardoor zij vaak een vrij hoog verbruik hebben. Energiejacht richt zich ook op deze groepen: ‘We werken samen met organisaties die al in contact staan met kansengroepen, zoals het OCMW.’
‘Bij kansengroepen zien we dat milieubewustzijn soms minder aanwezig is. Bijvoorbeeld nieuwkomers die uit het Zuiden komen hebben vaak de neiging om de thermostaat op 25 graden te zetten, omdat het in hun land van herkomst ook warm is. Maar eigenlijk is dat niet nodig en daarvan proberen onze energiemeesters hen dan ook bewust te maken.’
Ook mensen die niet de middelen bezitten om kleine investeringen te doen, kunnen aan energiebesparing doen volgens Steens: ‘Iedereen kan de energiesnoeiers van de netbeheerders aanspreken. Zij komen dan bij je thuis voor een energiescan. Hierbij wordt er gekeken naar wat er verbeterd zou kunnen worden op vlak van energiegebruik. De energiesnoeiers hebben ook een budget om zaken als tochtstrippen en spaarlampen aan te schaffen.’
Energiejacht breidt uit naar Brussel en Wallonië
In de toekomst zal het Europese overkoepelende project stoppen. Steens: ‘Het was al uitzonderlijk dat we twee keer subsidie kregen voor hetzelfde project. Maar ik heb er vertrouwen in dat de Energy Neighbourhood campagnes in de Europese landen op nationaal niveau zullen verder gaan. Men is namelijk erg enthousiast’.
Op Vlaams niveau zal de campagne voortgaan zoals eerder. ‘Maar binnen België bestaan er plannen om de campagne in samenwerking met Inter-Environnement, Ecoconso en APERe uit te breiden naar Brussel en Wallonië. Het project zal er ongeveer hetzelfde uitzien als Energiejacht en zal ook gebruik maken van dezelfde webtool.
‘Binnen Vlaanderen willen we in de toekomst vooral inzetten op kansengroepen. Het is een uitdaging om hen in ons project te betrekken en daarom gaan we de energiemeesters hiervoor extra opleiden. Kansengroepen kunnen een besparing ten slotte het beste gebruiken.’