Vrijhandel leidt niet tot voedselzekerheid, zegt VN-rapport

Nieuws

Vrijhandel leidt niet tot voedselzekerheid, zegt VN-rapport

David Cronin

26 februari 2009

Handelsliberalisering is geen goede manier om voedselzekerheid in arme landen te waarborgen, schrijft de Belgische VN-rapporteur Olivier De Schutter in een nieuw VN-rapport.

Een jaar geleden kreeg India van Europa en de VS de schuld van het mislukken van de onderhandelingen over handelsliberalisering. De Indiase regering wilde veiligheidsmaatregelen inbouwen voor het geval de eigen boeren de internationale concurrentie niet zouden aankunnen. Volgens Olivier De Schutter, de speciale VN-rapporteur voor het recht op voedsel, had India echter helemaal gelijk. Zulke maatregelen zijn “cruciaal”, want regeringen “moeten de vrijheid houden om de binnenlandse markt te beschermen tegen de instabiliteit van de wereldmarktprijzen”.

Waarschuwing

Het rapport, dat de Belgische onderzoeker volgende maand aan de VN-Mensenrechtenraad presenteert, is het eerste onafhankelijke onderzoek naar het effect van het internationale handelssysteem op het recht op voedsel. Het waarschuwt ervoor de landbouw afhankelijk te maken van internationale handel. In arme landen bestaat de landbouw voor 70 procent uit kleine boeren. Er is geen alternatief dan hen te steunen.
Wereldwijd wordt slechts 15 procent van het voedsel internationaal verhandeld, maar toch hebben wereldmarktprijzen “een disproportioneel negatief effect op de kansen van kleine boeren om rond te komen”.
Het “eerlijke speelveld” waar de wereldhandelsregels over spreken, “betekent niets”. De productiviteit van boeren in de armste landen is meer dan honderd keer zo laag als in rijke landen. Vrijhandel zal die kloof niet oplossen, tenzij de lonen en de prijzen in ontwikkelingslanden drastisch omlaag gaan. Dat zal “onvermijdelijk” tot ellende leiden.

Regels nodig

Een “grote ongelijkheid” is dat het handelssysteem grenzen wil stellen aan de steun die regeringen aan boeren mogen geven, maar geen grenzen aan multinationals die de markt willen beïnvloeden. Hier zijn regels voor nodig.
Op dit moment worden bijvoorbeeld grote lappen grond in Afrika opgekocht door producenten van biobrandstof. Volgens Philip Kiriro, president van de Oost-Afrikaanse Boerenfederatie en aanwezig tijdens een seminar over het rapport in Brussel, worden de zorgen van de lokale bevolking “totaal genegeerd”. Er is een wijdverbreid idee dat het land in Afrika “beschikbaar” is, omdat er meestal geen eigendomsrechten zijn. Maar in de praktijk is bijna al het land in publieke handen.