Vrouwenhandel zorgt voor golf van verdwijningen in Argentinië
Marcela Valente
13 maart 2006
De advertenties in de Argentijnse kranten lijken onschuldig: Presentabele jonge vrouwen gezocht voor licht werk. Goede betaling, geen ervaring nodig. Maar de vrouwen die er op in gaan, vallen in handen van gewetenloze prostitutienetwerken. Stilaan wordt de omvang van de mensenhandel in Argentinië duidelijk.
In de arme provincie Jujuy zijn sinds september vorig jaar meer dan 50 jonge vrouwen als vermist gemeld. Ze waren allemaal vertrokken voor een nieuwe baan en daarna verdwenen.
Vorige maand rolde het gerecht een prostitutienetwerk op in de stad Comodoro Rivadavia in de provincie Chubut. Dat sluisde vrouwen uit het arme noorden van het land en uit de buurlanden door naar afnemers in de provincie Santa Cruz. De bende genoot bescherming van de plaatselijke politie en politici uit de streek. Zeker 35 vrouwen hadden zich laten verleiden door de jobaanbiedingen die het netwerk in heel het land publiceerde.
De salarissen van 2.000 euro of meer die in dergelijke advertenties verschijnen, zijn erg verleidelijk voor de talloze jonge werkloze vrouwen in Argentinië. Het land heeft nog maar net een zware crisis achter zich gelaten, en bijna 40 procent van de bevolking leeft nog altijd in armoede.
De kans om aan de ellende te ontsnappen, neemt blijkbaar bij sommige vrouwen alle wantrouwen weg. In dezelfde kranten waar ze hun droomjob vinden, staan vaak ook advertenties waarin wilde studentes of erotische stoeipoezen hun diensten aanbieden aan Argentijnse macho’s. Hete vrouwen uit Paraguay, net aangekomen uit het zuiden of nieuw konijntje van het platteland, staat er. Dat geeft een indruk van waar de netwerken overal actief zijn.
Soms ontvoeren de bendes ook de vrouwen die ze nodig hebben. Ze worden ver van huis weggebracht, opgesloten, geslagen en verkracht. Zonder papieren, constant bedreigd en vaak onder invloed van drugs hebben ze nauwelijks kans om te ontkomen.
De vrouwenhandel is te vergelijken met de ontvoeringen tijdens de Argentijnse dictatuur, vindt het Netwerk Nee tegen Mensenhandel, een samenwerkingsverband van activisten en organisaties die het opnemen voor de slachtoffers van de handel in menselijk vlees. Net als tijdens de Vuile Oorlog genieten de daders straffeloosheid, vindt Sara Torres, de coördinator van het netwerk. Vaak krijgen de prostituees de schuld, terwijl de mensenhandelaars of de hoerenlopers ongestoord hun gang kunnen gaan.
Volgens Torres maakt de staat zich mee schuldig. Vrouwen seksueel uitbuiten is wettelijk verboden in Argentinië, en toch zijn er overal bordelen en seksclubs waar dat gebeurt. Cordoba, de hoofdstad van de gelijknamige provincie, telt 26 als whisky-bars vermomde seksclubs waarvan er maar één een vergunning heeft.
Het Netwerk probeert verdwijningen van jonge vrouwen onder de publieke aandacht te houden. Het volgt bijvoorbeeld de zaak van Marita Verón, een vrouw die in 2002 als 23-jarige in Tucumán werd ontvoerd en nog altijd vermist is. Ze werd intussen opgemerkt in verschillende bordelen in uiteenlopende provincies. Vorig jaar leidde een onderzoek dat haar verwanten in gang hadden gezet tot de bevrijding van 17 andere jonge vrouwen die als sekslaven werden gehouden door een Argentijns netwerk met banden in Spanje. Er werd een hele reeks mensen gearresteerd, maar Verón bleef spoorloos.
Het probleem wordt wel degelijk aangekaart in Argentinië. Deze maand werd de Argentijnse overheid nog aan de schandpaal genageld door Mercedes Assorati, de coördinator van Fointra, een programma om de overheidsinstellingen te versterken in hun strijd tegen de plaag. Assorati stelde dat Argentinië een belangrijke bestemming geworden is voor de internationale vrouwenhandel omdat de netwerken er nauwelijks vervolgd worden.
Vorig jaar coördineerde Assorati vormingsinitiatieven voor 400 Argentijnse rechters en ambtenaren die soms met vrouwenhandel geconfronteerd worden. Dat deed ook de publieke aandacht voor het probleem toenemen. Maar volgens Assorati biedt de Argentijnse staat niet zoveel steun als je wel zou kunnen hopen om vrouwenhandel tegen te gaan of te bestrijden en de slachtoffers bij te staan. (PD/MM)