Watertekort vooral gevolg van slecht beleid
Diego Cevallos
10 maart 2006
Er is genoeg water voor iedereen op aarde, maar meer dan 1,1 miljard mensen hebben geen zuiver drinkwater. Wanbeheer, corruptie en een gebrek aan investeringen zijn belangrijkere oorzaken dan droogte, zegt een nieuw internationaal rapport.
In nogal wat ontwikkelingslanden is drinkbaar water schaars of onbetaalbaar. Dat heeft dramatische gevolgen. In 2002 stierven meer dan 3 miljoen mensen aan besmettelijke ziekten die via water worden overgedragen, rekent het tweede Wereldwaterrapport voor.
De VN stelden het rapport donderdag voor in Mexico-stad. Daar begint op 16 maart het zevendaagse Wereldwaterforum. Duizenden regeringsvertegenwoordigers, zakenmensen en medewerkers van niet-gouvernementele organisaties discussiëren er over initiatieven om drinkbaar water en sanitaire voorzieningen binnen het bereik van iedereen te brengen.
De uitdagingen zijn enorm. De voorbije eeuw is het waterverbruik verzesvoudigd, twee keer sneller dan de aangroei van de wereldbevolking. Intensieve landbouw en waterverspilling doet de grondwaterspiegel in veel landen vervaarlijk dalen. In nogal wat landen bedreigen conflicten over de verdeling van water de vrede. En maar liefst 2,6 miljard mensen hebben geen sanitaire voorzieningen - een probleem dat nauw samenhangt met het gebrek aan goed waterbeheer en een belangrijke oorzaak van besmettingen.
Watertekort hangt vaak samen met armoede, zegt Gordon Young, de coördinator van het World Water Assessment Programme (WWAP), het VN-Waterprogramma. Tekorten aanpakken betekent volgens hem in de eerste plaats de armoede aanpakken. Dat is een opgave voor het beleid. Maar wanbeheer en corruptie zijn er volgens Young voor verantwoordelijk dat investeringen in waterdistributie vaak niet ten goede komen van de mensen die het water het hardst nodig hebben.
In Pakistan kopen rijke boeren ambtenaren om en krijgen zo het alleenrecht op irrigatiewater. Kleine boeren hebben het nakijken. In India betalen verbruikers de medewerkers van watermaatschappijen om valse meterstanden door te geven. Op die manier loopt de overheid belangrijke inkomsten mis die ze zou kunnen investeren in de uitbreiding van het distributienetwerk. Wereldwijd gaat 30 tot 40 procent van het leidingwater verloren door lekken en illegale aansluitingen.
Zelfs van de 1,25 miljard euro die via ontwikkelingssamenwerking naar waterbeheer in arme landen gaat, komt volgens het rapport maar 12 procent bij de meest kwetsbare bevolkingsgroepen terecht. Het bedrag stagneert ook, al zijn de noden enorm. Private investeringen in de watersector lopen zelfs terug. In de jaren 90 pompten waterbedrijven uit de rijke landen 21 miljard euro in de waterdistributie in Latijns-Amerika en Azië. Maar volgens het rapport beginnen die bedrijven zich terug te trekken omwille van de hoge politieke en financiële risico’s. De privatisering van de waterdistributie roept veel weerstand op.
Volgens het Wereldwaterrapport dreigt Afrika bezuiden de Sahara er niet in te slagen het aantal mensen dat geen toegang heeft tot drinkbaar water met de helft terug te dringen tegen 2015. Dat is één van de Millenniumdoelstellingen waartoe de internationale gemeenschap zich in 2000 verplicht heeft. Wereldwijd zullen we er ook niet in slagen het aantal mensen zonder sanitaire voorzieningen te halveren. (PD/ADR)