Wereldbank belooft meer geld voor platteland in Zuiden
Emad Mekay
21 november 2002
De Wereldbank wil meer geld vrijmaken voor de
landbouw en voor projecten op het platteland - microkredieten,
irrigatiewerken, nieuwe wegen, sanitair en steun aan boerenorganisaties. Het
nieuwe plan (Reaching the Rural Poor) zal het budget voor
landbouwprojecten verhogen met 20 procent in 2003 en in 2004, wat neerkomt
op 400 miljoen extra. Het geld is in de eerste plaats bestemd voor de
Afrikaanse landen onder de Sahara en in een latere fase komt ook Oost-Azië
aan de beurt.
De Wereldbank stelt een groei van 3,5 procent voorop voor de landbouw
wereldwijd. Dat is bijna anderhalve procentpunt meer dan in het afgelopen
decennium. Die groei is nodig als we het aantal armen in de wereld willen
reduceren met de helft, becijferde de Bank.
De internationale geldschieter geeft toe dat 400 miljoen dollar absoluut
niet afdoende is om die belangrijke doelstelling te bereiken. De afbouw van
de torenhoge landbouwsubsidies in de rijke landen en een verbeterde toegang
tot de westerse markten zijn twee essentiële voorwaarden voor een gevoelige
reductie van de armoede. Het protectionisme van vooral de grote markten in
het Noorden is een belangrijke reden waarom de ontwikkelingslanden er niet
in slagen om een groter deel van de landbouwmarkt in te palmen.
Een verdere liberalisering van de markt voor landbouwproducten blijft
volgens de Wereldbank het efficiëntste middel voor armoedereductie. Het
economisch potentieel van een verdere vrijmaking is minstens 142 miljard
dollar per jaar. De rijke lande spenderen nu 300 miljard dollar aan
landbouwsubsidies. Dat is zes keer meer dan alle regeringen samen spenderen
aan ontwikkelingssamenwerking.
Ongeveer drievierde van de 1,2 miljard armen ter wereld leven in
landbouwgebieden. De landbouw is goed voor een derde van het bruto
binnenlands product bbp van de lage inkomenslanden.