‘Feministen moeten de richting voor ontwikkeling kiezen’

Opinie

‘Feministen moeten de richting voor ontwikkeling kiezen’

‘Feministen moeten de richting voor ontwikkeling kiezen’
‘Feministen moeten de richting voor ontwikkeling kiezen’

‘Zonder gelijke rechten voor vrouwen, is duurzame ontwikkeling tegen 2030 onmogelijk.’ Op een studiedag over gender en de duurzame ontwikkelingsdoelen (sdg’s) was iedereen het roerend eens met die stelling, al bleek zowat elk woord apart voer voor stevig debat. Vijf opvallende klemtonen om te onthouden.

CC USAID_Image (CC BY-NC-ND 2.0)

CC USAID_Image (CC BY-NC-ND 2.0)​

De wortels van de toekomst

‘Gendergelijkheid is een van de funderende principes van de Agenda 2030 en de sdg’s’, zei Maggi Poppe, ondervoorzitter van ARGO en beleidsmedewerker bij de Vrouwenraad, naast duurzaamheid, strijd tegen armoede en ongelijkheid, welvaart voor allen… Poppe benadrukte tijdens haar inleiding overigens dat de Agenda 2030 niet beperkt is tot de 17 sdg’s en hun 169 indicatoren. ‘De Agenda 2030 wordt op de eerste plaats geformuleerd in de Preambule en de Visie die de doelstellingen voorafgaan. Daar staat het echte programma dat gerealiseerd moet worden.’

Hoe kunnen de duurzame ontwikkelingsdoelen bijdragen tot de versterking van de sociaaleconomische positie van vrouwen? Honderdvijftig vrouwen en mannen schreven zich in voor een volle dag reflectie over die vraag. Het seminarie werd georganiseerd door de Adviesraad Gender en Ontwikkeling (ARGO), woensdag 25 januari. Gie Goris modereerde de dag en werd gevraagd op het einde zijn persoonlijke conclusies te formuleren. In deze bijdrage schrijft hij die “conclusies” uit.Maar gendergelijkheid is niet alleen een basisprincipe, het is ook een basisvoorwaarde. ‘Zonder gendergelijkheid is het realiseren van de duurzame en inclusieve ontwikkeling tegen 2030, zoals geformuleerd en geconcretiseerd in de Agenda 2030, onmogelijk.’

Uiteindelijk moet Agenda 2030 niet alleen vooruitgang realiseren op de afgesproken 17 terreinen: het gaat om niet minder dan een omkering van onze manier van denken, produceren, consumeren en samenleven.

Geen stap achteruit

Het klinkt niet erg ambitieus, maar het is vandaag een opvallend belangrijk streefdoel: de sdg’s en Agenda 2030 mochten in geen geval een stap achteruit betekenen tegenover eerder afgesloten verdragen of engagementen. Leida Rijnhout, die vanuit de internationale ngo’s heel nauw betrokken was bij de onderhandelingen die leidden tot het formuleren van Agenda 2030, stelde dat het niet vanzelfsprekend was om die “No Regression” benadering verankerd te krijgen in de teksten.

Nu er in 2017 op zo veel fronten tegelijk achteruitgang geboekt wordt, is ook heel duidelijk hoe essentieel die “grendel” is. De engagementen voor de strijd tegen klimaatverandering en verlies van biodiversiteit, maar ook voor het versterken van gendergelijkheid, reproductieve rechten en andere vrouwenrechten staan immers voortdurend -en vandaag meer dan vijf jaar geleden- onder druk.

In eigen woorden

De Verenigde Naties zijn vandaag bezig met het bouwen van het statistische apparaat om de vooruitgang op de afgesproken 169 indicatoren te kunnen meten. Iemand grapte dat ze daar hopelijk tegen 2030 mee klaar zullen zijn. Miriam Da Silva Pacheco Nobre, een Braziliaanse feminist, basiswerkster en als landbouwingenieur betrokken bij FAO-onderzoek naar genderdimensies in landbouwstatistieken, stelde fundamentele vragen bij de beheerslogica die achter de excel-cultuur zit.

Praktijkoefeningen met vrouwen in kwetsbare gemeenschappen van Quilombo’s leerden haar dat de zaken die gemeten kunnen worden -zoals de tijdsbesteding van vrouwen of het eventuele bezit van eigen tuingrond- tegelijk heel fundamentele verwachtingen of dynamieken verhullen. Dat leidt Da Silva er ook toe om te stellen dat vrouwen of kwetsbare groepen zich niet zo maar en volledig moeten inschakelen in het discours van de sdg’s.

‘Vrouwen moeten zichzelf blijven organiseren, hun eigen agenda bepalen, en ze moeten dat doen op hun eigen tempo en met hun eigen woorden. Alleen zo kunnen ze erin slagen om de sdg’s te gebruiken voor hun eigen belangen. Onze doelstelling moet zijn om meer autonomie en creativiteit voor vrouwen mogelijk te maken, niet om te voldoen aan wat ingenieus of bureaucraten willen meten.’

Neoliberale verleiding?

Tijdens het publieksdebat  waarschuwden opvallend veel stemmen voor het grote belang dat het sdg-kader hecht aan de rol van bedrijven en privé-investeringen om de doelstellingen te halen. Daarbij werd ook verwezen naar de toespraak van minister De Croo, die inderdaad zijn klassieke nadruk op economische groei om armoede te bestrijden herhaalde. Sommigen waarschuwden onomwonden voor de neoliberale agenda die onderhuids opgedrongen wordt, anderen vreesden dat het enthousiasme voor green growth de hele duurzaamheidsagenda uitholt.

De waarschuwingen tegen het geloof dat economische groei alleen voor de vermindering van armoede kan zorgen, leken echter aan niemand in de zaal gericht, want niemand had dat pleidooi gehouden. Het is ook nuttig om het onderscheid te blijven maken tussen markteconomie en marktfundamentalisme, zoals dat onder de Washington Consensus uitgedragen werd. En het pleidooi voor degrowth zal de Afrikaanse vrouwen in de zaal redelijk exotisch in de oren geklonken hebben.

Toch is de bezorgdheid terecht. Want de fameuze trillion dollar agenda -de gigantische middelen die nodig zijn om Agenda 2030 te realiseren, dreigt de sturende overheden wel degelijk afhankelijk te maken van de keuzes die het bedrijfsleven of de financiële wereld wil maken. Maar wie pleit voor een paradigmashift en voor een echt inclusieve economie en waardigheid voor alle vrouwen, mannen en kinderen, die kan niet zonder een moderne economie die liefst goed draait. Dé uitdaging is om het materiaal- en energiebeslag van de economische activiteit radicaal terug te dringen.

Vrouwen aan de macht

Het gaat niet zomaar om het vervangen mannen aan de macht, het gaat om een structurele wijziging van machtsverhoudingen en beslissingsbevoegdheden. Het gaat om een nieuw evenwicht tussen het mannelijke en het vrouwelijke, want de eenzijdige mannelijke dominantie heeft de wereld in de huidige crisissen gestort.

Om die omwenteling mogelijk te maken, moeten vrouwen en andere kwetsbare groepen tegenmacht opbouwen en machtsposities verwerven. Vrouwen moeten meer greep krijgen op hun eigen tijd, hun eigen ruimte, hun eigen kennis. Ze moeten toegang krijgen tot land, krediet, onderwijs en keuzevrijheid. Daarvoor is macht nodig.

De sdg’s en de hele Agenda 2030 zijn fundamenteel een politieke agenda. Duurzame ontwikkeling en gendergelijkheid zijn geen thema’s voor watjes.