Joaquín Roy - vertaling: Rosemie Coppens
“‘Waarom trekt Obama naar Cuba?’
Joaquín Roy, professor en directeur van het Centrum van de Europese Unie van de Universiteit van Miami, legt het geplande bezoek van president Obama aan Cuba onder de loep. Volgens de auteur maakt deze diplomatieke stap deel uit van het nalatenschap van Obama.
In december 2014 kwam de plotse aankondiging dat de relaties tussen de Verenigde Staten en Cuba hervat werden. De beslissing van Washington en Havana om te praten was nieuws omdat het impliceerde dat Cuba afstand deed van de vroegere eis om het embargo op te heffen. De Verenigde Staten, van hun kant, aanvaardden dat Cuba zich er niet toe verbond veranderingen aan te brengen in het eigen politiek systeem.
Sindsdien volgde elke partij een draaiboek dat op een bepaald moment tot volledige openstelling moet leiden. Wat wij ons moeten afvragen is wat president Barack Obama te winnen heeft bij zijn bezoek aan Cuba op 21 en 22 maart – een beslissing die niet zonder risico is – en wat de motivatie kan zijn voor de vroege datum van het bezoek. Het antwoord ligt zowel in de Cubaanse als de Amerikaanse kalender.
‘De instabiliteit in Venezuela en de nieuwe regering in Argentinië zouden kunnen leiden tot een wijziging van Cuba’s allianties.’
Cuba kan zich, gezien de recente politieke en economische ontwikkelingen in Latijns-Amerika, geen passieve houding meer veroorloven. Het land kan niet wachten tot de omstandigheden veranderen terwijl de regering van Raúl Castro op zijn einde loopt (hoewel dat niet noodzakelijk een regimewissel betekent). Er vinden ingrijpende veranderingen plaats in Latijns-Amerika die ook een onontkoombaar effect zullen hebben in Havana.
Lees ook het dossier Einde van de Linkse Lente
De instabiliteit in Venezuela en de nieuwe regering in Argentinië zouden kunnen leiden tot een wijziging van Cuba’s allianties. Hoewel het te vroeg is voor voorspellingen, kan niet worden uitgesloten dat er een geleidelijke inkrimping van het linkse populisme en een terugkeer naar de invloed van gematigdheid en neoliberalisme zal volgen. Daarom is het prioritair om het evenwicht te bewaren tussen enerzijds de voortdurende aanwezigheid van Cuba in Latijns-Amerika en anderzijds de goede betrekkingen met Washington. Hier komt Obama te hulp.
De president van de VS heeft het voordeel dat zijn riskante onderneming in Cuba geen invloed meer heeft op zijn politieke positie, vandaag of in de toekomst. Hij is bij de volgende verkiezingen namelijk geen presidentskandidaat meer. De Cubaanse kwestie is ook in de belangrijke staat Florida van minder groot belang dan jaren geleden, waar de uitkomst van de verkiezingen nu niet langer daarvan afhankelijk is. De invloed van diegenen die gekant waren tegen normalisering van de relaties en het einde van het embargo, is uitgehold door het verstrijken van de tijd en door omstandigheden.
In de rest van het Amerikaanse grondgebied vormt Cuba geen “probleem”. Dit is duidelijk aan het worden in de Republikeinse en Democratische voorverkiezingen, waar zelfs de kandidaten van Cubaanse origine (Ted Cruz en Marco Rubio) niet kunnen scoren op wat vroeger een pluspunt was. Daarenboven wordt de vraag naar het opheffen van de handelsbarrières als gunstig gezien voor de economie in verschillende Amerikaanse staten die goederen produceren die Cuba nodig heeft en ook effectief wil kopen.
Als we opnieuw kijken naar de rol van Cuba in Latijns-Amerika zien we dat de politieke en sociale spanningen minder druk met zich meebrengen dan in andere delen van de planeet. Cuba verdween als moeial in verschillende gebieden (Afrika, het Caribisch gebied, Zuid-Amerika) en nu neemt Havana zelfs een coöperatieve rol op als bemiddelaar bij binnenlandse conflicten (Colombia), ontstaat er samenwerking in functie van drugscontrole, garandeert het land de veiligheid van de toegangswegen naar het Panamakanaal en zal het de Amerikaanse koppigheid omtrent Guantánamo moeten aanpakken.
‘De prioriteit voor het Witte Huis en diens nieuwe bewoner is het ondersteunen van stabiliteit ten zuiden van Key West.’
Cuba vormt enkel een uitdaging voor de Verenigde Staten als het om de eigen instabiliteit gaat. Deze wordt veroorzaakt door de economische achteruitgang, een achteruitgang die van invloed kan zijn op de politieke structuur en interne conflicten kan uitlokken, die (momenteel) enkel ingeperkt kunnen worden door de eigen strijdkrachten en veiligheidsagenten. Maar veiligheidsdiensten in Washington en het Pentagon zijn zich ervan bewust dat de Verenigde Staten de handen al vol hebben met meer explosieve scenario’s in andere delen van de wereld (Midden-Oosten, Azië). De prioriteit voor het Witte Huis en diens nieuwe bewoner is het ondersteunen van stabiliteit ten zuiden van Key West. Dat beseft de Cubaanse president Raúl Castro.
Volgens deze logica zijn een aantal zaken het embargo aan het ondergraven. Enerzijds zien we de enorme stijging van VS-burgers van erkende categorieën (studies, godsdienstige organisaties, diverse hulporganisaties) die Cuba bezoeken en anderzijds zien we duizenden Amerikanen van Cubaanse afkomst die het merkwaardige voorrecht hebben hun families op het eiland te bezoeken. Daar komen dan nog’s de Cubanen die een visum voor de VS krijgen bij: een minimum van 20.000 per jaar werd goedgekeurd door Clinton om een einde te maken aan de migratieproblematiek van 1994. Naast deze nieuwkomers is er de systematische instroom van migranten die de VS bereiken via Centraal-Amerika.
Tot dusver de achtergrond van Obama’s geplande reis naar Cuba. Het eiland en de, voorlopig onduidelijke, evolutie ervan zal deel uitmaken van het nalatenschap van Obama.
Joaquín Roy schreef deze column voor nieuwsagentschap IPS. Vertaling door Rosemie Coppens.