Adders onder het gras van de vrede

Analyse

Adders onder het gras van de vrede

Sara Frederix

24 november 2003

Kruitvat: West-SoedanSpanningen: sinds februari 2003 Betrokken partijen: Sudan Liberation Army (SLA) tegenover de Arabische milities gesteund door de regering in KhartoemInzet: grond, water en het vredesproces tussen Noord en Zuid

Er mag dan al een vredesproces aan de gang zijn tussen het zuiden en het noorden van Soedan, in andere delen van het land flakkeren brandhaarden op die deze wankele vrede al meteen hypothekeren. Vandaag zijn alle ogen gericht op de onderhandelingen tussen de Soedanese president Omar Hassan al-Bashir en John Garang, de rebellenleider uit het zuiden, wiens Sudan People’s Liberation Army (SPLA) al vijftig jaar met tussenpozen in oorlog is met de regering in Khartoem.
Intussen zorgt de verdeel- en heerstactiek van Khartoem voor een nieuw kruitvat in het westen. Daar is een vluchtelingenstroom op gang in het grensgebied tussen Darfur en buurland Tsjaad, meldt Artsen zonder Grenzen. Alhoewel AzG van de Soedanese overheid geen toegang krijgt tot het conflictgebied, horen ze van alle vluchtelingen hetzelfde verhaal: hoe hun dorpen systematisch worden aangevallen, huizen en velden in brand worden gestoken, mannen gemarteld en vermoord, en vrouwen en meisjes verkracht door de Arabische milities die ook in de regio wonen. Sonia Peyrassol, operationeel coördinator voor Tsjaad bij AzG: ‘De crisis blijft onzichtbaar omdat tienduizenden, verspreid in kleine groepjes, vluchten op zoek naar voedsel.’
Aan de basis van het conflict in Darfur ligt het getouwtrek om water en grond tussen de Afrikaanse geïslamiseerde Fur-landbouwers en de Arabische nomadische veetelers. Oude koek, maar sinds de regering in Khartoem de Arabische milities steunt met wapens en geld neemt dit traditioneel getouwtrek de proporties van een gewapend conflict aan. De Sudan Liberation Movement (SLM) en hun gewapende arm Sudan Liberation Army (SLA), aan de zijde van de Fur, klagen al decennia lang aan dat de regering in Khartoem niets in hun regio investeert en hen behandelt als tweederangsburgers ten opzichte van de Arabische nomaden.
Eind jaren tachtig kwam het tot een eerste serieuze ontploffing in Darfur. De toenemende woestijnvorming en het vlotte wapenverkeer via buurland Tsjaad, leidde begin 2003 tot een nieuwe serieuze confrontatie. De eerste gewapende offensieven van het SLA werden door Khartoem prompt beantwoord met een reeks bombardementen en met systematische aanvallen van de Arabische milities op de dorpen van de Fur. Op 3 september 2003 werd een staakt-het-vuren voor zes weken overeengekomen, maar dit werd vaker geschonden dan gerespecteerd en niemand weet of er hoegenaamd nog over wordt onderhandeld.
Darfur is overigens lang niet de enige conflictzone in Soedan. Ook regio’s in het noorden, zoals de Nubabergen, de regio Zuid Blauwe Nijl en Abyei voelen zich al lang gemarginaliseerd door de regering. Geen van deze conflictregio’s wordt betrokken in het vredesakkoord dat nu in de maak is tussen noord en zuid. De bewegingen in het noorden voeren hun conflicten op, in de hoop zo gehoord te worden en betrokken te worden bij het vredesproces. In Darfur liet de leider van het SLM alvast weten dat “als we niet betrokken worden bij de vrede, we die zeker zullen boycotten.”
Koert Lindijer, Afrika-correspondent van het NRC-Handelsblad, aan de telefoon vanuit Nairobi: ‘Ik wil nog wel zien dat John Garang, als hij straks misschien vice-president wordt, geen troepen stuurt naar Darfur. Het is nog maar de vraag of hij ook daar vredesonderhandelingen opstart. Als de Noord-Zuid vrede het einde is van het vredesproces in Soedan, worden gewoon de kaarten herschud.’ Of hoe een poging tot vrede tegelijk een nieuw kruitvat is.