#BrusselsAttacks: 'Trap niet in de val!'
Gie Goris, Pieter Stockmans, Samira Bendadi
23 maart 2016
MO* contacteerde commentatoren in Afghanistan, India, Jordanië, Libanon en Pakistan, landen waar de haatkaravaan lang voor Brussel toesloeg. We stelden hen vragen die ook voor België en Brussel relevant zijn.
Het eerste wat opvalt: ook vanuit de ruimere Arabische wereld werden de aanslagen in Brussel met afschuw gevolgd. Aljazeera plaatste deze vraag centraal: ‘Waarom doen die jongeren dat? Ze hebben in Europa toch wat ze in hun land van herkomst niet zouden krijgen?’ De Amerikaanse zender Al-Hourra heeft één uur aan de kwestie gewijd met als de centrale vraag: ‘Wat is het probleem van de islam of tenminste van de islam van de terroristen?’
De antwoorden gingen vooral in de richting van de stelling dat de [sociale, geopolitieke en historische] context belangrijker is dan de [jihadistische] ideeën, ‘want die krijgen maar ruimte krijgen omdat die ruimte gegeven werd’. Op Twitter retweet een bekende Egyptische activist #Je suis sick of the shit, terwijl de Tunesische Wajd geen excuses voor terrorisme aanvaardt, waar dan ook.
Geschokte reacties
‘Ik ben in België geweest en de ontspannen sfeer viel me, zoals bijna overal in Europa, echt op. Het is bijna zeker dat dit na 22 maart zal veranderen. Mijn grote zorg is dat een ander klimaat meteen negatief zal uitdraaien voor gewone, onschuldige mensen die als enige ambitie hebben om hun dagelijkse leven te leiden’, meldt Sidarth Bhatia, hoofdredacteur van The Wire vanuit Mumbai. ‘De voorspelbare harde en repressieve reacties leveren op de lange termijn nooit het resultaat op dat ze beloven. Natuurlijk heb je betere inlichtingendiensten nodig, maar tegelijk moet je ook zorgen voor het behoud van het sociale weefsel.’
Vanuit Kaboel vertelt Danish Karokhel, hoofdredacteur van het Afghaanse nieuwsagentschap Pajhwok, dat de hele sociale media in Afghanistan gonsden van sympathieberichten over Brussel. ‘Wij zijn intussen gewoon aan veertig jaar haat en geweld’, zegt Kaokhel, ‘maar we vinden het ongewoon dat dit ook bij jullie plaatsvindt. De terreur verplaatst zich over de hele wereld, en mensen schrikken daar van.’
Hoodbhoy: ‘De kern van het terrorisme is een verdorven ideologie die om zich heen gegrepen heeft en wereldwijd de verbeelding van miljoenen moslims gekaapt heeft’
De Pakistaanse atoomgeleerde en prominent burgeractivist Pervez Hoodbhoy is, zeer tegen zijn zin en zoals elke commentator in Pakistan, een “ervaringsdeskundige”: ‘Pakistan heeft ontelbare terroristische aanslagen gekend de voorbije tien jaar, waarbij meer dan 60.000 dodelijke slachtoffers vielen.’ Dat maakt dat Hoodbhoy er heel uitgesproken ideeën over religieus terrorisme op nahoudt. ‘Ik ben er intussen van overtuigd dat dit soort terrorisme niet ontstaat door een gebrek aan kansen of onderwijs, of door armoede. Dat zijn wellicht versterkende factoren, maar ze vormen niet het hart van het probleem.’
Hoodbhoy: ‘De kern van het terrorisme is een verdorven ideologie die om zich heen gegrepen heeft en wereldwijd de verbeelding van miljoenen moslims gekaapt heeft. En of die ideologie al dan niet iets te maken heeft met de “ware islam” is een debat zonder einde en daarom ook van minder belang.‘
De Jordaanse activist Majdi Khalil ziet dat heel anders. Hij bezweert ons dat IS géén religieuze groep is, maar een wraakmachine, begonnen door jongemannen die door de autoritaire regimes in het Midden-Oosten vervolgd werden zonder dat ze de wet overtreden hadden. ‘Zij zijn gestoorde moordmachines, geen islamitische beweging!’, roept Khalid ons over de smartphone toe. Volgens hem wreken ze zich niet alleen op hun machthebbers, maar ook op het Westen dat hen overleverde aan die dictatoriale regimes, en bovendien het Midden-Oosten verscheurde met aanvalsoorlogen zoals in Irak.
Welke beleidsmaatregelen hadden effectief impact?
‘Veiligheidsmaatregelen zijn alomtegenwoordig en redelijk alledaags geworden’, zegt Sidarth Bhatia, hoofdredacteur van The Wire over de maatregelen die genomen werden in de Indiase grootstad Mumbai. Die stad werd herhaaldelijk getroffen door aanslagen en leverde in 2008 zelfs het sjabloon voor de jihadistische aanslagen die IS sindsdien in onder andere Parijs en Brussel lanceerde. ‘In bijna alle kantoorgebouwen, hotels en shopping centra word je zowel fysiek als elektronisch gecontroleerd voordat je binnen mag. Bewakingscamera’s werden overal geïnstalleerd, en grotere bedragen worden vrijgemaakt voor bewaking en inlichtingenwerk. Mensen voelen zich daar over het algemeen wel veilig bij.’
De Pakistaanse journalist en auteur van belangrijke boeken over gewapend extremisme, Zahid Hussain, zegt dat de belangrijkste stap voor de overheden in Pakistan was om het probleem onder ogen te zien en te erkennen. ‘Jarenlang lieten zowel burgerlijke als militaire overheden betijen, waardoor het extremisme de ruimte kreeg om zich diep in te planten en te verspreiden in de Pakistaanse samenleving. Het was de aanval op de school in Peshawar van december 2014 die voor de ommekeer zorgde. De militaire operaties tegen de vrijhaven in Noord-Waziristan en elders kostten al meer dan 5000 militairen het leven, maar leveren eerste resultaten op. Het is nu van belang om ook de broeihaarden van extremisme in de rest van het land op te ruimen, anders is al dat bloedvergieten misschien voor niets geweest.’
Hoe reageert de bevolking?
‘Ondanks het feit dat terroristische aanslagen in Mumbai doorheen de jaren heel veel slachtoffers gemaakt hebben, is er eigenlijk nooit een uitgesproken reactie vanuit de bevolking geweest’, zegt Sidharth Bhati. ‘Dat had er zeker mee te maken dat de terroristen van buiten de stad en van buiten het land kwamen. Ze werden grotendeels uitgeschakeld en als ze ontsnapten, dan wisten we dat ze achteraf in een ander land verbleven.’
Dat is heel anders in Pakistan, waar de aanslagen bijna uitsluitend door Pakistani gepleegd werden. Toch waarschuwt Pervez Hoodbhoy voor overreacties: ‘België moet uiterst voorzichtig reageren en enkel dienen aanpakken die geweld gebruiken of prediken. Als men ruimer gaat en ook gewone mensen lastig valt, zal dat de frustratie vergroten en de rekrutering voor IS makkelijker maken.’
Rafiq: ‘Het extremisme teert op de extreme reacties die het oproept. Daarom: hou het hoofd koel en helder, en denk goed na voor elke stap’
‘Tegelijk moeten westerse samenlevingen veel nauwer toezien op de ideeën die gepropageerd worden op islamitische bijeenkomsten of in moskeeën. Dat betekent dat er wellicht ruimte voor burgerlijke vrijheden ingeleverd moet worden, maar wellicht is er geen alternatief. In Pakistan hebben we ook gezien dat het succes van islamistische extremisten – dat nog steeds niet terug te dringen lijkt – mogelijk gemaakt werd door de vrijheid die ze genoten om hun moorddadige ideeën te verspreiden.’
‘Uiteraard moet er meer en beter inlichtingenwerk gebeuren,’ reageert Zahid Hussein, vanuit Islamabad, ‘maar tegelijk moet er ook echt iets gedaan worden aan de vervreemding van de moslimbevolking in Europa, want dat is onmiskenbaar de rekruteringsgrond voor het gewelddadige extremisme.’
Danish Karokhel is ook gematigder dan Hoodbhoy, maar ook hij verspilt zjin nuance niet aan de bommenleggers of zelfmoordterroristen: ‘De militanten van IS (of Daesh) en Al Qaeda denken heel helder, maar onmenselijk. We moeten samen voorkomen dat ze nog meer macht en middelen krijgen, want ze zijn in staat de menseheid zelf te vernietigen.’
Zahid Rafiq is Kasjmir-correspondent voor de Indiase kwaliteitskrant The Hindu. Zijn regio leeft al meer dan 25 jaar onder het geweld, soms van nationalistische rebellen, soms van internationale jihadi’s, maar altijd van het Indiase leger. Dat maakt het zo moeilijk om te vergelijken, zegt Rafiq vanuit Srinagar. Toch heeft hij een boodschap voor burgers en overheden in België: ‘Trap niet in de val! Zeker op zo een kritiek moment is het een fatale vergissing om in brede wij-tegen-zij termen te denken en te handelen. Het extremisme teert en groeit op de extreme reacties die het oproept. Integendeel: hoe het hoofd koel en helder, en denk goed na voor elke stap die gezet wordt.’
Oplossen? Doe het zelf!
Vanuit Jordanië zegt Majdi Khalil dat België al een slechte reputatie heeft als het op de behandeling van zijn moslimburgers aankomt. ‘Tegen discrimatie van moslims moet strikt worden opgetreden’, zegt Khalil, ‘want dat druist in tegen de mensenrechten. Bewegingen en media zouden integendeel alle steun en zichtbaarheid moeten geven aan gewone moslims, dat lijkt mij de beste manier om IS te bestrijden in België.’
Naji: ‘Burgers moeten de publieke ruimte letterlijk en figuurlijk “civiliseren” vooraleer milities ze kunnen “militariseren”
Taha Naji, een vooraanstaand activist uit Tripoli, Libanon, signaleert ons dat het belangrijk is dat de agenda niet bepaald wordt door het geweld. ‘Tripoli wordt al jaren geteisterd door een burgerconflict tussen inwoners die het Syrische regime steunen en inwoners die de Syrische opstand steunen. Na twee bomaanslagen in Tripoli in 2013 waren de wapens van de activisten van We Love Tripoli bezems en borstels, om de vernielde straten schoon te vegen en de publieke ruimte te bezetten. Geen militaire bezetting, maar een burgerlijke bezetting door duizenden burgers die weigerden pionnen te worden in een oorlog. Hun manifestatie van verbondenheid over politieke, religieuze en etnische conflicten heen is een verzet tegen de krachten van terreur die verdeeldheid creëren.’
Het is een sterk idee voor een zone in conflict: de publieke ruimte letterlijk en figuurlijk “civiliseren” vooraleer milities ze kunnen “militariseren”.
Dezelfde stem bereikt ons uit Kaboel, waar de Zuid-Afrikaanse cultuur- en conflictexpert Jolyon Leslie zegt dat het in Afghanistan eerder de mensen zijn die het verschil maken dan de overheid. ‘Individuen tonen voortdurend buitengewone moed en mededogen. Bovendien zijn de waarschuwingen die vrienden en familieleden elkaar sturen vaak veel effectiever dan de algemene lockdowns of waarschuwingen van de overheid. Die lockdowns zijn heel soms effectief’, zegt Leslie, ‘maar ze creëren vooral angst en ze maken de levens van gewone mensen onmogelijk. Soms leiden ze tot paniek, omdat ordediensten iedereen gaan bedreigen die in hun gezichtsveld komt.’
Danish Karokhel pleit vanuit een ander kantoor in Kaboel voor een goed overdachte respons: ‘Zoek heel goed uit wie de daders zijn en of er buitenlandse regeringen of machten achter hun daden staan. Als je daar niét in slaagt, dreig je in een langdurige cyclus van geweld te verzeilen, zoals wij in Afghanistan.’
Jolyon Leslie is vooral onder de indruk van de snelheid waarmee het leven in Brussel zich lijkt te hernemen – rekening houdend met de schaal van de aanslagen en vooral met het feit dat ze zo extreem uitzonderlijk zijn. ‘Ik weet niet of dat een bewuste manier is om de doelstellingen van de terroristen te ondermijnen, maar de manier waarop mensen op dinsdagavond al samenkwamen en ook elders wakes plannen, lijkt me een heel effectieve manier om met de onrust om te gaan. Misschien kunnen we daar in Kaboel nog wat van leren.’