China versterkt grip op fors groeiende sociale media

Analyse

China versterkt grip op fors groeiende sociale media

China versterkt grip op fors groeiende sociale media
China versterkt grip op fors groeiende sociale media

Maarten Lambrechts

29 februari 2012

Volgens het China Internet Network Information Centre (CNNIC) is het aantal Chinese internetgebruikers in 2011 gestegen tot 513 miljoen. Daarmee benen de Chinese internetgebruikers bijna de Engelstaligen bij, de grootste groep internetters. Ook op de sociale media zijn de Chinezen sterk aanwezig: het aantal gebruikers van Weibo, het Chinese equivalent van Twitter, steeg tot 250 miljoen. Om de grip op de moeilijk te controleren sociale media niet te verliezen, verbood Beijing begin 2012 het gebruik van pseudoniemen op sociale netwerken. Iedere gebruiker moet voortaan zijn echte naam registreren.

De nieuwe maatregel is niet van toepassing op Facebook, Twitter en YouTube. Die zijn door de “Great Firewall” immers niet toegankelijk in China. Het zijn de Chinese equivalenten van de alom bekende zoekmachines en sociale netwerken (zie kader) die de maatregel moeten invoeren.

China 2.0

Weibo

Een weibo is een microblog, zoals Twitter. China heeft verschillende weibo’s, maar weibo.com is met 250 miljoen geregistreerde gebruikers de populairste. Op 23 januari, Chinees nieuwjaar, brak weibo.com het record ‘tweets per seconde’ van Twitter: in de eerste minuut van het nieuwe jaar werden per seconde meer dan 32.000 tweets de wereld in gestuurd.

Renren

Renren (“Ieders website”), het Chinese Facebook zeg maar, werd opgericht in 2005, heeft 160 miljoen geregistreerde gebruikers en is genoteerd op de beurs van New York.

Baidu

Baidu, een zoekmachine, is de vijfde meest bezochte website ter wereld (na Google, Facebook, YouTube en Yahoo!). Net als Google is Baidu veel meer dan een zoekmachine en biedt het onder meer kaarten, een encyclopedie en video’s aan. In 2010 maakte Baidu meer dan 420 miljoen euro winst.

De Chinese internetbedrijven worden sterk in de gaten gehouden door de overheid. Twitter-clone Fanfou.com werd zo ten tijde van de twintigste verjaardag van de Tien An Men-protesten en de rellen in Xijnjiang in 2009 voor bijna anderhalf jaar gesloten. Om niet hetzelfde lot beschoren te worden, doen de Chinese internetbedrijven aan zelfcensuur: in een interview met Forbes Asia gaf Weibo-baas Charles Chao toe dat honderd werknemers 24 uur per dag de berichten van de gebruikers van de microblogsite screenen en indien nodig blokkeren. Zoekresultaten voor ‘Egypte’ en ‘Jasmijn’ werden geblokkeerd ten tijde van het begin van de Arabische revolutie.

Begin 2009 waren er nog meer dan veertien miljoen Chinese websites (met .cn als extensie). Door de eis van het CNNIC om een bedrijfslicentie en een identiteitskaart voor te leggen bij het registreren van een website, is het aantal Chinese websites intussen gedaald tot iets meer dan drie miljoen en hebben de Chinezen de Duitse (.de), Britse (.uk), de Nederlandse (.nl) en de Europese (.eu) websites moeten laten voorgaan als meest talrijke.