Conflict in Oost-Congo eist hoge tol

Analyse

Conflict in Oost-Congo eist hoge tol

Stephanie Kale, Gervais Manou, Peter Dhondt en Imke van den Akker

14 november 2008

Het aanhoudende conflict in Oost-Congo eist een hoge tol, vrouwen en kinderen zijn de grootste slachtoffers. De landbouw, het onderwijs, de gezondheidszorg en het zakenleven zijn zo goed als stilgevallen in het oorlogsgebied. Bij de recente gevechten om de Oost-Congolese stad Kiwanja zijn misschien oorlogmisdaden gebeurd.

Kiwanja ligt 80 kilometer ten noorden van Goma, de hoofdstad van Noord-Kivu. De VN stelden een onderzoek in nadat de mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch had gemeld dat inwoners van Kiwanja in hun huizen waren vermoord bij een offensief van regeringsgezinde Mai Mai-milities om de stad in te nemen en later ook na het vertrek van die strijders, toen het CNDP van Laurent Nkunda de stad weer onder controle bracht.
Bij de acties kwamen minstens 26 mensen om het leven. Volgens de VN vielen sommige van de slachtoffers in kruisvuur, maar werden andere terechtgesteld. Human Rights Watch zegt dat beide kampen burgers ombrachten waarvan ze vermoedden dat ze de tegenpartij steunden. Volgens het hoofd van de VN-missie in Congo (Monuc), Alan Doss, was er Kiwanja sprake van ‘gerichte moorden op burgers door verschillende gewapende groepen.’ Dat komt volgens hem neer op ‘oorlogsmisdaden’.
Soldaten van het Congolese regeringsleger maken zich dan weer schuldig aan plundering en verkrachting in verscheidene dorpen in Oost-Congo. Vooral uit de regio rond Kanyabayonga - 175 kilometer ten noorden van de provinciehoofdplaats Goma - zijn ze aan het plunderen gegaan.

Kinderen eerste slachtoffers

Alles samen zijn nu al 250.000 Congolezen op de vlucht sinds de uitbraak van het geweld in augustus. Kinderen zijn de eerste slachtoffers van de gezondheidsproblemen die de vluchtelingen bedreigen. Ondervoeding en gevaarlijke ziekten als malaria en diarree eisen een hoge tol.
De onveiligheid bemoeilijkt het werk van de hulpverleners. Kinderen krijgen ook te maken met seksueel geweld of worden onder dwang gerekruteerd door de strijdende partijen.

Gedood tijdens bevalling

Na de kinderen zijn het de vrouwen die de hoogste prijs betalen voor het conflict. ‘Net als iedereen lopen ze gevaar gedood of gewond te raken, maar ze moeten ook beducht zijn voor verkrachting’, zegt Justine Mesika, een activiste van Synergies des Femmes, een vrouwenorganisatie in Goma.
Er zijn veel schrijnende verhalen te horen in Noord-Kivu. ‘De voorbije week voerde een arts een keizersnede uit in een vluchtelingenkamp’, zegt Jo Lusi, een arts in een ziekenhuis in Goma. ‘Middenin de operatie werd hij doodgeschoten. De patiënte werd met een open buik naar het ziekenhuis gebracht waar ik de operatie moest voortzetten.’
Oxfam International liet al eerder weten dat de Congolese bevolking te maken heeft met  een flinke verhoging van gedwongen arbeid, verkrachting en wijdverspreid barbarisme. Juliette Prodhan, hoofd van Oxfam in de Democratische Republiek Congo: ‘Afgelopen week waren er meer dan 66 meldingen van verkrachting.’

‘We zorgen ervoor dat de bevolking zich zonder schrik en zonder gevaar kan verplaatsen.’

Relatieve rust in Goma

In Goma rijden er weer minibusjes en motortaxi’s rond. De VN-vredesmacht Monuc en het Congolese leger patrouilleren op de grote wegen. ‘We zorgen ervoor dat de bevolking zich zonder schrik en zonder gevaar kan verplaatsen’, zegt Monuc-chef Alan Doss. Ook ’s nachts wordt er gepatrouilleerd, met hulp van de Congolese politie.
Maar de Monuc zegt dat ze veel meer manschappen nodig heeft om de stad te beveiligen. ‘We hebben maar achthonderd blauwhelmen in de stad’, zegt Alain Le Roy, het algemene hoofd van de vredesmissies van de VN. Intussen groeien hun rangen wel aan met troepen die uit andere provincies worden aangevoerd.
De oorlog is nog niet voorbij. De rebellen hebben een eenzijdig staakt-het-vuren afgekondigd, maar dat wordt niet overal gerespecteerd. De rebellen van het CNDP en soldaten van het regeringsleger leverden dinsdagnacht ook een lang vuurgevecht in de buurt van Kibati, op amper 10 kilometer van Goma.

Onderhandelingen

De Afrikaanse leiders proberen de weg vrij te maken voor onderhandelingen tussen de Congolese president Joseph Kabila en diens Rwandese ambtsgenoot Paul Kagame. Die zou de rebellen van Nkunda helpen, al ontkent de Rwandese regering dat. Het Congolese leger zou dan weer te weinig ondernemen om de Rwandese Huturebellen te ontwapen die na hun aandeel in de Rwandese genocide van 1994 Oost-Congo onveilig maken. Nkunda zegt dat hij de wapens heeft opgenomen om zijn achterban te beschermen tegen die Huturebellen.
Ban Ki-Moon, de secretaris-generaal van de Verenigde Naties, zegt bezorgd te zijn over het geweld. Hij roept alle strijdende partijen op om naar een politieke oplossing te zoeken voor de crisis in de regio. De secretaris-generaal woonde verleden week in Nairobi (Kenia) een VN-top bij die een eind moet maken aan de crisis.