De minister heeft geen tijd
Is Vlaanderen anno 2010 een ambitieuze speler op het vlak van buitenlands beleid en ontwikkelingssamenwerking? We zouden het graag eens vragen aan minister-president Kris Peeters.
‘We voeren een actief buitenlands beleid… We versterken onze inzet en onze solidariteit voor ontwikkelingslanden.’ Met die woorden affirmeerde Kris Peeters op 13 juli 2009 dat de Vlaamse regering de volgende jaren liever eerste dan tweede viool zou spelen in het concert der naties. Omdat het in totaal maar over vijf regeltjes ging in een regeringsverklaring van meer dan zes bladzijden, wilden we graag wat meer uitleg en concrete voorbeelden vragen aan minister-president Kris Peeters, ook bevoegd voor Buitenlands Beleid en Ontwikkelingssamenwerking.
Er is namelijk wel wat onduidelijkheid over de Vlaamse ambities. In het Pact 2020, dat op 20 januari 2009 werd afgesloten op initiatief van Peeters, klonk het redelijk duidelijk: ‘Tegen 2020 is de huidige bijdrage van Vlaanderen inzake ontwikkelingssamenwerking verdubbeld. Samen met alle gedecentraliseerde besturen bedraagt de bijdrage van Vlaanderen minstens 7 procent van de officiële Belgische ontwikkelingshulp.’ Die twee engagementen leiden echter tot een ander eindresultaat. Een rekensom met de gegevens van 2009 leert dat een verdubbeling van de Vlaamse ODA (dat is het budget ontwikkelingssamenwerking plus de ontwikkelingsuitgaven door de ministeries van Onderwijs, Cutluur, Wetenschappen…) op 86 miljoen euro zou uitkomen, terwijl de verwachting is dat 7 procent van van de Belgische ontwikkelingssamenwerking in 2020 meer dan 200 miljoen euro zou bedragen.
Een half jaar later is Peeters een stuk mistiger. Dan heet het dat ‘Vlaanderen een extra inspanning doet voor de 0,7 procent norm voor ontwikkelingssamenwerking. We starten daarvoor tijdens deze regeerperiode een groeipad dat in de meerjarenbegroting wordt opgenomen.’ De Strategische Adviesraad Internationaal Vlaanderen is dan ook kritisch in zijn Reflectie over de Beleidsnota Buitenlands Beleid, Internationaal Ondernemen en Ontwikkelingssamenwerking van 23 november 2009: ‘De beleidsnota geeft niet aan hoe in de loop van deze legislatuur invulling zal gegeven worden aan deze ambitie of waar de Vlaamse Regering wil staan in 2014.’
Voor opheldering is het nog altijd wachten. Op 14 juli 2009 vertrok onze eerste vraag voor een uitgebreid interview over de Vlaamse ambities op vlak van buitenlandbeleid en ontwikkelingssamenwerking. Driemaal werd een gemaakte afspraak op de valreep geschrapt, sindsdien is het stil. Hallo, mijnheer de MP? (gg)