Een tablet voor ieder kind

Analyse

Een tablet voor ieder kind

Een tablet voor ieder kind
Een tablet voor ieder kind

Maarten Lambrechts

27 juni 2012

De Thaise overheid bestelde halverwege mei 930.000 tablets voor alle leerlingen van het eerste leerjaar. Daarmee gaat Thailand van start met het grootste educatieve tabletdistributieprogramma ter wereld. Er wordt veel hoop gesteld in nieuwe technologieën voor het klaslokaal, maar er zijn ook twijfels over de effectiviteit.

Nu het gamma goedkope tablets steeds groter wordt, denken steeds meer overheden en scholen na over de vervanging van hun grote stapels schoolboeken. De Thaise tablet kost slechts 66 euro per stuk. De Chinese producent meldde dat hij ook onderhandelt met Pakistan, Brazilië en Zuid-Afrika voor leveringen. Shanghai op zijn beurt maakte plannen bekend om alle leerlingen van het basisonderwijs tegen 2015 te voorzien van een tabletcomputer.

Kritiek

Niet iedereen is enthousiast over die onderwijsvernieuwing. Thaise ouders stellen zich vragen over mogelijke negatieve effecten op hun kinderen, zoals spelverslaving en onveilig surfen. Onderwijskundigen wijzen er ook op dat leerkrachten onvoldoende voorbereid zijn op het gebruik van de nieuwe technologie en dat het aanbod beschikbaar lesmateriaal voor de tablet voorlopig nog ontoereikend is.

Een evaluatie van de Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank stelde eerder dit jaar de effectiviteit van nieuwe technologie in het klaslokaal in vraag. In 319 Peruaanse scholen waar kinderen beschikten over laptops van het One Laptop Per Child-programma (OLPC) bleken na de introductie van de laptops geen verbeterde prestaties voor taal en rekenen op te treden. Meer dan 2 miljoen kinderen en leerkrachten in 42 landen, voornamelijk in Latijns-Amerika, werken vandaag met laptops van OLPC.

Tablets droppen

Oprichter Nicholas Negroponte gaat intussen nog een stap verder en maakte bekend dat in twee afgelegen Ethiopische dorpen, waar niemand kan lezen of schrijven, voor elk kind een tablet werd gedropt. Bedoeling is dat de kinderen zelf leren lezen, zonder tussenkomst van een leerkracht en zonder instructies voor de tablet.

De kritiek op het OLPC-programma, met name dat de computers te duur zijn (de vooropgestelde prijs van 100 dollar voor de speciaal voor OLPC ontworpen laptop werd nooit gehaald), dat het programma inefficiënt is (met dezelfde investeringen zouden bijvoorbeeld op het vlak van gezondheid grote stappen voorwaarts gezet kunnen worden) en dat het programma uitgaat van een blind geloof in technologie voor ontwikkeling (“digitaal utopisme”), zal Negroponte met zijn nieuwe initiatief niet doen verstommen.