Elio di Rupo: 'Een praatbarak verandert de wereld niet'

Analyse

Elio di Rupo: 'Een praatbarak verandert de wereld niet'

Elio di Rupo: 'Een praatbarak verandert de wereld niet'
Elio di Rupo: 'Een praatbarak verandert de wereld niet'

Voor de Vlaamse pers is hij de machtigste man van België. De Franstalige pers reageert op zijn charmeoffensief richting Nederlandstalige Belgen dan weer met titels als Elio van Vlaanderen. Wat nooit belicht wordt als het over Elio Di Rupo gaat, is dat de voorzitter van de PS een vaste bezoeker is van het Wereld Sociaal Forum. MO* wou weten of België een andersglobalistisch gidsland wordt met Di Rupo als premier.

In Europa verwatert elke echte grens tot er niet meer dan een grijze vlek van overlappende landen overblijft. Ook in de wereldhandel wordt er alles aan gedaan om grenzen, heffingen en controles in te krimpen tot de stippellijntjes op de landkaarten de laatste herinneringen aan de ooit zo soevereine naties worden. En tegelijk loopt er door de mentale aardrijkskunde van België een onzichtbare maar metershoge Muur die Franstaligen van Nederlandstaligen scheidt. Aan gene zijde van die taalmuur woont -naar verluidt- de machtigste man van het koninkrijk. Ondanks het recente mediaoffensief van Elio Di Rupo, blijft de man achter het vlinderdasje een onbekende ten noorden van de taalgrens.

‘De volledige splitsing van de politieke partijen op basis van taal is een unieke, Belgische vergissing’, zegt Di Rupo. ‘Zoiets vind je nergens anders in de wereld. Ik begrijp perfect de redenering die destijds achter die beslissingen zat -de voortdurende ervaring van de Vlamingen dat ze moesten opboksen tegen de Franstaligen- maar als ik erop terugkijk kan ik niet anders dan het een beetje waanzinnig vinden.’

MO* had een interview met Elio Di Rupo voorzien voor het februarinummer, omdat we wisten dat de PS-voorzitter opnieuw zou afreizen naar Porto Alegre, om er het Wereld Sociaal Forum bij te wonen. De diensten van de Voorzitter waren vriendelijk -en uitermate Nederlandsvaardig- en gemotiveerd om het interview te organiseren, maar de agenda van Di Rupo liet gedurende maanden geen ruimte voor een ernstig gesprek. Toen het begin maart plots toch lukte, lag de eerste vraag voor de hand:

Waarom vindt een overbezet man als Elio Di Rupo het belangrijk om elk jaar een hele week uit te trekken voor de hoogmis van de andersglobalisten?

Elio Di Rupo: Ik vind dat de PS de partij moet worden van de anderspolitiek. Dat wil zeggen dat wij in de politiek alternatieve ideeën en oplossingen willen aanbrengen én dat we meer creativiteit willen in de manier waarop het land bestuurd wordt. In Seattle, Porto Alegre en Mumbai en op alle andere plaatsen waar de andersglobalisten verzamelen blazen, tonen ze telkens aan dat zij -meer dan andere stromingen of bewegingen- beseffen hoe groot de problemen zijn waarmee onze wereld geconfronteerd wordt. Zij zeggen ook duidelijk dat de wereld moet veranderen en bovendien richten ze zich tot de politiek. Dat is zo goed aan het andersglobalisme: het is geen anarchistische revolutie, maar een duidelijke vraag aan de politiek om haar verantwoordelijkheid op te nemen.

Daar komt nog bij dat de beweging er in slaagt om meer politieke inbreng vanuit de civiele samenleving te realiseren dan we gewoon zijn. De participatieve democratie van de andersglobalisten is complementair met de representatieve democratie van verkiezingen, parlementen en partijen. Meteen toen ik aan het hoofd van de PS kwam, heb ik de partij willen vernieuwen aan de hand van de andersglobalistische ideeën en voorstellen. Naar het beeld en de gelijkenis van Porto Alegre wil ik van de PS een linkse, creatieve partij maken.

Zo kennen wij de PS niet.

Elio Di Rupo: De partij die ik geërfd heb, had progressieve ideeën maar een uiterst conservatieve praktijk en structuur. Ik heb geen probleem met de ideeën en de waarden van de PS, wel met de houding en de manier van optreden van sommige verkozenen en vertegenwoordigers van de partij. Ik denk dat we al veel uitgangspunten en standpunten delen met de andersglobalisten. De kwijtschelding van de buitenlandse schulden van de armste landen -daarover zijn we het roerend eens. Hervorming van de internationale instellingen zoals de VN en het IMF -daarover zijn we het eens. Sommigen pleiten voor het afschaffen van de Wereldhandelsorganisatie -dat lijkt me niet haalbaar, maar hervormen moet zeker kunnen. Wat wij dringend van het Wereld Sociaal Forum moeten leren, is hun methode van werken, met alle diversiteit die daarin begrepen is.

Wordt uw enthousiasme gedeeld in de Socialistische Internationale, waarvan u ondervoorzitter bent?

Elio Di Rupo: In het begin zeker niet. Maar ik heb de Internationale stapsgewijs meegenomen naar het WSF en dit jaar hebben wij zelf debatten georganiseerd in Porto Alegre, samen met mensen van het Forum en over thema’s die daar centraal stonden. Dat betekent niet dat we het helemaal eens zouden zijn met alle standpunten die in Porto Alegre ingenomen worden, die zijn trouwens zéér divers. Wij missen het bruisende van de andersglobalisten, zij kunnen de slagkracht van een partij best gebruiken. Want wie niet bruist, stagneert of gaat bergaf. Anderzijds zal een beweging die verzandt tot een praatbarak nooit de wereld veranderen. Wat wij de andersglobalisten kunnen bieden, is een politieke structuur die een aantal van hun eisen kan opnemen en proberen te realiseren.

Ziet u de PS dan als de politieke arm van de andersglobalisten?

Elio Di Rupo: Het zou een ongehoorde vergissing zijn te proberen de andersglobalistische beweging politiek te recupereren. De samenleving heeft behoefte aan de botsende en bruisende ideeën die in het Forum geuit worden. Als ik in Porto Alegre spreek, word ik soms uitgejouwd en krijg ik soms applaus. Dat is geen probleem. Als we maar vooruitgaan in het werkelijke debat dat onze samenlevingen bepaalt, het debat tussen links en rechts, tussen progressief en conservatief. De huidige globalisering draait uit op een systeem waarin een heel klein aantal mensen zéér rijk wordt, terwijl er voor de grote meerderheid niets overblijft. We moeten de wereld iets rechtvaardigers kunnen bieden dan het wilde kapitalisme dat vandaag opgeld maakt. Daarvoor moeten alle progressieven hun krachten bundelen, want de andere kant is zeer goed georganiseerd.

Uw wereldanalyse wordt niet gedeeld door Tony Blair, nochtans óók ondervoorzitter van de Socialistische Internationale.

Elio Di Rupo: Tony Blair is een uitzondering. Hij zit in de Internationale, maar hij is er niet graag gezien en als er morgen een stemming zou zijn over zijn lidmaatschap, dan is hij overmorgen geen lid meer. We hebben zo’n stemming trouwens al minstens twee keer moeten vermijden. Hij analyseert de wereld vanuit het perspectief van zijn land. Hij is wellicht progressief, maar dan binnen de Britse context. De slechtste progressieveling van het continent is nog altijd beter dan de meest progressieve Brit.

Men noemt u de machtigste man van België. U kunt dus zeker enkele mooie ideeën uit Porto Alegre realiseren in de dagelijkse politieke praktijk van België.

Elio Di Rupo: Ik ben begonnen met het invoeren van een budget voor participatie in Bergen. Het is niet langer de top van de administratie alleen die beslist over de investeringen door de gemeente, maar de burgers zelf. We hebben intussen in twee deelgemeenten al wel twintig bijeenkomsten gehad hierover en tegen het einde van de legislatuur wil ik deze aanpak uitbreiden tot alle deelgemeenten. Wij nemen geen enkele doorslaggevende beslissing meer zonder dat we de mensen erover raadplegen. Enkele dagen geleden hadden we een bijeenkomst met 500 mensen in een kleine gemeente om een nieuw mobiliteitsplan te bespreken. De mensen vonden het geen goed plan, dus is het verworpen. Dat is wat we van de participatieve ideeën op het lokale vlak in de praktijk kunnen brengen. Maar we moeten verder gaan.

U zou er bijvoorbeeld voor kunnen zorgen dat de Waalse regering geen toestemming geeft om wapens uit te voeren naar de Tanzaniaanse wapenfabriek van Forrest, New Lachaussée.

Elio Di Rupo: Ik ken dat dossier niet echt goed. De media interesseren zich er niet voor. U bent de eerste die me daarover vragen stelt. Ik besef dat er aan Vlaamse kant veel meer belang gehecht wordt aan de discussie over dit soort beslissingen, en terecht: naast de economische overwegingen moeten ook de ethische overwegingen meetellen. Dat geldt ook voor andere dossiers, zoals het plan van de Wereldhandelsorganisatie om de diensten vrij te maken, het GATS. De paarse regering heeft zich de voorbije jaren behoorlijk progressief opgesteld op internationaal niveau, zeker met Louis Michel als buitenlandminister. Met Karel is het nog te vroeg om te weten hoe hij zich zal opstellen. Zelfs Guy Verhofstadt nam, als voorzitter van de EU, een initiatief om in gesprek te treden met de andersglobalisten.

We hebben de socialisten dus niet nodig om andersglobalistische standpunten in te nemen, dat doen de liberalen al.

Elio Di Rupo: Neeneenee. Het waren de socialisten die aan die kar getrokken hebben. Wíj hebben gepleit voor meer samenwerking met de organisaties en bewegingen. Wíj hebben er in de eerste plaats op aangedrongen dat België van het Europese voorzitterschap gebruik zou maken om het gesprek met deze organisaties aan te gaan. Ik heb vanuit de socialistische partijen in het najaar van 2001 een zevental bijeenkomsten georganiseerd met de andersglobalisten. Dat heeft de media niet gehaald, en het is normaal dat de media zich concentreren op wat de premier doet, maar het toont wel aan dat we niet moeten onderdoen voor de liberalen.

Als u morgen eerste minister wordt, dan wordt België andersglobalistisch?

Elio Di Rupo: Eerst en vooral dit: ik praat nooit vanuit de positie van eerste minister. Ik ben voorzitter van de PS en dat betekent dat ik slechts de voorzitter ben van de belangrijkste politieke partij van 1 procent van de Europese bevolking. Bon, waar ik dus voor pleit, is dat we vanuit de politiek veel meer gebruik maken van de enorme competenties die vandaag aanwezig zijn in de civiele samenleving. Ik ben er van overtuigd dat er bij de andersglobalisten meer specialisten zitten op het vlak van internationale handel, Verenigde Naties of GATS dan in onze eigen studiediensten. In het dossier van de Bolkesteinrichtlijn is recent ook gebleken dat een goede samenwerking tussen bewegingen en partij vruchtbaar kan zijn. De PS was een van de eersten om het verzet tegen Bolkestein aan te vuren en we lijken daarin erg succesvol te zijn.

U bent u er niet in geslaagd het voorstel van Bolkestein te laten intrekken door het Europees Parlement.

Elio Di Rupo: Jamaar, het scheelt niet veel. De Europese Commissie heeft gezegd dat het wellicht niet het ideale voorstel was en dat er misschien een nieuwe tekst moet komen. De juridische dienst van de Commissie begint te bewegen. Frankrijk, Zweden en Spanje veranderen van positie. De Europese Socialisten hebben een standpunt ingenomen dat niet zo ver verwijderd was van wat ik graag wilde zien. Dat succes danken we onder andere aan de inbreng van de expertise van de andersglobalistische beweging in ons dossier tegen Bolkestein. Als een klein land als België ergens groot in kan zijn, dan is het in de synergie tussen politieke partijen en civiele samenleving. Besef wel dat nog maar zes maanden geleden Bolkestein als een afgehandelde zaak beschouwd werd. Vandaag claimen de Fransen al dat zij erin geslaagd zijn Bolkestein tegen te houden. Zo gaat dat nu eenmaal. Als een Belg succes heeft, wordt hij vanzelf een Fransman, zoals Jacques Brel, Adamo of Benoit Poelvoorde.

Soms lijkt het wel alsof het voor progressief België makkelijker is om rond globaliseringsthema’s samen te werken met een conservatief als Chirac dan met een socialist als Blair.

Elio Di Rupo: Het is makkelijk om samen te werken met Chirac rond thema’s die raken aan de rol van de staat, niet rond globaliseringsthema’s. Er is immers een Franse traditie die de rol van de staat hoog inschat, een jacobijnse traditie die we delen. Het is uitgerekend die gehechtheid aan de rol van de staat die de Franse conservatieven over de streep getrokken heeft in het verzet tegen de Bolkestein-richtlijn.

De Vlaamse socialisten lijken veel minder begaan met de globalisering.

Elio Di Rupo: Dat was misschien waar tot vorig jaar. Steve heeft zich op de eerste plaats beziggehouden met de interne werking van de partij, maar hij is intussen veel intensiever betrokken bij de werking van de Europese socialisten, hij heeft heel wat internationale bijeenkomsten bijgewoond. Ik geloof dat het socialisme andersglobalistisch én internationalistisch zal zijn, of het zal niet zijn.

Tot voor kort bekeken we het internationale aspect als een soort aanhangsel van de nationale politiek. Vandaag begint een fatsoenlijke politieke analyse op het mondiale niveau, om dan naar het Europese, Belgische, regionale niveau te gaan. Je kan niet langer een Belgisch leider zijn als je niet vooraf de internationale context incalculeert. De Europese directieven, bijvoorbeeld, zijn belangrijker geworden dan de Belgische wetgeving. Daarmee moeten we ons dus bezighouden, als de toekomst van de mensen in België ons echt interesseert.