Iran centraal op mondiaal toneel

Analyse

Iran centraal op mondiaal toneel

Gie Goris, Kimia Sanati, Guthrie Gray

22 februari 2007

De toenemende spanning tussen de Verenigde Staten en Iran speelt in de kaart van de militaire hardliners in beide landen. Intussen dreigen incidenten een “toevallige” oorlog steeds dichterbij te brengen.

In Iran lieten de lucht- en de landmacht van de Revolutionaire wacht vorige week de spierballen rollen met uitgebreide manoeuvres in de Perzische Golf en de Zee van Oman. Het doel van de oefening was een test van het TOR M-1 luchtafweersysteem dat Iran in Rusland kocht voordat het internationale wapenembargo van kracht werd. De luchtdoelraketten hebben een bereik van 12 tot 20 kilometer.
Het luchtafweersysteem kan tot 48 doelwitten tegelijk volgen en ook kruisraketten onderscheppen, zo verklaarde brigadegeneraal Hossein Salami tegenover het Iraanse nieuwsagentschap INRA. De oefening met als codenaam ‘Saeqeh’, (Bliksemschicht) was bedoeld om “elke mogelijke agressie” tegen het Iraanse luchtruim af te slaan, zei Salami.
Op de tweede dag van de manoeuvres werden SSN4-raketten afgevuurd in de richting van de zee. De raket kan tot 500 kilogram springstof vervoeren en is gericht tegen grote oorlogsschepen. Dat precies dit wapen werd getest, is geen toeval op een moment dat de Verenigde Staten hun vloot in de Perzische Golf en de Zee van Oman aan het versterken zijn.
Tot de Revolutionaire Wacht behoort ook de elite-eenheid al-Quds, die door de Amerikaanse president George W. Bush ervan beschuldigd werd springtuigen te hebben geleverd aan opstandelingen in Irak. “Wat we niet weten is of dat is gebeurd in opdracht van de Iraanse leiders”, zei Bush. Teheran ontkent wapens te leveren aan Iraakse opstandelingen.
De militaire confrontatie met de Verenigde Staten vergroot de invloed van militaristische hardliners op de politiek. “De militaristen sturen aan op een conflict met de VS om hun politieke invloed te vergroten”, zegt een politieke waarnemer in Teheran die anoniem wil blijven, “Alles wat lijkt op toenadering tot de internationale gemeenschap, een meer gematigde islam en een meer vrije economie bedreigt hun bestaansreden”.

Bomaanslagen in Iran

Bij het opbod tussen Iran en de VS vrezen nogal wat mensen dat het organiseren van gewelddadige incidenten tot het arsenaal van de ingezette middelen behoort. Hillary Mann, de voormalige directeur van het Nationale Veiligheid Comité -Iran en Perzische Golf, zei aan Newsweek dat sommige leden van de regering Bush heimelijk een excuus zoeken om Iran aan te vallen. ‘Ze proberen zo provoverend mogelijk te zijn zodat de Iraniërs iets doen waarop de Amerikaanse regering kan terugslaan.’ Joost Hiltermann van de International Crisis Group zegt dat het op dit moment nog onduidelijk is of Washington Iran tot een actie probeert te provoceren.
Een van de opvallende gebeurtenissen van de voorbije weken is de arrestatie van Iraanse militairejn in Irak, en later de ontvoering van een Iraanse topdiplomaat in Bagdad. Wat over het hoofd gezien wordt in de berichtgeving, is dat de gearresteerde Iraniërs zich niet in sjiitisch gebied bevonden, maar in Koerdisch gebied.
 
Vorige week vielen 11 doden en 18 gewonden bij een bomaanslag op een voertuig van de Iraanse Revolutionaire Wacht. De aanslag werd opgeëist door de Jundallah-militie, het “leger van God”, dat streeft naar een onafhankelijk Baluchistan, los van Iran en Pakistan. Beide landen beschouwen de groep als een terroristische organisatie.
Een van de vier gearresteerde bommenleggers, Nasrollah Shanbezehi, werd maandag opgehangen op de plaats van de aanslag. Nasrollah bekende dat hij drie maanden geleden lid was geworden van de Jundallah en dat hij de grens was overgestoken uit Pakistan, waar hij drie maanden werd opgeleid door Engelstalige lesgevers. Hij beweerde enkel aan de aanslag te hebben deelgenomen om de 1000 dollar te verdienen die hem waren beloofd.
De Iraanse autoriteiten beschuldigen de Verenigde Staten, Groot-Brittannië en Pakistan ervan de Jundallah-militie vrij spel te geven. “Ze zijn Iran binnengedrongen vanuit Pakistan en hebben hun aanval uitgevoerd met de volle steun het Westen. Het zijn sjiieten noch soennieten, maar huurlingen van arrogante machten”, verklaarde een veiligheidsofficier tegenover het Iraanse nieuwsagentschap INRA.
Sistan va Baluchistan ligt op een drukke route voor drugssmokkel tussen Afghanistan en Europa. De bevolking heeft er nauwelijks genoeg te eten en probeert de eindjes aan elkaar te knopen door drugs te smokkelen. De meeste mensen zijn soennieten en hebben het gevoel dat de regering in Teheran geen rekening met hen houdt.

Amerikaanse geestelijken gooien zich in de strijd

Intussen zijn dertien Amerikaanse geestelijken afgereisd naar Iran voor een week van gesprekken met politieke en geestelijke leiders daar. Ze willen bruggen slaan om de oorlogsdreiging te doen afnemen. De missie is georganiseerd door het Mennonite Central Committee (MCC) en het American Friends Service Committee (AFSC) uit Philadelphia.
De Amerikanen die nu naar Teheran vertrekken, gaan ook op bezoek bij Ahmadinejad, al zijn ze daar niet helemaal gerust in. “Er bestaat een groot risico dat ons doel om de relaties tussen de twee landen te verbeteren, overschaduwd wordt door de controverse rond president Ahmadinejad,” zegt Ron Flaming, internationaal programmadirecteur van het MCC. De Iraanse president trekt onder meer de Holocaust in twijfel en beweerde ook dat de zionistische staat Israël van de wereldkaart moest verdwijnen –al wordt er sindsdien druk gediscussieerd over de precieze vertaling van zijn uitsprazak in het Farsi.
Na de reis zullen de deelnemers overleggen met Amerikaanse parlementsleden hoe de spanningen tussen de twee landen kunnen worden verminderd. Veel Congresleden maken zich zorgen over de escalatie van de woordenstrijd tussen de Amerikaanse en de Iraanse regering. Maar het Witte Huis wil niet met Teheran praten zolang de Iraanse regering geen einde maakt aan de verrijking van uranium.