Ivoorkust: één president te veel

Analyse

Ivoorkust: één president te veel

Meer dan twee maanden na de gecontesteerde presidentsverkiezingen zitten ze in Ivoorkust nog steeds met een president te veel. De internationale gemeenschap, met inbegrip van de belangrijkste Afrikaanse organisaties zoals de Afrikaanse Unie (AU) en het West-Afrikaanse ECOWAS, schaart zich achter de VN. Die zien Alassane Ouattara als de rechtmatige winnaar. Maar politieke druk, sancties, militaire dreigementen en onderhandelingen deden de zittende president Laurent Gbagbo geen duimbreed wijken.

Het internationale ongeloof en onbegrip bij zoveel onbuigzaamheid staan in schril contrast met de in het Westen weinig gedocumenteerde argumenten van het pro-Gbagbo kamp: de verkiezingen waren opgelegd en hadden er (nog) niet mogen komen; massale fraude in het noorden maakt de verkiezingsuitslag ongeldig; Ouattara is een stroman van het Westen, Gbagbo beschermt het volk tegen het Franse en westerse neokolonialisme.

Het is vooral die afrocentrische kaart die heel wat Afrikanen binnen en ver buiten de grenzen van Ivoorkust en het Afrikaanse continent in het pro-Gbagbo kamp doet belanden. ‘Zelf ben ik noch pro-Gbagbo, noch pro-Ouattara. Maar gezien de westerse reacties word ik impliciet gedwongen te kiezen’, zegt de Brusselse Congolees Momi M’Buze. Hij staat aan het hoofd van Bana Mboka, een internetmagazine dat zich richt op pan-Afrikaanse kennisoverdracht. ‘We kiezen dan het zogenaamde minste kwaad. Het gaat niet zozeer over wie er al dan niet gewonnen heeft, maar veeleer om de zondvloed aan sancties en de gebruikte oorlogstaal. Er zijn zoveel gecontesteerde verkiezingen in Afrika… waarom zo’n uitgesproken reacties tegen die in Ivoorkust? In andere, gelijkaardige gevallen –zoals in Gabon– hebben we niet dezelfde reacties gezien vanuit het Westen. Uitspraken doen over het feit dat verkiezingen al dan niet correct verlopen zijn, dat kan. Maar telkens in Afrika gecontesteerde verkiezingen plaatsvinden, moet het Westen op dezelfde manier reageren. Momenteel zijn in Congo bedenkelijke beslissingen genomen naar aanloop van de nakende presidentsverkiezingen, en daarop heeft het Westen niet gereageerd.’ M’Buze vindt bovendien dat sancties en dreigementen stammen uit een ander tijdperk. ‘Ook al hebben we net vijftig jaar onafhankelijkheid gevierd, toch moeten we deze paternalistische reacties nog ondergaan.’

De Afrikaanse Unie stelde eind januari een panel van zes staatshoofden aan (uit Mauritanië, Nigeria, Zuid-Afrika, Tanzania, Burkina Faso en Tsjaad) om de zaak uit te klaren. Hun verdict is juridisch bindend. Met een beetje geluk weten ze in Ivoorkust begin maart wie hun president zal zijn.