Klimaatverandering, bedreigde oceanen en noodzakelijke investeringen
Klimaattop toont welke landen actie blokkeren en welke bedrijven sneller willen gaan
‘De huidige polarisering over klimaatverandering heeft ten minste het voordeel van de duidelijkheid. Stilaan weten we wie waar staat en wat doet in deze cruciale strijd van de mensheid.’ Een verslag ter plaatse van op de VN-klimaattop in New York, waar de mogelijkheid om de grootste uitdaging van vandaag echt aan te pakken centraal stond. ‘We can still fix this.’
Greta Thunberg: ‘We moeten luisteren naar de wetenschap, ons verenigen achter de wetenschap en handelen in lijn met de wetenschap.’
CC Gie Goris (CC BY-NC 2.0)
De Klimaat Actie Top die VN-secretaris-generaal Antonio Guterres maandag organiseerde, was een beetje beter dan het volhouden van business as usual. Maar veel scheelde het niet’, zegt Lois Young uit Belize. Ze is voorzitter van de Alliantie van Kleine Eilandstaten. Wat ontgoochelde haar vooral? ‘Dat de echt grote vervuilers niet op het appel waren of ontoereikende beloftes deden. Je merkt dat we midden een behoorlijk desastreuze geopolitieke periode zitten, waarin landen tegen elkaar opgezet worden en de concurrentie om zelf beter te worden het haalt van de overtuiging dat samen handelen iedereen ten goede komt.’
Farhana Yamin, een advocate met een lange staat van dienst in klimaatzaken en Extinction Rebellion activiste, is dezelfde mening toegedaan. ‘De rijkere landen laten het werk over aan de armere landen. Maar de huidige polarisering heeft ten minste het voordeel van de duidelijkheid. Stilaan weten we wie waar staat en wat doet in deze cruciale strijd van de mensheid.’
‘Klimaattop toont dat de wereld niet stopt met draaien door acties van door zichzelf geobsedeerde leiders’
Rachel Kyte, Sharan Burrow, Farhana Yamin, Lois Young en Mafalda Duarte debatteerden op woensdag 25 september over wat er nodig is om te verzekeren dat de wereld terugkeert naar het beloofde maximum van 1,5°C opwarming deze eeuw. Daarvoor zijn de komende 15 maanden cruciaal, want tegen de COP van 2020 in Glasgow moeten alle landen hun vrijwillig aangegane engagementen (NDC’s) herzien en bij voorkeur ambitieuzer maken.Sharan Burrow, secretaris-generaal van de internationale vakbondskoepel ITUC, is het maar gedeeltelijk eens met Young en Yamin. ‘De Top kon niet beter vallen’, zegt ze. ‘Net op het moment dat de wereld af te rekenen heeft met door zichzelf geobsedeerde leiders die niet het belang van de planeet of de mensen voor ogen hebben, maar werken om een kleine en rijke elite te bedienen, toont deze Klimaat Actie Top dat zij de wereld niet tot stilstand kunnen brengen. Dat geeft rugwind aan iedereen die wél wil samenwerken, die van politieke leiders vraagt dat ze doen waarvoor ze verkozen werden, namelijk het algemeen belang dienen. De Top biedt ons een lijst van falende leiders en landen, waarop we harder moeten focussen. Maar hij biedt ook een lijst van ondernemingen die sneller en verder willen gaan.’
Bescherm de oceanen
Op het Blue Leaders Event dat minister De Backer in New York organiseerde, maakten een serie presidenten van eilandstaten duidelijk dat ze de boodschap van het net vrijgegeven IPCC-rapport over oceanen en sneeuw en ijs begrepen, ernstig namen en ernaar wilden handelen. ‘Het is nog steeds mogelijk om dit op te lossen’, zei Greta Thunberg in een korte interventie. En ze gaf twee kernopdrachten mee: ‘We mogen klimaatverandering niet behandelen als één van de belangrijkste uitdagingen van onze tijd, maar als dé uitdaging die onze toekomst zal bepalen. En verder moeten we luisteren naar de wetenschap, ons verenigen achter de wetenschap en handelen in lijn met de wetenschap.’
Greta Thunberg deze ochtend in NY: ‘We must listen to science, we must unite behind science, and then we must act in line with science.’ Focus op IPCC-rapport: https://t.co/KNrEkY6cm9 pic.twitter.com/dDx5QRubqF
— Gie Goris (@GieGoris) September 25, 2019
‘Martin Luther King zei niet: ‘Ik had een nachtmerrie’, maar wel: ‘Ik heb een droom.’ Die droom vraagt een duidelijk pad voor actie’
Ook Philippe De Backer benadrukte de kansen: ‘Martin Luther King zei niet: “Ik had een nachtmerrie”, maar wel: “Ik heb een droom.” Die droom vraagt een duidelijk pad voor actie’, aldus de minister voor Noordzee en Maritieme Economie. Daar behoort de bescherming van minstens dertig procent van zeeën en oceanen zeker bij, vonden alle sprekers. Het internationale 30x30-initiatief roept op om tegen 2030 alvast 30 procent van de nationale wateren tot beschermd gebied te verklaren, waarna ook de internationale wateren op dezelfde manier beschermd moeten worden. België heeft nu al 35 procent van de territoriale wateren onder speciale bescherming geplaatst en monitort dat ook als een van de weinige landen. Schepen die de uitstootbeperkingen niet respecteren worden gesignaleerd en beboet. Zonder die controles is een beschermde status een lege doos, zegt De Backer.
Philippe De Backer (minister Noordzee België), Thelma Krug (Vice-voorzitter IPCC), Sebastian Piñera (president Chili), Danny Faure (president Seychellen), Ibrahim Mohamed Solih (president Malediven), David Panuelo (president Federated States of Micronesia), Isabella Lovin (vice-premier Zweden), Gilles Tonelli (minister Buitenlandse Zaken Monaco), Jane Lubchenco (Oregon State University), Greta Thunberg, en Carolina Schmidt (minister voor Milieu Chili, voorzitter Santiago Klimaatconferentie) namen deel aan het Blue Leaders Event op woensdagochtend in New York. De focus lag op de noodzaak om minstens dertig procent van de oceanen tot beschermd gebied te verklaren. Daarnaast was er uiteraard aandacht voor het IPCC rapport over Oceanen en Cryosfeer in een Veranderend klimaat.Maar er moet nog veel meer gebeuren om de oceanen te beschermen. ‘Tachtig procent van het plastic in het water komt van op land’, zegt Chileens president Sebastian Piñera. ‘Daarom moet er een verbod komen op plastic voor eenmalig gebruik.’ Hij wordt daarin bijgetreden door Ibrahim Mohamed Solih, president van de Malediven. Hun collega David Panuelo, van de Federated States of Micronesia, wijst op overbevissing, maar ook op illegale, niet-gereguleerde en niet-gerapporteerde visvangst als deeloorzaak van de crisis van de oceanen, terwijl Zweeds vice-premier Isabella Lovin ook aandacht vraagt voor de vele oorzaken van de vervuiling van de oceanen en de vermindering van zuurstof in het water.
‘De oceanen stijgen, worden warmer en stormachtiger, zuurder en onvoorspelbaarder, minder productief en zuurstofarm’
‘De oceanen stijgen, worden warmer en stormachtiger, zuurder en onvoorspelbaarder, minder productief en zuurstofarm. De visvangst, ons voedsel, culturen en economieën staan onder druk. En als we nu geen moedige en strategische actie ondernemen, wordt het allemaal nog veel erger’, zei Jane Lubchenco van Oregon State University. Maar ze voegde eraan toe dat de oceanen niet enkel het slachtoffer zijn van menselijk handelen dat onder andere klimaatverandering veroorzaakt en de biodiversiteit of het leven onder water zelf bedreigt. ‘Oceanen zijn ook een bron van aanpassingsstrategieën en kunnen ons helpen om ergere klimaatverandering te voorkomen. Als de oceaanschepen overschakelen op schone energie, als mangroves, koraalriffen en zeegrasbedden beschermd worden, als we onze voedingsgewoonten aanpassen…’
Onzekere klimaatfinanciering, krimpende ontwikkelingsbudgetten
Een van de cruciale vragen in alle debatten over klimaatverandering is hoe de wereld de investeringen, die nodig zijn om onze manier van werken, wonen, eten, verplaatsen, consumeren en produceren te veranderen, zal betalen. En specifieker: of de belofte om klimaatinspanningen van armere landen te financieren door een Green Climate Fund gerealiseerd zullen worden. Ter herinnering: de rijke landen beloofden dat er vanaf 2020 een fonds van 100 miljard dollar per jaar beschikbaar zou zijn voor adaptatie en mitigatie. Volgens officiële bron zou er nu al 70 miljard in dat fonds zitten, maar ‘niemand weet hoe dat berekend werd en wat de relatie is met de gelijktijdig snel krimpende ontwikkelingssamenwerkingsmiddelen’, reageert Lois Young.
Mafalda Duarte van Climate Investment Funds, wijst er in dat verband op dat gewone investeringen in hernieuwbare energie-infrastructuur veel duurder zijn in ontwikkelingslanden dan in ontwikkelde landen. Het bouwen van windmolens, bijvoorbeeld, is al snel zestig procent duurder dan in rijke landen als gevolg gebrekkige vervoerinfrastructuur, complexe regelgeving (of het ontbreken ervan), invoerkosten en dergelijke.
Rachel Kyte, Speciaal Vertegenwoordiger van de VN secretaris-generaal voor Sustainable Energy for All (SEforALL), kijkt verder dan het Green Climate Fund of beloften als die van Qatar op de Klimaat Actie Top om – voor die rijke oliestaat – een schamele honderd miljoen dollar beschikbaar te maken. ‘Alle ontwikkelingsfinanciering moet gericht worden op het realiseren van het Akkoord van Parijs’, betoogt ze. ‘Nu zitten er enorme sommen geld bij de Wereldbank, bij het Internationaal Monetair Fonds, bij regionale ontwikkelingsbanken, bij de door China geleide Aziatische Infrastructuur Investeringsbank… Dat gaat om miljarden belastinggeld dat niét aangewend wordt om de noodzakelijke transitie te maken.’
Kyte pleit voor ‘een nieuwe conferentie van Bretton Woods (waar in 1944 Wereldbank en IMF opgericht werden om de wereld te behoeden voor nieuwe mondiale conflicten en onzekerheid, gg) die volop inzet op klimaattransitie.’ Sharan Burrow is het daar helemaal mee eens: ‘De wereld van de multilaterale instellingen moet in lijn gebracht worden met de politieke afspraken. Dat betekent met name een hervorming van de Wereldhandelsorganisatie, en het herstel van wat die WTO vanaf de jaren negentig gekost heeft aan het schrappen of uithollen van milieuregels en sociale afspraken.’
‘Rijke landen laten iedereen die geen aanpassing aan klimaatverandering kan betalen gewoon sterven’
Farhana Yamin sloot daarbij aan met de stelling dat niet alleen de tijd van woorden voorbij was, maar dat ook de tijd van daden tekort zou schieten als we niet inzien dat we al volop in het tijdperk van de gevolgen leven. ‘Elk jaar zijn er landen die drie tot tien procent van hun bnp verliezen door stormen, overstromingen of verwoestende branden. Die verliezen en die schade wordt niet eens in rekening gebracht als het gaat over de kosten voor het aanpakken van klimaatverandering. Het lijkt wel alsof de rijke landen iedereen die geen aanpassing aan klimaatverandering kan betalen gewoon wil laten sterven. We hebben wél geld voor het militarisering van onze grenzen zodat klimaatmigranten Europa niet binnen kunnen, maar we hebben onvoldoende geld om hen te helpen het ergste af te wenden.’
Sharan Burrow reageert met een gepassioneerd pleidooi om verder te kijken dan de klassieke focus op steen- of bruinkool. ‘Steenkool is dood, dat verhaal is voorbij. Met de vakbonden willen we nog zorgen dat de arbeiders en de gemeenschappen die van steenkool afhangen een waardige toekomst krijgen. Maar de echte boosdoeners in het klimaatdebat zijn de olie- en gasbedrijven. Het Oil and Gas Climate Initiative van de dertien grootste fossiele energiebedrijven kan niet eens beloven dat de deelnemende bedrijven niet langer campagnes tegen het Klimaatakkoord of de klimaatwetenschap zullen financieren. Hoe kan het dat we dat blijven tolereren?’