Kindhuwelijken moeten dringend op agenda ontwikkelingssamenwerking

Analyse

Kindhuwelijken moeten dringend op agenda ontwikkelingssamenwerking

Kindhuwelijken moeten dringend op agenda ontwikkelingssamenwerking
Kindhuwelijken moeten dringend op agenda ontwikkelingssamenwerking

Lisa Develtere, Gie Goris, & Jago Kosolosky

09 oktober 2014

Vandaag organiseert Plan België de conferentie Gedwongen kindhuwelijken: een blinde vlek in de Belgische ontwikkelingssamenwerking? in het federaal parlement in Brussel. ‘Wij hopen dat de conferentie en het HIVA-rapport dat in het parlement voorgesteld wordt ertoe zullen bijdragen dat de pas gevormde regering en het parlement zich aan het begin van deze nieuwe legislatuur met volle overgave zullen inspannen om dit thema de aandacht te geven die het verdient,’ zegt Anthony Vanoverschelde, research and advocacy advisor van Plan België.

Volgens Vanoverschelde zou het parlement erop moeten toezien ‘dat België in de internationale debatten die de komende maanden over dit thema zullen gevoerd worden een voortrekkersrol opneemt.’

In het HIVA-rapport dat vandaag op de conferentie gepresenteerd wordt, bekijken auteurs Bénédicte Fonteneau en Huib Huyse de bestrijding van kindhuwelijken vanuit een Belgisch donorperspectief. Ze concluderen dat gedwongen kindhuwelijk tot nu toe een blinde vlek blijft in de Belgische hulp.

Zeven van de achttien partnerlanden van de Belgische ontwikkelingssamenwerking hebben een prevalentie van kindhuwelijken van meer dan 30 procent. In Niger loopt dit zelfs op tot 75 procent. Toch is het bewustzijn over dit onderwerp in het bilaterale kanaal of bij de ngo’s eerder beperkt, schrijven de auteurs. ‘Het probleem krijgt weinig aandacht en de expertise in de hoofdkwartieren en op het terrein lijkt beperkt te zijn.’

De zeven zondaars: Niger, Mali, Mozambique, Uganda, RD Congo, Tanzania en Benin.

Dossier

Op de conferentie komen onder andere de Nigerese Haoua Ali Ibrahim, die een getuigenis geeft over haar onfortuinlijke wedervaren als kindbruid,  en de Amerikaanse onderzoekster Lyric Thompson aan het woord. MO* brengt zaterdag een uitgebreid interview met Thompson en maandag verschijnt een reportage die uit Niger rond de situatie van Haoua en haar leeftijdsgenoten. Dinsdag verschijnt een interview met de Nigerese minister van Bevolking, Vrouwen en Kinderbescherming. Woensdag een serie vrouwenportretten uit Niger.

Aanbevelingen

Het rapport Gedwongen kindhuwelijken: een blinde vlek in de Belgische ontwikkelingssamenwerking?  formuleert tien aanbevelingen voor meer kennis, zichtbaarheid en actie rond gedwongen kindhuwelijken bij de verschillende actoren van de Belgische ontwikkelingssamenwerking. We nemen die aanbevelingen hieronder integraal over.

1. De kennis over de problematiek van kindhuwelijken uitbreiden

De Belgische ontwikkelingssamenwerking is actief in landen waar kindhuwelijken een groot percentage vertegenwoordigen. Toch weten de Belgische ontwikkelingsactoren en andere betrokken partijen (directe bilaterale spelers, ngo’s, …) nog weinig over deze problematiek. De basiskennis hierover kan uitgebreid worden dankzij een aantal originele sensibiliseringsactiviteiten en opleidingen voor een aantal terreinmedewerkers en politieke besluitvormers in domeinen die rechtstreeks verband houden met kindhuwelijken, in eerste instantie zijn dat gezondheid, landbouw en onderwijs.

2. Kindhuwelijken opnemen in de besprekingen op hoog niveau over de Indicatieve Samenwerkingsprogramma’s (ISP)

Kindhuwelijken staan niet hoog op de politieke agenda van de huidige samenwerkingsprogramma’s van de 7 Belgische partnerlanden waar het probleem sterk leeft. Diverse bestaande en toekomstige documenten van de Verenigde Naties vormen een nuttig kader voor de bilaterale besprekingen met onze partnerlanden. Daarenboven zijn recente standpunten van partnerlanden tegen kindhuwelijken (zoals in Niger bijvoorbeeld) een goede opstap voor Belgische diplomatieke initiatieven en dialoog, ook in het kader van toekomstige indicatieve samenwerkingsprogramma’s.

3. De strijd tegen kindhuwelijken op de Agenda Post 2015 zetten

De huidige besprekingen over de Post-2015 Agenda vallen op het einde van 2014 en het begin van 2015 in een beslissende plooi. Ze bieden zeer goede kansen om de vernieuwde aandacht voor gedwongen kindhuwelijken in een gezamenlijke ontwikkelingsagenda te laten vastleggen. België moet er actief toe bijdragen dat er sterke  financiële engagementen komen voor ambitieus geformuleerde doelstellingen terzake.

4. De Belgische strategie over gelijkheid voor mannen en vrouwen een nieuwe boost geven vanuit de invalshoek van de kindhuwelijken

België lanceerde de voorbije jaren een reeks beleidsmaatregelen en strategieën over gelijkheid tussen mannen en vrouwen, al leverden die inspanningen niet hun volle en substantiële effect. Oorzaak daarvan is wellicht een gebrek aan praktische expertise en ervaring in specifieke sectoren. Dankzij doelgerichte investeringen kan België die expertise aantrekken, verwerven en ontwikkelen, een aantal experimentele interventies opzetten en uitvoerig documenteren, en onderzoek starten om specifieke contextgebonden factoren achter het gedwongen kindhuwelijk beter te begrijpen. Op die manier kan België gemiste kansen in nieuwe en bestaande programma’s op het spoor komen en een nieuw elan creëren voor het werk rond gendergelijkheid in de Belgische ontwikkelingshulp.

5. Kindhuwelijken tot een transversaal aandachtspunt maken in bepaalde partnerlanden van België

Er dienen zich kansen aan om vanuit verschillende van de Belgische beleidsprioriteiten inzake ontwikkelingssamenwerking (kinderrechten, sociale bescherming, waardig werk) bij te dragen aan de strijd tegen gedwongen kindhuwelijken. Voornamelijk vanuit een preventieve logica kunnen interventies ontworpen en geïmplementeerd worden. Het lijkt meer dan zinvol om deze uitdaging op te nemen in de binnenkort aan te vatten ‘gemeenschappelijke contextanalyses’ voor alle Belgische niet-gouvernementele actoren actief in het Zuiden.

6. Programma’s ter bestrijding van kindhuwelijken expliciet ontwerpen en uitwerken

In de strijd tegen kindhuwelijken hebben we de keuze tussen een rechtstreekse aanpak (expliciet tegen kindhuwelijken) of de indirecte benadering (bijvoorbeeld via onderwijs, de ondersteuning van economische activiteiten of gezondheidszorg). In beide gevallen zijn de interventies of veranderingstheorieën pas efficiënt wanneer ze expliciet aantonen op welke manier ze precies bijdragen in de strijd tegen kindhuwelijken.

7. De basis leggen voor een volwaardige multisectoriële en multi-actor benadering

Enkele van de meest veelbelovende interventiemiddelen tegen kindhuwelijken bevinden ich op het snijvlak van diverse sectoren (bv. gezondheid en onderwijs, onderwijs en tewerkstelling). België zou de uitwisseling tussen de deskundigen uit deze sectoren kunnen faciliteren en bepaalde interventies kunnen aansturen om de kennis geleidelijk uit te bouwen. Dit domein biedt overigens prima mogelijkheden tot samenwerking tussen verschillende spelers in de internationale ontwikkelingshulp, wat een doeltreffende samenwerking tussen de plaatselijke en Belgische spelers mogelijk maakt.

8. Duurzame verandering tot stand brengen door middel van de nieuwste inzichten in sociale normen

Het veranderen van de sociale normen en gedragingen op het vlak van gedwongen kindhuwelijken is een klassiek voorbeeld van wat in de literatuur beschreven wordt als ‘interdependent menselijk gedrag geleid door sterke sociale voorschriften’. De keuze die de ene speler maakt, hangt af van de keuze van de andere speler – die op haar beurt door de eerste keuze wordt beïnvloed. Inzichten in de boven beschreven dynamiek kunnen methodes en strategieën opleveren die rekening houden met de complexiteit van de verandering van diepgewortelde sociale normen.

9. Reageren op het gebrek aan aandacht voor het gedwongen kindhuwelijk in de Democratische Republiek Congo (DR Congo)

Er is een duidelijk hiaat in de voorhanden zijnde kennis van gedwongen kindhuwelijken in de DR Congo, zowel op het vlak van basis administratieve gegevens als van onderliggende factoren, trends en mogelijke oplossingen. Daarnaast moet men een respons ontwikkelen die rekening houdt met de kwetsbare toestand van het land: de zwakke capaciteit van de overheid op verschillende niveaus, de complexe betrekkingen met de buurlanden, … Als voornaamste geldschieter van DR Congo op belangrijke samenwerkingsdomeinen zoals onderwijs, landbouw en gezondheid, zou België kunnen lobbyen voor een meer proactieve bestrijding van kindhuwelijken in DR Congo.

10. De kwestie van het kindhuwelijk opnemen in het partnerschap met Niger

In een land waar 3 op 4 meisjes voor hun 18de verjaardag trouwen, zijn er talloze redenen om in actie te schieten. België kan op verschillende manieren een rol spelen:  a)  door bij te dragen aan het vullen van de grote kennisleemte in Niger; b) door het ondersteunen van strategisch sterke partnerschappen voor beleidsbeïnvloeding vanuit de civiele maatschappij; c)  door het verder integreren van het thema gedwongen kindhuwelijken in de lopende Belgische acties binnen de huidige Belgische interventiesectoren (plattelandsontwikkeling en gezondheidszorg), alsook in de institutionele steun aan Nigerese ministeries en instellingen.