Sociale strijd in crisistijd

Analyse

Sociale strijd in crisistijd

Alma De Walsche

24 juni 2009

Clara Corniel, te gast bij Wereldsolidariteit voor de campagne Waardig Werk, vertelt hoe de economische crisis haar land treft.
Over heel het land is 65 procent van de arbeiders in de vrijhandelszones werkloos geworden.

Clara Corniel is zielsgelukkig nu de cao, waarvoor ze met haar vakbondsorganisatie zo lang gestreden heeft, eindelijk door de directie ondertekend is. In de cao verplicht het bedrijf zich ertoe de arbeiders een contract te geven dat hun minstens twee jaar werkzekerheid biedt. Niet slecht in deze crisistijd en een kleine triomf in een lange strijd die arbeiders in de Dominicaanse Republiek vandaag leveren. ‘Als we niet op onze strepen staan en ons niet organiseren, bereiken we niets’, zegt Clara.

In het bedrijf waar zij werkt, FM1, een exportbedrijf waar Levi’s en andere jeans gestikt worden, werden begin mei 1000 van de 1700 arbeiders ontslagen. De economische crisis treft haar land zwaar, en dan vooral de regio van Santiago, waaruit Clara afkomstig is. Vijftien van de zeventien bedrijven van Fernando Capellán, die ook eigenaar is van FM1, sloten de deuren. Over heel het land is 65 procent van de arbeiders in de vrijhandelszones werkloos geworden door de economische crisis, een kleine honderdduizend arbeidskrachten.

Maar niet meer dan zeven procent van de mensen in de Dominicaanse Republiek vindt werk in de vrijhandelszones. Meer dan de helft van de actieve bevolking werkt in de informele sector. In de vrijhandelszones bedraagt het minimumloon in de assemblagefabrieken 6000 peso per maand, minder dan 150 euro, en dat is onvoldoende om rond te komen met een gezin met kinderen.
Clara is vier jaar vakbondsmilitante, maar vrouwen zijn een uitzondering in de vakbond, omdat ze vrezen op de zwarte lijst terecht te komen waardoor ze ook in de andere assemblagebedrijven geweerd worden. Maar ze vecht met overtuiging. ‘Ik wil dat mijn kinderen het beter hebben, en niet in deze vrijhandelszones hoeven te werken. Maar ik wil ook dat de mensen die na ons komen in de assemblagefabrieken in menswaardige omstandigheden kunnen werken. We kunnen niet alle onrecht omkeren, maar we kunnen wel het pad effenen voor wie na ons komt.’
www.wereldsolidariteit.be