Vrouwen vechten tegen meer dan een glazen plafond

Analyse

Vrouwen vechten tegen meer dan een glazen plafond

Johan Denis, Zofeen Ebrahim en Albert-Baudouin Twizeyimana

19 september 2008

In Pakistan eisen mensenrechtenactivisten het ontslag van twee Pakistaanse senatoren die het levend begraven van vijf vrouwen door de broer van een lokale minister een 'traditie' genoemd hadden. Ethiopische ouders passen weliswaar minder genitale verminking toe bij meisjes , maar in sommige streken blijft de verbetering gering. Rwanda is dan weer wereldrecordhouder met 48,8% vrouwelijke volksvertegenwoordigers.

Cijfers van Unicef tonen dat het aandeel vrouwen tussen 15 en 49 jaar die genitale verminking bij meisjes (FGM) hebben ondergaan, 74 procent bedraagt. Dit percentage ligt iets lager in de stedelijke gebieden (69 procent) dan op het platteland (76 procent). Het aandeel vrouwen tussen 15 en 49 die minstens een dochter hebben, die FGM heeft ondergaan, is ‘slechts’ 38 procent.

Nul tot veertien jaar

In sommige gemeenschappen worden meisjes een maand afgezonderd, met hun benen samengebonden, zodat ze niet kunnen bewegen. Op die manier stopt het bloeden en kan er littekenweefsel gevormd worden. Genitale verminking wordt uitgevoerd bij meisjes vanaf minder dan drie maanden oud tot meisjes van veertien jaar. Elk jaar lopen wereldwijd een geschatte drie miljoen meisjes het risico genitale verminking te ondergaan.
 
Volgens het Inter-Afrikaans Comité (IAC) houdt de praktijk een groot gezondheidsrisico voor vrouwen in. Tot de complicaties op lange termijn behoren verwikkelingen bij het kinderen baren, menstruatieproblemen, pijnlijke seksuele betrekkingen, psychologische trauma’s en HIV/ AIDS.
 
Redenen die aangehaald worden om met FGM door te gaan variëren naargelang de sociaal-culturele context. Tot de meest aangehaalde redenen behoren morele en religieuze waarden, het behoud van maagdelijkheid en de eer voor de familie, esthetische beoordelingen, hygiëne en het tegengaan van kindersterfte.

Levend begraven

Drie tienermeisjes en twee vrouwen werden op 14 juli mishandeld en levend begraven in het Pakistaanse dorp Babakot in het district Jafferabad. Dat gebeurde op bevel van Abdul Sattar Umrani, de broer van Sadiq Umrani, een deelstaatminister die lid is van de Pakistaanse Volkspartij (PPP).
 
Toen de kwestie op 30 augustus ter sprake kwam in de senaat, zei senator Israrullah Zehri uit Beloetsjistan dat de moorden ‘een deel van onze traditie’ zijn. Hij kreeg daarbij steun van collega-senator Jan Mohammad Jamail, die vond dat het incident ‘nodeloos werd gepolitiseerd’.
 
‘Ziekmakend en verwerpelijk’, noemt Ali Dayan Hasan van de mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch de uitlatingen van de senatoren. ‘Het getuigt van weinig respect voor de senaat en de grondwet als je argumenteert dat hierover niet mag worden gesproken. Zoals de zaken er nu voorstaan, is Zehri schuldig en moet hij opstappen omdat hij crimineel gedrag verdedigt als ‘tribale gewoonten’’.

Eremoorden

De Pakistaanse grondwet geeft elke vrouw het recht om vanaf haar achttiende levensjaar te trouwen met de man van haar keuze. In de praktijk worden vrouwen vaak streng gestraft als ze zich niet schikken naar de wil van hun familie. De Onafhankelijke Mensenrechtencommisie van Pakistan registreerde in 2007 636 ‘eremoorden’, waarbij vrouwen werden vermoord door hun familie om de ‘eer’ te vrijwaren. Het reële aantal ligt waarschijnlijk veel hoger.
 
Sinds 2004 riskeren de daders van eremoorden de doodstraf, maar in realiteit ontlopen ze meestal hun straf. ‘Umrani gaat gewoon verder met zijn leven, met lijfwachten en uiterlijk vertoon. Hij hoeft niets te vrezen’, zegt een anonieme militant van de Baloch Republican Party. ‘De lichamen van de drie meisjes zijn opgegraven en ergens anders begraven, zodat de politie de zaak niet kan onderzoeken.’

Recordhouder

In Rwanda gaan de vrouwen ervoor. Tussen de 356 kandidaten voor een zitje in het parlement zitten 196 vrouwen. Ze hopen op een meerderheid in de Kamer. Vrouwen hebben in elk geval het overwicht onder de kiezers. Volgens de voorzitter van de nationale Kiescommissie, Chrysologue Karangwa, is 54,9 procent van de bijna 4,75 miljoen kiezers van het vrouwelijke geslacht.
 
Momenteel is de Rwandese Kamer van Volksvertegenwoordigers met 48,8 procent vrouwen al houder van het wereldrecord. Het was de Rwandese president Paul Kagame die de aanzet gaf voor de spectaculaire stijging van het aantal vrouwelijke parlementsleden. ‘Dat heeft andere vrouwen aangemoedigd om allerhande functies op verschillende niveaus te ambiëren’, stelt de president. Zo hebben de vrouwen volgens Kagame een grote rol gespeeld bij de ontwikkeling van het land.
 
‘We hebben meer aandacht voor wetten die het sociaal welzijn dienen, bijvoorbeeld door de strijd aan te gaan met het geweld tegen vrouwen en meisjes’, zegt een voormalige volksvertegenwoordigster. ‘We zijn vooral ook trots op de herziening van de wet over het huwelijk, de vrijheden en de erfenisrechten van de vrouw. Op het vlak van erfenisrechten heerst er nu gelijkheid in Rwanda.’