Agroforestry en herstel

MO* op MOOOV

13 mei 2012
Blog

Agroforestry en herstel

Agroforestry en herstel
Agroforestry en herstel

Gisterenavond op de boekvoorstelling van Wervels jongste spruit 'Legal!' in Flor da Ipê (Bloem van de iep), Chapada, waren enkele jonge mensen van 'Grupo Semente' aanwezig. Dat is een kleine ngo, die de rijkdom aan zaden wil behouden en aan ecologische landbouw doen.

Chapada dos Guimarães is toeristisch nogal in trek. Het is een hoogvlakte, waar het veel koeler is dan in de bijna onleefbare, hete hoofdstad van Mato Grosso. Heel wat middenklassers van Cuiabá hebben er dan ook hun tweede huis, waar ze in’t weekend kunnen afkoelen en bekomen. Tegelijkertijd heeft er een ontvolking in het gebergte plaats.

Waar enkele decennia geleden nog heel wat gezinslandbouw was, heeft de natuur nu terug zijn aandeel opgeëist. Als je goed toekijkt, zie je nog waar de boerderijen zich bevonden. Het is duidelijk winst voor de natuur, maar verlies voor een gezinsvriendelijke en ecologische, nabije landbouw.

Zij die de ommekeer doen

Gelukkig bieden enkelen weerstand. Het zijn niet toevallig degenen die nieuwe wegen gaan. Of beter, die oude wijsheden combineren met nieuwe landbouwkundige inzichten. Eloir Bernardon slaagt er in om heel wat mensen te verzamelen rond zijn agroforestry-project op de sítio Jamacá, een boerderij midden in de herstelde natuur en aan het eind van een weg met vooral verlaten boerderijen.

Eloir had er tot enkele jaren geleden een succesvol groentebedrijf. De resten van serres getuigen nog van die tijd. 
Enkele jaren geleden sloeg hij het roer om en zette de ploeg weg om een vernuftig agroforestry-systeem op te zetten. Het bedrijf levert nu onder andere aan een ecologisch restaurant in Cuiabá, waar dan ook weer ‘Instituto Centro de Vida’ mee verbonden is.

Wervel is op zijn manier met de promotie van agroforestry in Vlaanderen/Europa bezig, maar de omstandigheden in de tropen zijn toch wel totaal anders dan in ons gematigd klimaat. Het vraagt een andere aanpak met streekeigen mogelijkheden.

Eloir en de zijnen planten in rijen wel tientallen planten en bomen door elkaar aan. Er staat telkens ook olifantengras bij, dat regelmatig afgesneden wordt om als meststof te dienen. De diverse soorten ondersteunen elkaar of volgen elkaar op. Als bijvoorbeeld de bananenboom uitgeteld is, staat er een andere vruchtdragende boom of plant klaar. Ik waag me niet aan de opsomming van de diversiteit. De Nederlandstalige lezer zou toch niet kunnen volgen.

Zij die de toekomst openen

“Eloir en de zijnen?” Voor ‘Grupo semente’ is het een soort thuishaven. Ze komen er maandelijks samen. Langzaam bouwen ze er een ecologisch centrum uit, waar groepen en individuen terecht kunnen. Antoinette Brouyaux bijvoorbeeld van het Belgische ‘Associations 21’ zal er na Rio+20 verblijven.

Enkele keren per jaar worden er cursussen gegeven om te leren hoe deze permacultuur-agroforestry aan te leggen. Slim, want tijdens deze studiedagen leggen ze gezamenlijk nieuwe stroken aan, waar heel wat mensen zich vervolgens voor verantwoordelijk voelen en er betrokken op zijn. In de loop der jaren kunnen ze dan ook de evoluties volgen en de resultaten bestuderen om er nog meer uit te leren.

Als je het politieke spel en de chantages in Brasília volgt in verband met de ‘Código florestal’, dan is er veel reden om pessimistisch te zijn. De duizenden initiatieven aan de basis, in Brazilië en wereldwijd, voeden de hoop dat er nog toekomst is voor écht duurzame landbouw.