Colombiaanse justitie ontrafelt fraude bij herverkiezing Uribe
Helda Martínez
07 september 2010
Álvaro Uribe is sinds vorige maand niet langer president van Colombia maar de justitie in zijn land heeft nog steeds een vette kluif aan hem. Er lopen verschillende onderzoeken tegen politici die in 2006 zijn herverkiezing mogelijk maakten en die dit jaar zelfs een derde ambtstermijn wilden forceren. De veroordelingen stapelen zich op.
“Het gerecht begint zijn werk te doen”, zegt Germán Navas, parlementslid van de linkse Polo Democrático Alternativo, een oppositiepartij. Navas diende in 2004 klacht in tegen voormalig parlementslid Yidis Medina omdat die smeergeld had ontvangen in ruil voor haar stem. Dankzij die cruciale stem werd de grondwet zodanig veranderd dat president Uribe voor een tweede maal verkozen kon worden. Tot dan toe kon een president slechts één ambtstermijn doen in Colombia.
Yidis Medina had zich aanvankelijk tegen een herverkiezing van Uribe verzet maar veranderde op het laatste moment van gedacht.
Medina ontkende alles en kon aan vervolging ontsnappen. Maar omdat ze vreesde voor een aanslag op haar en haar kinderen nam ze een getuigenis op als beschermingsmaatregel. Ze bezorgde de opname aan Daniel Coronell, directeur van televisiezender Noticias Uno, met de afspraak dat publicatie enkel kon in een ernstige situatie of na haar toestemming.
Bewijzen
Toen journalist Alfredo Serrano een boek wilde schrijven over Medina en de krant El Espectador daarin enkele sappige verhalen zag, kondigde Coronell de publicatie van Medina’s opname aan. Om de impact te neutraliseren liet Uribe vóór de publicatie een communiqué verspreiden dat het over een complot tegen de president had, opgezet door Coronell en Medina.
Een verschrikte Medina wist niet meer wat ze moest doen en stapte naar advocaat Ramón Ballesteros, die bewijzen vroeg. “Yidis Medina bracht twee koffers met documenten.”
In 2008 veroordeelde het Hooggerechtshof Medina tot drie jaar en vier maanden voor corruptie. Justitie begon tegelijk een onderzoek tegen twee topmedewerkers van de president en tegen de ministers Diego Palacios en Sabas Pretelt. Er kwam ook een zaak tegen Teodolindo Avendaño, een parlementslid dat zich bij de stemming had onthouden in ruil voor een notariskantoor. Hij kreeg ondertussen acht jaar cel.
Pretelt kreeg op 24 augustus te horen dat hij gedurende twaalf jaar geen openbare mandaten meer mag uitoefenen en zal moeten opstappen als ambassadeur in Italië.
Referendum
Uribe gaf op 7 augustus van dit jaar de fakkel door aan zijn voormalige defensieminister Juan Manuel Santos. Maar eigenlijk had hij nog een derde termijn gewild. Het Grondwettelijk Hof oordeelde in februari dat die ambitie onwettelijk was.
Volgens advocaat Ballesteros komen er binnenkort ook in dat verband veroordelingen, onder meer van Luis Guillermo Giraldo, promotor van het referendum dat Uribes derde termijn mogelijk moest maken. Na een klacht van Germán Navas en het liberale parlementslid Carlos Piedrahita startte in 2008 een onderzoek tegen Giraldo en de vereniging Colombia Primero, die het referendum erdoor wilde krijgen en de middelen beheerde. In Colombia Primero zaten bedrijven die voor de staat werkten. De boekhouding bevatte tal van lacunes en ongerijmdheden.
Giraldo ontkende alles. Maar kort voor het proces tegen hem en zeven andere leden van Colombia Primero begon, aanvaardde hij de beschuldiging van fraude en valsheid in geschrifte in ruil voor een minimumstraf van 54 maanden en huisarrest. Dit voorakkoord werd nadien verworpen door een rechter. “Deze voordelen kent men toe wanneer de beschuldigde zich in het begin van een onderzoek tot de justitie wendt als een oprechte daad van berouw en daardoor het onderzoek mogelijk maakt en het criminele scenario duidelijk maakt”, zegt Ballesteros. “Dat is hier niet het geval.”