Een rabbi in Agadir: « We zitten hier goed »

Bart Tierens

09 juni 2012
Blog

Een rabbi in Agadir: « We zitten hier goed »

Een rabbi in Agadir: « We zitten hier goed »
Een rabbi in Agadir: « We zitten hier goed »

Ik vertel de politieagent aan de andere kant van het hekken dat ik een afspraak heb. Hij draait zich om en klopt op de grijze metalen poort die versierd is met een zevenarmige kandelaar. Even later doet een oude man met een keppeltje open. Het is de rabbi van de synagoge. Ik wring mij tussen het dranghekken en een bloembak en stel me voor.

Achter de grijze poort ligt een groot wit terras. Het is daar waar de kinderen spelen voor en na de dienst, vertelt de rabbi. Hij wijst me een stoel aan en gaat naast me zitten. We kijken uit over het terras. Een gigantische “La Vache Qui Rit”-affiche bedekt de muur van het naburige appartementsgebouw.

De vermoeide indruk die de rabbi maakte toen ik hem belde wordt bevestigd nu ik hem in het echt zie. Bovendien hoort hij niet meer zo goed. Als ik hem vraag hoe lang hij rabbi is moet hij even nadenken, en het komt hem voor dat het al langer dan veertig jaar is. Van al die tijd is het maar de laatste tien jaar dat hij in Agadir werkt. Daarvoor was hij gevestigd in zijn geboortestad Marrakech. Arabisch is zijn moedertaal, maar de diensten in de synagoge gaan in het Hebreeuws door.

Ik informeer naar het aantal gelovigen, en de rabbi schat dat er nog ongeveer 70 joden zijn in Agadir. In de jaren zestig waren er dat nog ongeveer 2000. Terwijl de stad sindsdien uit haar voegen barste, en nu het half miljoen inwoners overschrijdt, verlieten veel joden de stad. Op zoek naar een beter leven emigreerden ze naar landen als Israël, Frankrijk en Canada. Hetzelfde gebeurde elders in Marokko, en van de enkele honderdduizenden joden die in het midden van de twintigste eeuw in het land woonden, blijft een gemeenschap van enkele duizenden over.

Voor zij die gebleven zijn is er geen reden om te vertrekken, verzekert de rabbi mij. Marokko is een tolerant islamitisch land en de joden hebben het er goed. Hij herinnert eraan dat de het begin van de joodse aanwezigheid in Marokko – net zoals die van de Berbers – meer dan 2000 jaar teruggaat, en dateert van voor de Arabische verovering van het gebied.

Vanwaar de permanente dranghekkens en de politie voor de deur dan, vraag ik me af. Volgens de rabbi is het niet hij die erom gevraagd heeft, maar is het een beslissing van de overheid. Dreigingen van geweld zijn er nooit geweest.