“‘Het warme water van de Indische Oceaan’
Ochtend op het strand. Gisteren hing even de dreiging van een tsunami over dit mulle zand, vandaag is alles back to normal voor vissers en kleinhandelaars. Maar hoe normaal is de oceaan vandaag voor de 160 miljoen Bengalezen?
Tussen het centrum van Cox’s Bazar –dat onaangenaam herinnert aan de verschrikkingen van de Belgische kust, al is de lelijke hoogbouw met appartementen en hotels hier nog niet uitgegroeid tot een muur van beton- en het stuk strand met de naam Inani liggen tien kilometer, zegt Zia. Vijftien kilomter zegt Mahmoud. Een half uurtje rijden zegt de chauffeur.
Onderweg passeren we een stuk strand dat vol ligt met enorme zandzakken. Die heeft het leger daar gelegd, als voorlopige golfbrekers en dijken, omdat de hoogwaterstand van de oceaan zoveel opgeschoven is in de richting van het land. Een stuk van de weg langs het water is al weggespoeld. Volgens een Meterologisch onderzoeksinstituut voor Zuid-Azië stijgt de zeespiegel in Cox’s Bazar met 7,8 mm per jaar.
Bangladesh ligt echt in de frontlinie van de klimaatverandering. Mahmudur Rahman, de topambtenaar die binnen het ministerie van Landbouw bezig is met klimaatverandering, vat het zo samen: ‘Bangladesh is een van de meest kwetsbare landen voor de klimaatverandering omwille van zijn ongunstige geografische ligging; zijn vlakke en lage topografie: tweederde van het land ligt op minder dan vijf meter boven de zeespiegel; de hoge bevolkingsdichtheid; de afhankelijkheid van vele inkomens van klimaatgevoelige sectoren zoals landbouw en visserij; de inefficiënte en gebrekkige institutionele infrastructuur.’
Klimaatverandering zal Bangladesh dus niet alleen treffen door een stijgende zeespiegel, al is dat de meest verontrustende trend die alle andere in de schaduw zou kunnen stellen. Maar ook de verheviging van weerfenomenen zoals de moesson –die letterlijk sinds mensenheugnis voor vruchtbaarheid en handel gezorgd heeft in dit land- en de daarbij horende cyclonen, kunnen verwoestend zijn. Tegelijk dreigt de wateraanvoer vanuit de Himalaya via de Ganges, de Brahmaputra en de Meghna terug te vallen, waardoor de irrigatielandsbouw zwaar onder druk komt te staan. Vandaag is de maximale hoeveelheid water dat vanuit de delta de oceaan instroomt 180.000 m³ per seconde.
Aziatische onderzoekers stellen dat een zware klimaatopwarming met vier graden Celsius, volgens velen in het veld van de klimaatwetenschap zeker niet onrealistisch, in Bangladesh zou resulteren in een terugval in de graanproductie van vijftig procent en in de aardappelproductie zelfs van zeventig procent.
Gelukkig, zegt Rahman, bevindt Bangladesh zich ook in de frontline van de klimaataanpassing. Ook een andere Bengalese expert, wiens naam ik nog eens moet opzoeken, zei dat Bangladesh op voet van oorlog leeft met de klimaatveradering: iedereen weet dat het een kwestie van leven of collectieve dood is om het land voor te bereiden op de komenden en onafwendbare veranderingen. Zo wordt er al druk gewerkt om over te schalelen op nieuwe oogstvariëteiten die beter aangepast zijn aan de extremere weersomstandigheden. Er wordt met name voor rijst en aardappelen ingezet op het ontwikkelen van variëteiten die bruikbaar zijn in zoute ondergrond –de combinatie van minder debiet in de stromen en stijgende zeespiegel resulteert in een plat land als Bangladesh immers in snelle en diepgaande verzilting van de landbouwgrond.
‘Volgens berekeningen zullen twintig tot dertig miljoen Bengalezen onmiddellijk geraakt worden door de klimaatverandering’, zei minister van Buitenlandse Zaken Dipu Moni zondag. Ze voegde daar aan toe dat de rijke landen al wel mooie beloften gedaan hebben om de armere landen te helpen zich voor te bereiden op de gevolgen van de klimaatverandering, maar dat er nog niet veel tastbaars van aangekomen was in Bangladesh. ‘Die miljoenen Bengalezen die getroffen zullen worden, zijn arme mensen. Zij bedreigen het functioneren van het wereldsysteem niet, dus wordt er ook geen echt geld in geïnvesteerd’, voegde ze er cynisch aan toe.