“‘Kind aan huis: nieuw IAO-rapport over kinderen als huispersoneel’
De Internationale Arbeidsconferentie kwam twee jaar geleden tot een nieuwe IAO-conventie voor het huispersoneel. In het spoor daarvan wordt hier morgen op de Conferentie – naar aanleiding van de Werelddag tegen Kinderarbeid van 12 juni 2013 - een belangrijk rapport voorgesteld over een bijzonder aspect ervan: tewerkstelling van kinderen als huispersoneel. Chris Serroyen van de ACV-studiedienst las het al voor u.
Wanneer aan zuster Jeanne Devos, in 2010 en 2011 mee met de ACV-delegatie op de Internationale Conferentie voor de conventie voor het huispersoneel, wordt gevraagd wat de belangrijkste meerwaarde is van die conventie, dan benadrukt zij steevast dat die het huispersoneel een gezicht heeft gegeven, uit de besloten anonimiteit heeft gehaald, waardigheid heeft gegeven. Het is de verdienste van het nieuwe IAO-rapport dat de IAO dat nu ook heel specifiek doet voor de vele kinderen die wereldwijd in huishoudens werken. En dan gaat het niet over het huishouden van van de ouders ; al erkent het rapport dat dit ook niet altijd probleemloos is. In dit rapport gaat het enkel over tewerkstelling in andermans huishoudens.
Het rapport werd voorbereid door Jonathan Blagbrough, van het IAO-programma voor de uitroeiing van kinderarbeid (IPEC), en bouwt voort op vroeger werk van hem. Waaronder dat schokkende rapport They respect their animals more van Anti-Slavery International van 2008, met concrete getuigenissen van huishoudkinderen. Kenmerkend voor huispersoneel is dat hun werkgever dat vaak niet echt bekijkt als tewerkstelling, als een arbeidsrelatie. Huispersoneel wordt bekeken “als een van de familie”. Maar waardoor ook geen enkele reflex aanwezig is om minimale arbeidsnormen te respecteren. Voor kinderen als huispersoneel is dat besef nog minder aanwezig.
Het rapport komt voor het eerst met hard cijfermateriaal over kinderarbeid bij huispersoneel. Wereldwijd ging het in 2008 om 15,5 miljoen kinderen tussen 5 à 17 jaar. In 10,6 miljoen gevallen gaat het om kinderarbeid in strijd met de IAO-conventies, waarvan maar eventjes een derde (3,5 miljoen kinderen) jonger dan twaalf. Het hoeft niet te verbazen dat bijna drie op vier (73%)van die “kinderen aan huis” meisjes zijn .
Schokkend: voor meer dan de helft van die 15,5 miljoen kinderen kan worden gesteld dat het huishoudelijk werk schadelijk is, ofwel voor de gezondheid, ofwel voor de veiligheid ofwel vanuit moreel oogpunt. In strijd met de conventie 182 over de ergste vormen van kinderarbeid. Nemen we enkel de 10,6 miljoen kinderen die kinderarbeid verrichten volgens de definitie van de IAO, dan blijkt de arbeid zelf in drie kwart van de gevallen schadelijk te zijn. Dan gaat het om het kloppen van lange uren, het tekort aan slaap, het dragen van zware lasten, het omgaan met gevaarlijk gereedschappen en producten, de risico’s zich te verbranden…
En dan binnen die erge gevallen heb je dan nog eens de ergste gevallen. Zoals dwangarbeid van kinderen in huishoudens, bijvoorbeeld om de schulden van de ouders af te betalen. De blootstelling aan fysisch of psychisch geweld, waaronder ook sexueel geweld.
Maar wat het rapport ook blootlegt en wat je nauwelijks in cijfers kunt vatten, is hoe die kinderen blootgesteld worden aan discriminiaties, aan beledigingen en vernederingen, aan isolement ook. Met schrijnende getuigenissen van kinderen die het huis niet mogen verlaten en/of bewust worden afgesneden van hun familie.
Het rapport onderlijnt nog maar eens hoe belangrijk die nieuwe IAO-conventie voor het huispersoneel wel is, als opstap om ook dit soort van verborgen kinderarbeid uit de wereld te helpen. En met ook een ganse reeks concrete aanbevelingen vanuit de IAO om actief in die richting te werken, naar regeringen, sociale partners en NGO’s. Met daartussen ook een mooie: doe het niet alleen voor de kinderen, maar ook met hen.
Chris Serroyen
Hoofd ACV-studiedienst
Rapport en alle ander materiaal af te laden via deze link: http://www.ilo.org/ipec/Campaignandadvocacy/wdacl/2013/lang–en/index.htm