Sri Lanka keert Westen de rug toe
Amantha Perera
08 september 2010
Het besluit van de Europese Unie (EU) om handelsvoordelen voor de Sri Lankaanse export op te schorten is sinds kort van kracht, maar het land wijkt geen duimbreed als het gaat om de aanbevelingen van de EU op het gebied van mensenrechten.
Sri Lanka blijft onvermurwbaar als het gaat om maatregelen die het volgens de EU zou moeten nemen naar aanleiding van mensenrechtenschendingen tijdens de burgeroorlog die in mei vorig jaar eindigde. En de regering van president Mahinda Rajapaksa staat niet alleen, zij krijgt steun van opkomende economieën zoals China en India om de druk van het Westen te weerstaan.
Op 15 augustus beëindigde de EU de handelsvoordelen voor Sri Lanka. Op dezelfde dag opende Rajapaksa een nieuwe, met Chinees geld aangelegde, haven in Hambantota, een zuidelijke kuststad in Sri Lanka. Terwijl de EU en zelfs de Verenigde Staten willen dat Sri Lanka mensenrechtenkwesties aankaart, roept China op tot meer internationale steun voor het Zuid-Aziatische land.
Belediging
Sri Lanka sloot vorige maand voor de reconstructie van een stuk noordelijke spoorweg een overeenkomst ter waarde van 65 miljoen euro met India. De spoorweg raakte beschadigd tijdens de oorlog met de Tamil Tijgers.
Beide landen tekenden eerder al voor 110 miljoen euro een overeenkomst over een ander stuk spoorweg. De afspraken zijn onderdeel van een groter investeringspakket van bijna 630 miljoen euro dat India toezegde aan Sri Lanka. India helpt onder meer ook bij de wederopbouw van tijdens de oorlog verwoeste huizen.
“Sri Lanka kan de druk van Europa en het westerse blok naast zich neerleggen omdat het zich gesteund voelt door landen zoals India en China, vooral in de Verenigde Naties”, zegt analist Jehan Perera.
Europa beschuldigt Sri Lanka van schending van internationale mensenrechtenconventies. De EU deed verschillende aanbevelingen aan de Sri Lankaanse regering, die na opvolging zouden leiden tot de herinvoering van de concessies van het Generalised System of Preference (GSP+), een belastingreductiesysteem voor Sri Lanka.
Minister Keheliya Rambukwella noemde de voorwaarden van de EU een belediging van zijn land. “Het is niets minder dan dat”, zei hij kort nadat de aanbevelingen van de EU eerder dit jaar werden gepubliceerd.
Geen baanverlies
De regering heeft het volk ervan verzekerd dat er geen banen verloren zullen gaan als gevolg van de opschorting van GSP+. Rambukwella verwacht een stijging van de buitenlandse reserves tot 5,9 miljard euro aan het einde van deze maand. Een sterke munt en reserves bovenop stijgende inkomsten in andere sectoren, zoals toerisme en geld dat Sri Lankanen in het buitenland naar huis sturen, zullen het verlies van het GSP+ volgens hem compenseren.
Werknemers in de kledingindustrie zijn er echter niet gerust op, zegt Achila Mapalagama van Stand-up, een arbeidersrechtencampagne in de vrijhandelszone Katunayake ten noorden van de hoofdstad Colombo. “Niemand heeft een duidelijk beeld van wat er zal gebeuren nu de handelsvoordelen afgeschaft zijn. Dat merken we pas in de komende zes maanden. Op dit moment bestaat er veel onzekerheid”, zegt ze.