Voedingssupplementen voor kinderen zijn big business in Peru
Ángel Páez
27 februari 2011
Het dagelijkse glas melk dat arme kinderen in Peru van de gemeente krijgen, ligt onder vuur. Uit onderzoek blijkt dat er te weinig voedingsstoffen in zitten en dat vooral tussenhandelaren er goed rijk van worden.
Het Glas Melk-programma (PVL) is de grootste sociale voorziening van Peru . Maar liefst 2,7 miljoen mensen, waaronder 60 procent kinderen, maken er gebruik van. De melk moet de mensen, in combinatie met een graanproduct, aan een minimale hoeveelheid van 207 kilocalorie helpen. Maar volgens een onderzoek van de Algemene Rekenkamer blijkt dat in 2009 maar 4 procent van de supplementen daaraan voldeed.
Tussenhandelaren
De regering betaalt in totaal 98 miljoen euro per jaar aan bijna tweeduizend gemeenten, die de melk en het graan zelf inkopen. Bijna 40 procent van alle ingrediënten kopen zij in bij slechts vijf bedrijven, die meestal niet eens producenten zijn, maar tussenhandelaren.
De gemeenten zijn vrij om hun eigen supplement in te kopen, als het maar 207 kilocalorie bevat, zegt Fuad Khoury van de Algemene Rekenkamer. “Het probleem daarbij is echter dat ze vaak kiezen voor poedermelk. Een supplement met poedermelk kost twee keer zo veel als een supplement met verse melk.”
De prijs van poedermelk is in drie jaar tijd gestegen van 1,06 euro tot 1,53 euro. De gemeenten doen geen goede prijsvergelijking. “Dat komt doordat poedermelk een gewoonte is van de moeders die het programma vaak namens de gemeenten uitvoeren.”
Volgens Juan Carlos Cuadras, toezichthouder voor de PVL bij de Rekenkamer, moet er een nationaal overzichtsorgaan komen die de supplementen standaardiseert, collectief inkoopt en de richtlijnen in de gaten houdt. “We zijn nu afhankelijk van de rapporten van de gemeenten”, aldus Cuadras. Een kwart van de gemeenten heeft niet eens een rapport ingeleverd.
Suiker
Kinderen tot zes jaar, de belangrijkste doelgroep van het programma, krijgen supplementen met te weinig voedingsstoffen, blijkt uit het onderzoek. “We hebben zelfs ontdekt dat ze vaak suiker gebruiken om aan de verplichte hoeveelheid calorieën te komen”, zegt Luis Felipe Vega, adviseur bij de Rekenkamer. “Het resultaat is dat we kinderen krijgen die wel dik zijn, maar toch ondervoed.”