Vreemdelingenhaat sluimert in Zuid-Afrika

Vreemdelingenhaat sluimert in Zuid-Afrika

Kim Cloete

02 september 2010

Buitenlanders, vooral Zimbabwanen, blijven op hun hoede in Zuid-Afrika. Door de xenofobe bedreigingen voor het wereldkampioenschap voetbal zijn velen vertrokken.

“Xenofobie is onderdeel van het leven. Dat leven is niet gemakkelijk hier, het is overleven”, zegt de Somalische winkelier Abdinasir Shaikh Aden met een gespannen gezicht. Hij wandelt heen en weer in de hoofdstraat van Kaapstad waar zijn kleine winkel zich bevindt, ingeklemd tussen twee andere winkels. Hoewel de xenofobe bedreigingen en aanvallen van voor het WK voetbal in juli er niet meer zijn, blijven Somalische vluchtelingen op hun hoede.
Aden werd vlak voor het WK met de dood bedreigd. Hij werd weggejaagd uit zijn kleine groentewinkel en kreeg te horen dat er voor buitenlanders geen toekomst was in Zuid-Afrika, zodra de toeristen en voetbalfans zouden zijn vertrokken.
Uit angst pakten veel buitenlanders, vooral Zimbabwanen, voor het WK hun spullen om te vertrekken naar snelwegen, treinstations en de Zuid-Afrikaanse grens. Zij hadden de xenofobe onrust van mei 2008, waarbij 66 mensen omkwamen en 6000 buitenlanders ontheemd raakten, nog in het achterhoofd. Het land verlaten leek voor veel buitenlanders de veiligste optie.

Werkloosheid

In de provincie Westkaap, waar Kaapstad ligt, werden tussen mei en juli van dit jaar 55 xenofobe incidenten geregistreerd. Er werden 40 mensen gearresteerd.
Miranda Madikane, directeur van het Scalabrini Centre in Kaapstad dat migranten bijstaat, zegt dat 68 procent van de migranten waar het centrum contact mee heeft, werd bedreigd vlak voor het WK. “De politie, regering en hulpverleners waren in de hoogste staat van paraatheid. Dat heeft geholpen om de problemen in de kiem te smoren.”
 
Maatschappelijke organisaties, de politie en de vluchtelingen zelf zeggen dat de bedreigingen inmiddels opgehouden zijn en dat het leven weer zijn normale gang gaat, zij het in een wat gespannen rust.
Directe bedreigingen mogen dan verdwenen zijn, alertheid is wel geboden, zegt Madikane. “Onder de oppervlakte broeit het en die onrust kan gemakkelijk tot uitbarsting komen.”
De slechte leefomstandigheden in combinatie met gebrek aan werk bestaan nog steeds. De recessie en groeiende werkloosheid zorgen ervoor dat de spanningen in arme gemeenschappen toenemen.

Voor donker thuis

Volgens het Hoge Commissariaat voor de Vluchtelingen van de Verenigde Naties (UNHCR), hebben 357.000 mensen een officiële asielzoeker- of vluchtelingenstatus in Zuid-Afrika. Er zijn echter geen officiële statistieken over het aantal buitenlanders dat in Zuid-Afrika werk en inkomsten zoekt. Hun aantal zou in de miljoenen lopen.
 
“Er lopen veel mensen zonder papieren rond. Het is terecht dat Zuid-Afrikanen zich hier zorgen over maken”, zegt Madikane. “Er zijn al te veel mensen en er komen er gewoon nog meer bij. De regering moet een heel nieuw systeem opzetten om daarmee om te gaan”, zegt ze.
Voor mensen zoals Liliane Mukangwa uit de Democratische Republiek Congo (DRC) is terugkeren echter geen optie. Acht jaar geleden kwam ze met haar man en vijf kinderen naar Zuid-Afrika. “We kunnen nergens anders heen”, zegt Mukangwa. “Thuis is het te gevaarlijk.” Mukangwa verkoopt curiosa en stoffen, voornamelijk aan toeristen.
Buitenlanders voelen nog steeds de druk, zegt ze. “Het leven is moeilijk hier. Zuid-Afrikanen zeggen dat wij hun mannen, vrouwen en werk inpikken.”
 
Ze deelt de ruimte in haar marktkraam met Zuid-Afrikaanse verkopers, maar zorgt ervoor dat ze elke dag voor donker thuis is en dat ze samen met familieleden of vrienden uit Congo naar huis gaat. Ze durft niet alleen met het openbaar vervoer te reizen. “In treinen hangt vaak een gespannen sfeer.”

Eenheid

In informele nederzettingen zoals Masiphumelele aan de rand van de wijk Houtbaai in Kaapstad, proberen locals en vluchtelingen vreedzaam samen te leven. De gemeenschap kreeg een paar jaar geleden een belangrijke prijs voor het bestrijden van xenofobe spanningen. 
Dominee Mzuvikile Nikelo uit Masiphumelele zegt dat na de xenofobe rellen in 2008 de mensen naar de township toestroomden, omdat ze die zagen als een veilige haven. Sommige verhuurders gedroegen zich vervolgens lomp tegenover locals, omdat ze aan buitenlanders meer geld konden vragen voor de huur van woonruimte.
Nikelo schat dat ongeveer 20 procent van de gemeenschap, zo’n 40.000 mensen, bestaat uit buitenlanders.
Ondanks de problemen blijft hij werken aan initiatieven om de eenheid in de buurt te bevorderen. Met zijn Social Cohesion Movement organiseert hij sportieve en muzikale evenementen en gebedsdagen. Hij werkt ook aan uitwisseling van kennis, door Somalische winkeliers hun ondernemersvaardigheden te laten delen met aankomende ondernemers.
 
Op overbevolkte en arme plaatsen is de kans het grootst dat de spanningen oplopen. Er zijn echter ook buitenlanders die weinig merken van onrust. Somaliër Mohammed Ahmed, die snoep, chocolade en sigaretten verkoopt in een geïmproviseerd stalletje bij het nationale parlement in Kaapstad, zegt dat zijn klanten vriendelijk zijn en dat hij geen problemen heeft.
Zijn Somalische collega Aden hoopt dat die mentaliteit overal doordringt. “Verwelkom ons als broeders”, zegt hij.