Lisette Ma Neza is afkomstig uit Nederland, maar woont ondertussen in Brussel waar ze film studeert. In 2017 won ze als eerste Nederlandstalige vrouw het Belgisch Kampioenschap in Poetry Slam
Poëzie is uit het leven gegrepen, schrijft Lisette Ma Neza. Een aanraking door middel van woorden, een vertaling van de dingen en poëzie is nodig om de wereld, maar vooral elkaar een beetje te begrijpen. Poëzie is voor iedereen.
Wie mij kent, weet wat over mij. Misschien dat ik een meisje van dualiteiten ben, dat ik heel structureel van de hak op de tak spring en altijd aan het einde van een verhaal of gesprek, terug naar het begin verwijs. Dat mijn referentiekader een combinatie is van popcultuur, wetenschap en Oost-Afrikaanse voorouders. Dat ik leemtes in mijn kennis heb, dat ik een leek ben in het leven, de dingen die iedereen weet niet weet, achter alles een vraagteken zet en soms dankjewel zeg — wanneer ik boos zou moeten zijn.
Wie mij kent — van dichtbij of mijn gezicht als rond icoontje en mijn inhoud als social media pagina — weet een ding over mij met een bepaalde zekerheid. Dat ik in alle dingen poëzie zie en van alles poëzie maak.
Ik zeg vaak dat ik zo denk, in poëzie. Niet per se in metaforen, dubbelzinnige woorden of klanken die op elkaar lijken, die rijmen, die botsen, die bij elkaar horen. Eerder in associaties, dat van het een het ander komt en we dan vertrokken zijn. ‘Papa zit naast mij, eet, ik ook, maar ik schrijf tegelijkertijd, 19:05 papa kijkt tegelijkertijd naar de televisie, wat doet mijn zusje nu eigenlijk, slaapt ze al, wat heeft ze gegeten, ik heb eigenlijk wel zin in sushi, makisu in brussel, oh brussel, hoe zou het met mijn geliefde gaan? shit 17% en mijn oplader is… ’
Tijdens het lezen ontdekte ik laatst dat het niet aan mij ligt, maar dat (zover ik dat kan beweren zonder de bron erbij te vermelden) iedereen zo denkt. Dat een denkproces vaak van nature van de hak op de tak gaat. Dat vind ik interessant en enorm poëtisch. Stel we zouden een machientje in onze hersenen kunnen plaatsen dat automatisch elk woord, elke gedachtegang, elk cijfer dat we denken zou noteren in alfabetische taal. Zodat we later onze denkprocessen terug zouden kunnen lezen. Dat is toch poëzie?
Vaak als ik een woord probeer te begrijpen, probeer ik zo ver mogelijk te zoeken in het woordenboek of simpelweg via Google. Ik zoek dan naar hoeveel ingewikkelde woorden (die vaak synoniemen zijn) je moet kunnen begrijpen, voordat je het woord dat je opzoekt echt begrijpen kunt. Taal zit niet zo in elkaar, dat je het zomaar begrijpt. Je moet het eigenlijk zien, horen, voelen, het moet echt zijn en er zijn, voordat we het begrijpen. Zo leren we onze eerste taal, natuurlijk. Om vervolgens meer te leren over de taal en andere talen te leren met de taal die je al hebt.
Als ik op zoek wat “taal” betekent kom ik uit op communicatie tussen mensen. Daar ben ik het niet mee eens, omdat andere organismen ook talen spreken. Ik zoek verder op het woord “communiceren”. Als je niet zou weten wat taal betekent en de definitie hiervan communiceren is, dan ben je niet veel verder geholpen. (Ik bedenk me hoe mijn zusje enorm verward zou zijn met dit nog ingewikkeldere woord.)
Als ik “communiceren” op zoek, gewoon op het internet, kom ik uit op “contact maken”. Als ik dieper in het woord “contact” duik kom ik uit op “aanraking”. Ja! Eindelijk. Een woord dat we uit kunnen beelden, Ik zou mijn jongere zus kunnen laten zien wat taal is, namelijk aanraking.
Poëzie is een bepaalde manier van aanraken. Bijvoorbeeld heel voorzichtig en bedacht, woord per woord en liefdevol, of heel snel en zonder controle, of heel zelfbewust, diep, emotioneel, zonder gevoel, een beetje cynisch of als een klankspel.
Maar waarom is poëzie dan het leven?
Ik heb de afgelopen maanden heel wat tijd gehad om weer van alles te lezen. Daar ben ik dankbaar voor. Wanneer ik het boek Letters to a young poet las van Rainer Maria Rilke (aaaaaaanrader!) begreep ik halverwege het boek waarom deze brieven niet enkel naar mij — als jonge dichteres werden geschreven, maar naar eenieder. Ja, het ging over poëzie. Maar nee, het ging over iets veel groter dan een associatief denkproces, aanraking of spelen met de taal.
Ik vind dat poëzie altijd het leven is, altijd uit het leven gegrepen is. Als is het soms geen observatie, gaat het niet over de dichter en heeft het enkel met letters of klinkers te maken. De gedachten die zullen volgen nadat jij deze column hebt gelezen, kan ik niet voorspellen en zullen mogelijks van levensbelang zijn of niet veel betekenis bevatten. Zo is dat met poëzie ook. Poëzie in geschreven woorden kan vaak kort zijn, een kort gedicht bijvoorbeeld.
Blijf op de hoogte
Toch kan een gedicht of een enkele zin uit een gedicht zoals “Still I Rise” van Maya Angelou of “In Flander Fields the poppies blow” van John Mcrae over veel meer gaan dan de zin lijkt te gaan. Zo gaat dat ook in het dagelijkse leven, soms kan iemand iets zeggen wat heel klein lijkt, zoals ‘Met mij gaat het nu beter’, wat betekent dat het niet of minder goed ging met deze persoon, maar dat er iets is gebeurd of aan het gebeuren is waardoor het beter gaat, maar misschien niet per se goed, maar misschien weet je ook waar deze persoon het over heeft en roept deze persoon herinneringen bij je op, van toen het nog niet beter ging — en dan zijn we vertrokken hè…
Poëzie is uit het leven gegrepen, een aanraking door middel van woorden, een vertaling van de dingen en poëzie is nodig om de wereld, maar vooral elkaar een beetje te begrijpen en poëzie is voor iedereen.
Maak MO* mee mogelijk.
Word proMO* net als 2793 andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.
Meer verhalen
-
Nieuws
-
Nieuws
-
Nieuws
-
Column
-
Analyse
-
Analyse