'Een van de opmerkelijkste boeken over de Israëlisch-Palestijnse kwestie van de afgelopen jaren'
De kaartenbijbel van Israël en de Palestijnse gebieden
Brigitte Herremans (Broederlijk Delen/Pax Christi)
16 september 2011
Atlas of the conflict is een van de opmerkelijkste boeken over de Israëlisch-Palestijnse kwestie van de afgelopen jaren. Aan de hand van driehonderd kaarten en een uitgebreid lexicon geeft architecte Malkit Shoshan de geschiedenis van het conflict weer. Via territoriale analyse onderzoekt ze de parallelle processen waarbij ‘Israël werd opgericht en Palestina werd uitgeveegd’.
De Israëlische architecte groeide op in een familie die zichzelf als zionistisch beschouwt. In haar ogen had Israël altijd bestaan. Tot ze een opdracht kreeg voor het ontwerp van een winkelcentrum in Tel Aviv: ze ontdekte dat de site voorheen een Palestijnse begraafplaats was. Opeens zag ze wat tot dan onttrokken was aan haar bewustzijn: de geschiedenis van de Palestijnen. De klik was onomkeerbaar. Overal in Israël blijven immers sporen van de Nakba (‘ramp’) van 1947-1948, waarbij zowat vijfhonderd Palestijnse dorpen werden verwoest. De ontkenning van die gewelddaad is in Israël gemeengoed in het geschiedenisonderwijs, in de kaarten en de wegbewijzering.
Tot Shoshans ontzetting voltrekt die ontkenning van de ander zich nu nog steeds. Zo staan meer dan tachtig bedoeïenendorpen in de Negevwoestijn niet op de officiële kaart. Voor de regering bestaan ze niet. Israëlische kaarten tonen evenmin de ‘Groene lijn’, de wapenstilstandsgrens van 1949 die internationaal aanvaard wordt als grens tussen Israël en de Westelijke Jordaanoever. De Israëlische nederzettingen en de Muur vegen die Groene lijn geleidelijk aan weg. De Belgische kunstenaar Francis Alÿs kaartte dat al ludiek aan door de grens te hertekenen met een pot groene verf. ‘Aangezien kaarten meestal worden getekend door wie aan de macht is, kunnen de machtelozen er makkelijk van verdwijnen’, stelt Shoshan. Na tien jaar volhardend onderzoek zette ook zij die machtelozen opnieuw op de kaart.
De wetenschappelijke benadering van Shoshan is een verademing in een context waar rationele discussies zo goed als onmogelijk zijn geworden.
Zoals Shoshan ontdekte, zijn geografie en architectuur niet neutraal. Ze vormen belangrijke tactieken in de strategie van Israël. In A civilian occupation (2003) betogen collega-architecten Rafi Segal en Eyal Weizman dat zich in Israël en Palestina de afgelopen eeuw een alternatieve vorm van oorlogvoering heeft afgespeeld, die het landschap radicaal heeft hertekend. Het creëren van feiten op het terrein, onder meer via kibboetsen (vóór de oprichting van Israël) en nederzettingen (in gebieden bezet tijdens de oorlog van 1967), was doorslaggevend. In de inleiding poneert Shoshan dat ‘de kolonist, toen en nu, als een bezettende macht wordt gebruikt, (…) als een levende muur, altijd strategisch geplaatst volgens een nationale agenda.’
Brigitte Herremans is medewerker Midden-Oosten bij Broederlijk Delen-Pax Christi Vlaanderen.
Deze recensie verscheen in het volledig vernieuwde septembernummer van rekto:verso.