Waarom kunst ook in oorlogstijden belangrijk blijft
Alma Salem: ‘Ik vrees dat ik het Syrië van mijn dromen niet meer meemaak’
Terwijl Trump de oorlogstaal tegenover Syrië en Rusland opvoert, opent straks in Brussel Tourab: Syrian Art Space. Hoezo, kunst in oorlogstijden?
Curator Alma Salem
Van 17 tot en met 27 april strijkt Tourab: Syria Art Space neer in de Brusselse Ravensteingalerij. Het Goethe Institut Damascus opende in 1955 een van haar eerste vestigingen en moest om veiligheidsredenen de deuren sluiten in 2012. In 2016 werd een krachtig symbolisch statement gemaakt door in Berlijn een vrijplaats te creëren voor Syrische kunstenaars en denkers onder de naam Damascus in Exile – Pop Up Raum. Goethe Institut Brussel bouwt hierop voort en nodigde de Syrische curator Alma Salem uit om een programma samen te stellen met meer dan 50 artiesten en denkers uit Syrië en Europa.
Salem liet zich alvast niet intimideren door de beperkte exporuimte van nummer 17-19. Geen vierkante centimeter plek liet ze onbenut. In het kader van de expo voorziet Salem ook een reeks van debatten, workshops, films, concerten.
Tot daar de strakke regie.
Tourab moet een organische kunstwerkplaats worden, een ontmoetingsplek die zichzelf dagelijks zal heruitvinden, zegt de curator die weg wil van de platgetreden paden over Syrië.
Terwijl een paar kilometer verder de internationale Syriëconferentie onder VN- en EU-vleugels plaatsvindt, wil Alma Salem het Syrische conflict out of the box benaderen.
‘Het land bloedt, en telt meer dan twee miljoen gewonden, 220.000 politieke gevangen. Een generatie van drie miljoen studenten is verloren. 3,5 miljoen mensen in bezette regio’s lijden onder een voedselembargo. 14 miljoen mensen zijn intern ontheemd en hebben nood aan humanitaire hulp.’ Zo beschrijft Alma Salem de realiteit in haar curator’s statement.
En vandaag, zeven jaar na de aanvang van de Syrische oorlog, branden oude vragen opnieuw: welk engagement heeft het Westen tegenover de Syrische bevolking? Hoever wil Rusland het drijven? Wat wil Donald Trump bereiken met zijn oorlogstaal na de vermoedelijke gifaanval op Douma? De uitdaging om met die complexe realiteit aan de slag te gaan is immens.
Maar wat niet lukt in politieke aula’s en aan strakke vergadertafels - een antwoord zoeken op de vraag hoe je de waanzin in Syrië kan stoppen - lukt misschien wel in de vrije creatieve ruimte, stelt Salem. In haar kapotte geboorteland Syrië heeft kunst een noodzakelijke plek gekregen, zegt ze. En dat blijft ook gelden op een zoveelste dieptepunt in het conflict: terwijl de wereld toekijkt worden Douma en Afrin aan flarden geschoten.
‘In tegenstelling tot wat velen denken is kunst in conflicten géén luxegoed’, zegt Alma Salem. Ze zegt het nog voor ik haar de vraag kan stellen of dit echt is wat de bloedende Syriërs nodig hebben: een tiendaagse in Brussel van Syrische kunstenaars.
‘Toen de revolutie begon, schakelden we over van nummers naar namen en maakten we ruimte voor een nieuwe en hongerige esthetiek in de Syrische kunst. Die honger is zeven jaar later nog even groot.’
Alma Salem: Daarmee zeg ik uiteraard niet dat in een oorlog kunst de eerste nood is, boven medische hulp, voedsel, water. Maar cultuur is ook een nood, geen luxegoed in tijden van conflict.
Toen de Syrische revolutie in 2011 begon, was meteen ook duidelijk dat de strijd om democratisering ook een culturele revolutie was. De revolutie zette een streep onder de voorgaande veertig jaar culturele dictatuur. Veertig jaar lang kregen we de duidelijke boodschap dat onze esthetische zoektocht heel erg begrensd was. Veertig jaar lang produceerden en consumeerden we massacultuur: in grijze, repetitieve, blokken. Veertig jaar lang was er geen of nauwelijks plaats en vrijheid om je individueel uit te drukken, om zaken openlijk te bevragen, om in vraag te stellen of bepaalde keuzes die voor ons werden gemaakt wel de juiste waren.
Toen de revolutie begon, werden muren kapotgeslagen. We schakelden over van nummers naar namen en maakten ruimte voor een heel nieuwe en hongerige esthetiek in de Syrische kunst. Die honger uit 2011 is vandaag nog even groot. Al die jaren is de Syrische culturele gemeenschap trouw gebleven aan de principes van de revolutie, aan de nood aan democratisering.
Het zijn net de kunsten die perfect en heel krachtig kunnen weergeven wat de waanzin in Syrië betekent. De kunstenaar brengt verhalen over de kern van het menselijk bestaan, wars van de krantenkoppen.
Mohamad Omran
© Mohamad Omran
‘Kunst en cultuur hebben het vermogen om nieuwe gesprekken over Syrië aan te gaan, om een extra narratief aan te brengen.’
Wat kan de bijdrage van de kunstenaar dan zijn in het Syrische conflict, een conflict dat muurvast lijkt te zitten?
Alma Salem: Kunst en cultuur hebben het vermogen om nieuwe gesprekken over Syrië aan te gaan, om een extra narratief aan te brengen bovenop het politieke discours. In kunst liggen sleutels die nu niemand schijnt te vinden. Ik bedoel: de verbeelding kan nieuwe vensters openen, nieuwe ideeën naar voor schuiven, en mensen daarover aantrekken.
Natuurlijk is dat niet zaligmakend en natuurlijk zijn er uitdagingen. Zo is de grote uitdaging welke nieuwe elementen we kunnen aandragen die nog niet zijn uitgeprobeerd of ingekapseld.
Er is de vraag hoe je geweldloos nieuwe modellen kan bouwen zonder de oude af te breken. Hoe drijf je het politieke veld tot verandering, op een manier dat de democratie verzekerd blijft, op een manier die de eisen van de bevolking voor vrijheid, gerechtigheid en waardigheid inwilligt? En hoe betrek je de Syrische bevolking die dagelijks de onmogelijk hoge prijs betaalt met bloed en dood?
Syrië is volledig in de greep van een geopolitiek machtsspel. Daar kan je nauwelijks tegenop.
Alma Salem: Daarom moeten we als beweging verbreden. Het Syrische conflict draait om kapitalistische belangen. Om hun aandelen te valideren in grote bedrijven en kartels in olie, gas, wapens, infrastructuurwerken, gaan linkse en rechtse machten samen investeren in destructie.
‘Wie actie voert voor het klimaat, staat op dezelfde lijn als de Syrische mensenrechtenactivist. Beiden delen dezelfde eisen: politieke verandering.’
Dat is niet nieuw. Die destructie is op zoveel plekken op verschillende niveaus bezig. Toen Donald Trump zich terugtrok uit het toch al zwakke klimaatakkoord, nam ik zelf ook deel aan de Standing Rock-beweging die zich tegen de Dakota-pijpleiding van Trump verzette. Ik zag de overeenkomsten met de Syrische revolutie, de eisen om gehoord en ernstig genomen te worden, om waardig te leven.
Er is meer dan ooit nood aan een mondiaal alternatief voor de conventionele industriële machten.
Het lijkt alsof de wereld wil dat we Syrië en de mensen van Syrië in een koelruimte leggen, zodat de wereld verder kan. Voor velen is de Syrische strijd te ver weg. Maar dat is het niet. De strijd tegen de klimaatverandering gaat ook over Syrië. Wie actie voert voor het klimaat, staat op dezelfde lijn als de Syrische mensenrechtenactivist. Beiden delen dezelfde eisen: politieke verandering. En ze streven dezelfde doelen na: vrijheid, gerechtigheid en waardigheid.
Is dat een doelstelling van de tien dagen Tourab? Syrië gaat ons allen aan?
Alma Salem: Zeker. Syrië is een mondiaal probleem en dus belangt het ieder van ons aan. De vluchtelingen in Europa zijn een gevolg van Syrië. De Brexit was een gevolg van Syrië. Trump was een gevolg van Syrië.
Bijna niemand lijkt bereid om dit toe te geven maar iedereen is betrokken partij. Dat je ‘nooit de Syrische revolutie hebt ondergeschreven’ of ‘dat de islamisten hebben overgenomen’, zijn geen argumenten.
Opnieuw, dit gaat over wat je wel of niet aanvaardt van politieke machten. Het bloedvergieten in Syrië moet stoppen, daar is iedereen het over eens, toch? Met die gedeelde stelling willen we ons creatief vermogen en onze denkprocessen verbreden. We willen aan de slag in de Ravensteingalerij, zonder mensen te overvallen. We streven naar ontmoetingen, met individuen en organisaties uit de vluchtelingensector, sectoren van onderwijs, milieu, mensenrechten.
Hoe ga je om met de ideologische polarisering over de oorlog in Syrië?
Alma Salem: Onze pop-up is geen verzoeningsruimte: we willen geen dialoog opstarten over de eenwording van de Syriërs of over ideologische belangen.
We politiseren niet, maar tegelijk kan je een expo over een conflictland als Syrië niet de-politiseren. Ik vind het altijd heel vreemd als niet-Syriërs naar ons komen en zeggen dat we honderd procent neutraal moeten zijn. Natuurlijk zijn noch de deelnemende kunstenaars noch ik volledig neutraal.
‘Ik vind het altijd heel vreemd als niet-Syriërs naar ons komen en zeggen dat we honderd procent neutraal moeten zijn’
Het gaat, opnieuw, om politieke participatie, iets waar we als burgers en kunstenaars recht op hebben. De eisen – vrijheid, gerechtigheid en waardigheid – blijven we als kunstenaars op de tafel leggen. Dat was het idee van de revolutie, niet van de oorlog die erop volgde. Dat de revolutie nooit is gestopt, ook al bevindt de oppositie zich in het buitenland, schijnt iedereen vergeten te zijn.
Hoe geef jij als kunstenaar een plek aan collectieve herinnering, geschiedenis, met erfgoed? Krijgt het Syrische culturele erfgoed ook een plek in Tourab ?
Alma Salem: Erfgoed legt een spoor naar de pre-conflictsamenleving en naar de diversiteit binnen de geschiedenis. En dus kan je uiteraard ook geen visie voor de toekomst uitbouwen zonder het tastbare verleden te kennen.
We vergeten het vaak maar om de geschiedenis te begrijpen, heeft de kunst altijd een cruciale rol gespeeld. Literatuur en beeldende kunst geven zoveel meer informatie dan de geschiedenisboeken die vaak een te eenzijdig verhaal geven, die de feiten vanuit een te eenzijdig standpunt vertellen, die de werkelijkheid verengen. Literaire boeken bijvoorbeeld geven ons een alternatief verhaal over het verleden. We lezen bijvoorbeeld Albert Camus om de cruciale jaren dertig van de vorige eeuw te kunnen begrijpen.
Untitled
© Mirella Younes
Welke rol speelt het beeld daarin, en hoe ga je vandaag als kunstenaar om met gruwelijke conflictbeelden?
Alma Salem: Het beeld is een cruciaal medium met een enorme impact. Daar organiseren we ook rondetafels over: hoe gaan we om met beelden in film, grafische beelden, fotografie? We hebben experten, zoals cineast Ossama Mohammed, rond de tafel, die zullen praten over het belang en de kracht van beelden. Hoe gaan we als nabestaanden om met onze doden?
De beelden van onze doden - gebroken en kapotte lichamen - doen ons lijden. De repetitieve destructieve kracht van die beelden lijdt tot dissociatie, afstand. Voor onze eigen geestelijke gezondheid maar vooral uit respect voor onze doden moeten we de levende herinneringen tonen, niet de kapotte. Wie waren onze geliefde doden toen ze nog in leven waren?
Dat is ook belangrijk voor de geschiedenis die nog moet gelezen worden. Het is belangrijk om onze levens, onze ervaringen, onze dromen te documenteren. We willen dat de toekomstige generaties boeken op de plank hebben staan waarin ze kunnen lezen wat en hoe we dachten.
Hoe kijk je zelf naar de toekomst?
Alma Salem: Het gaat niet om mijn toekomstbeeld. Ik denk dat ik zal sterven voor ik Syrië zal kennen zoals ik het me wens. Wat wij meemaken is geen keuze. De strijd die we voeren is geen theorie, het is ons leven. En geloof me, het is niet prettig om dit mee te maken. Maar we hebben geen keuze dan door te gaan. We kunnen eenvoudigweg niet meer terug, we hebben de prijs al betaald, zowel de mensen die nog in Syrië zijn als de mensen die verbannen zijn. Wat gebeurd is, is gebeurd.
Het volledige programma van Tourab vindt u hier.
Facebook
Met dank aan Stien Reyntjens