Dossier: 

Wittoeck: 'EU kan vicieuze cirkel klimaatonderhandelingen doorbreken'

De EU blijft een belangrijke speler in de klimaatonderhandelingen. Ze kan die zelfs weer vooruitstuwen, zegt Peter Wittoeck, die al vele jaren de Belgische delegatie op klimaatconferenties van de Verenigde Naties leidt: ‘Dat kan de EU door een bondgenootschap met China en de ontwikkelingslanden aan te gaan.’ Wittoeck waarschuwt ook voor een gebrek aan transparantie en inspraak in de interne EU-besprekingen over de materie.

  • Peter Wittoeck (midden) leidt al vele jaren de Belgische delegatie op de klimaattoppen

Wat is het voordeel van als Unie te kunnen optreden in de klimaatonderhandelingen?

Peter Wittoeck: België alleen zou waarschijnlijk weinig impact hebben op de onderhandelingen, ondanks onze diepgewortelde traditie van multilaterale samenwerking. Als EU heb je uiteraard een grotere kritische massa, die wel weegt. Ook psychologisch. Door onze diversiteit is de EU bovendien al een multilateraal onderhandelingsproces op zich.

De EU telt lidstaten die armer zijn dan bepaalde leden van de G77, de groep van ontwikkelingslanden. Daardoor heeft de EU ervaring met het verdelen van de lasten van het klimaatprobleem over zeer diverse staten.  Al moeten we er ons natuurlijk wel bewust van zijn dat de ontwikkelingskloof  wereldwijd nog een stuk breder is dan die binnen de EU.

 

Hoe moeilijk is het om een eensgezind Europees klimaatstandpunt tot stand te brengen?

Peter Wittoeck: Dat is soms erg moeilijk. Al zijn we daar tot nu toe redelijk in geslaagd. Soms slagen we er maar op het allerlaatste in: op de klimaattop in Doha twee jaar geleden kregen we de Polen pas tijdens de slotsessie aan boord. Anderzijds zijn we er niet in geslaagd de interne tegenstellingen rond een verhoging van het Europese ambitieniveau tot dertig procent emissiereductie in 2020 te overbruggen. Daardoor bleven we dus zitten op een reductie van twintig procent - tot grote onvrede van vele van onze internationale onderhandelingspartners. 

Nu we tegen 2015 doelstellingen voor de periode na 2020 op de onderhandelingstafel zullen moeten leggen, zien we opnieuw dat de voorstellen daarvoor van de Europese Commissie vanuit dezelfde hoek binnen de EU op grote weerstand stuiten.  Gelukkig is er ook een groep ministers, de Green Growth Group, die tegengewicht biedt en een ambitieus klimaat- en energiebeleid voorstaat.

Spelen de kleine lidstaten voldoende mee?

Peter Wittoeck: Alleszins minder dan vroeger. De grote lidstaten en de Europese Commissie zijn de voorbije jaren steeds meer invloed gaan verwerven op de standpuntbepaling van de EU. Er is een informele coördinatiestructuur ontstaan waar die landen de dominante rol spelen.

Formeel is het nog steeds de Raad van ministers van de 28 lidstaten die de standpunten bepaalt, onder leiding van het roterende EU-voorzitterschap, dat elke zes maand in handen van een andere lidstaat is. In de praktijk zijn de voorbereiding van die standpunten en zeker de onderhandelingsstrategie en -taktiek echter grotendeels in handen van enkele vaste lead negatiators – Duitsland, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en de Europese Commissie. Zij zetten de bakens uit. Ze doen wel een beroep op experten uit de lidstaten.

België heeft het geluk dat het nog heel wat uitstekende experten heeft en op die manier in dat proces kan “inbreken”, maar voor veel andere kleine lidstaten is dat niet het geval.  Zij hebben daardoor steeds minder toegang tot informatie en tot het beslissingsproces.

Ik vrees dat dit gebrek aan transparantie kan leiden tot een gebrek aan ownership en in extremis uiteindelijk tot het wegvallen van onze eensgezindheid, wat we te allen prijze moeten vermijden.

Is de EU nog steeds een dominante speler in de klimaatonderhandelingen?

Peter Wittoeck: We zijn nog steeds een zware speler. Velen zien ons als wereldleider en de EU profileert zich ook nog steeds zo. We stonden het sterkst tussen 1997 - toen het Kyotoprotocol tot stand kwam - en 2001 (de top van Marrakech). Toen was de EU echt de leider door haar bondgenootschap met de Groep van 77, de ontwikkelingslanden. Maar er is anderzijds ook een band met onze traditionele politieke bondgenoten binnen de groep van de industrielanden, die zich over het algemeen helaas echter minder ambitieus opstellen in de klimaatonderhandelingen, wat het EU- leiderschap onder druk zet. Vooral de Britten sturen aan op een trans-Atlantisch verbond.

Dat de EU echter toch nog in staat is zich als bruggenbouwer tussen deze uitersten op te stellen, is bijvoorbeeld gebleken tijdens de klimaatconferentie van Durban eind 2011. Er kwam destijds pas een doorbraak toen de EU opnieuw een alliantie aanging met de kleine eilandstaten, de Minst Ontwikkelde Landen en de Afrikaanse groep. Op die manier kon het proces voor de onderhandeling over een nieuw akkoord tegen 2015 van start gaan.

Ook in fora zoals de Cartagena Dialogue for Progressive Action zoekt de EU actief naar bondgenootschappen met - een deel van - de ontwikkelingslanden.

Kan de EU nog de leider zijn?

Peter Wittoeck: Dat potentieel is er mijns inziens nog steeds. Het gaat erom wat je zelf in reële termen doet, het voorbeeld dat je stelt. En we moeten ook de moed hebben om een compromis met de ontwikkelingslanden te sluiten. Dat de EU in het verleden in staat is gebleken om dat te doen, wordt door sommigen als een zwakte voorgesteld, als toegeven aan de tegenpartij.  Voor mij is het net een sterkte om als speler in het multilaterale proces ook het standpunt van de andere te willen begrijpen en op die basis samen te zoeken naar oplossingen, eerder dan vanuit een gepercipieerd eigenbelang een gevecht aan te gaan. 

Dat de EU op hoog politiek niveau en sinds meerdere decennia klimaatverandering bovenaan zijn internationale en interne politieke agenda heeft geplaatst en daarbij verder kijkt dan haar eigen kortetermijnbelangen, getuigt van dergelijk leiderschap.

Het gaat erom wat je zelf in reële termen doet, het voorbeeld dat je stelt. We moeten ook de moed hebben om een compromis te sluiten met de ontwikkelingslanden. 

Waarom is zo’n bondgenootschap met de ontwikkelingslanden zo belangrijk? Gaat dit enkel om de aantallen landen, of is het ook inhoudelijk?

Peter Wittoeck: Beide. De groep van ontwikkelingslanden vormt een grote meerderheid in de onderhandelingen. Zonder de fiat van de ontwikkelingslanden is er geen akkoord mogelijk. Maar zij zijn ook diegenen die enerzijds het meeste te lijden zullen hebben onder de gevolgen van klimaatverandering en anderzijds over de minste middelen beschikken om zich aan die gevolgen aan te passen. Zij hebben dus het meest te winnen bij een multilaterale, internationale en voldoende ambitieuze aanpak.  De EU erkent dit. Bovendien zijn ze zich uit de armoede aan het tillen, wat hun emissies doet stijgen. De internationale gemeenschap moet hen helpen zich in hun ontwikkeling op een duurzamer ontwikkelingspad te zetten dan datgene dat is gevolgd door de huidige geïndustrialiseerde landen.

Is het huidige voorstel over de doelen die de EU in 2030 wil halen wel zo sterk? De EU zou tegen 2030 zijn uitstoot met veertig procent verminderen, maar wellicht ligt die uitstoot al 25 procent lager in 2020. Blijft nog amper vijftien procent vermindering op tien jaar.

Peter Wittoeck: Het klopt dat het voorgestelde ambitieniveau wordt bekritiseerd, maar toch blijven we daarmee veruit de meest ambitieuze show op aarde. Vergeet ook niet dat de EU-commissaris voor Energie maar tot 35 procent wilde gaan en dat een aantal lidstaten van geen doelstellingen wil weten zolang er geen internationaal akkoord is. Maar de Green Growth Group heeft tegengas gegeven. Die groep verzamelt ministers van dertien lidstaten. Zij willen tegen de VN-top van september 2014 met een sterk Europees voorstel komen, met een ambitieniveau dat de wil tot leiderschap toont.

Kan het ook geen nieuwe dynamiek genereren om samen met China een voorstel uit te werken? China is de grootste CO2-uitstoter ter wereld en tevens een land dat gelooft dat er een probleem van klimaatverandering is en dat daarom ook een echt klimaatbeleid heeft.

Peter Wittoeck: In de hoofden van veel Europeanen blijft China het “gele gevaar”. China wordt vooral ook als een grote economische concurrent gezien. En er is een dieper gewortelde vrees: onbekend maakt onbemind. In de perceptie van de meeste mensen staan de VS dichter bij ons, omdat we een langere gemeenschappelijke (cultuur-)geschiedenis delen. Maar inzake klimaatbeleid staat de Chinese visie wellicht dichter bij die van de EU dan die van de VS.

Inzake klimaatbeleid staat de Chinese visie wellicht dichter bij die van de EU dan die van de VS.

Als de EU een as vormt met de meest kwetsbare ontwikkelingslanden, staat China ook onder druk. Maar anderzijds klopt het ook wel dat China echt wel bezig is met low carbon-beleid. Als we een as EU-China-ontwikkelingslanden vormen, zetten we daarmee de VS onder druk. Maar het is complexer dan dat. China houdt voorlopig vast aan het rigide onderscheid, een soort van muur,  tussen Annex 1- en niet-Annex 1-landen. Dat betekent concreet dat alleen de rijke landen bindende reducties moeten aangaan en ontwikkelingslanden enkel actie ondernemen in functie van de financiële en technologische steun die ze krijgen van de industrielanden. Het Klimaatverdrag geeft hen daartoe sterke juridische argumenten, zelfs al is de capaciteit om iets te doen bij een aantal sterke ontwikkelingslanden sinds de jaren negentig toegenomen.

Ik denk dat we die muur moeten ondergraven door te spreken over een breed spectrum van inspanningen, op basis van billijkheid, rekening houdend met de verantwoordelijkheid én de capaciteit van elk. Van landen die niets moeten doen, tot landen die wat meer doen, en landen die veel doen. Een land als Congo moet niets doen. Het is arm en stoot toch bijna niets uit. Dit soort landen moeten we helpen zich uit het slijk van de armoede te trekken, op een manier die het klimaat respecteert.  Wie meer kan doen, moet ook meer doen. Wie het meest kan doen, moet het meest doen. Ik denk dat we op die manier die muur kunnen begraven.

Als we een as China-ontwikkelingslanden-EU vormen, zetten we daarmee de VS onder druk. 

Zou je dan net als Jos Delbeke, de klimaatdirecteur van de Europese Commissie, vragen dat China nog voor de VN-klimaattop 2015 in Parijs een datum vooropstelt waarop zijn uitstoot zal pieken?

Peter Wittoeck: Je kan dat vragen maar ik weet dat ze nu nog talmen. Mogelijk omdat ze niet zeker genoeg zijn dat ze die plafonds zullen halen. Daarom zijn ze voorzichtig.  De Chinezen hebben immers net als de EU wel degelijk de traditie om hun internationale verplichtingen na te leven.

China’s aanpak heeft nog meer raakpunten met ons:  China erkent volmondig het klimaatprobleem, en probeert er iets aan te doen. De Chinezen hebben daar ook goede redenen toe, al was het maar om de energiebevoorrading voor hun groeiende economie in de toekomst zeker te stellen en iets te doen aan de gigantische problemen rond luchtkwaliteit.

Zijn wij voor hen een model?

Peter Wittoeck: China is onder meer bezig met de ontwikkeling van een eigen systeem van emissiehandel, zoals er al sedert 2005 één bestaat in de EU. En ze doen daarbij een beroep op Europese experts. We worden in die zin zeker gezien als leider. Maar ze verwachten ook dat we in de internationale onderhandelingen de leiding nemen. Daarom waren ze zo gefrustreerd toen we in Kopenhagen alleen maar die dertig procent vermindering tegen 2020 wilden toezeggen, als anderen ook veel deden. Ze vonden dat een gebrek aan leiderschap.

Als we die frustratie wegnemen met een sterk voorstel, maakt dat ook in onderhandelingstermen een zeer groot verschil. Dan neem je meteen tegenargumenten weg. Je bent dan zelf geloofwaardig en ontwapent de andere in zekere zin. Je doorbreekt de vicieuze cirkel van wederzijds opbod en afbod. Iemand moet uit de cirkel stappen om dat negatieve proces te doorbreken. Als de EU de leider wil zijn in de strijd tegen klimaatverandering, moet ze zoiets doen. 

Iemand moet uit de cirkel stappen om het negatieve proces te doorbreken. Als de EU de leider wil zijn in de strijd tegen klimaatverandering, moet ze zoiets doen.

Is veertig procent vermindering dan genoeg om uit die cirkel te stappen?

Peter Wittoeck: Veertig procent is het minimum dat nodig is om de EU op het pad te zetten naar een emissiereductie van 80 tot 95 procent tegen 2050, de langetermijndoelstelling die de Europese staatshoofden en regeringsleiders reeds jaren geleden naar voor hebben geschoven. Hoe dan ook moeten we afstappen van de angst dat dit zal leiden tot buitenmatig oplopende energiekosten die ons uit de markt gaan prijzen.

Het besef groeit bij de Europese politieke leiders dat een ambitieus klimaatbeleid de Europese energiefactuur - en dus de economie - grote besparingen zal opleveren en een impuls zal betekenen voor innovatie en werkgelegenheid. Ook instellingen als de OESO en het Internationaal Energie Agentschap geven trouwens duidelijk te kennen dat een sterk klimaatbeleid best te verzoenen is met goed economisch beleid.

Fatih Birol, de directeur van het IEA, zei onlangs in Brussel dat de EU klimaatkampioen én competitief kan zijn op voorwaarde dat we nog meer energie besparen, goedkopere aardgascontracten onderhandelen, en flexibele subsidies voor hernieuwbare energie tot stand brengen die minder kosten. 

De crisis in Oekraïne is een reden te meer om onze afhankelijkheid van ingevoerde fossiele brandstoffen af te bouwen en dus onze productie van hernieuwbare energie versneld uit te bouwen. De strijd om lagere energieprijzen kunnen we toch niet winnen. We moeten inzetten op energie-efficiëntie. Dat doen we trouwens al dertig jaar.

Bedankt voor het gesprek.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.