Film ‘Eagles of the Republic’ maakt brandhout van het Egyptische regime
Regisseur Tarik Saleh: ‘Je kunt een patriot en een kunstenaar zijn, maar nooit tegelijk’

© Piroschka Van de Wouw / Reuters

© Piroschka Van de Wouw / Reuters
Hij is al tien jaar persona non grata in Egypte, maar met zijn nieuwe film Eagles of the Republic bewijst regisseur Tarik Saleh dat hij niet snel van plan is om zijn kritiek op het regime te staken. ‘Al-Sisi draagt hakken van vier centimeter? Goed voor hem, dan ziet hij er niet zo klein uit.’
Aan de buitenkant oogt het Brusselse hotel waar we hebben afgesproken niet overweldigend, maar binnen baadt de lobby in ouderwetse grandeur, met obers die over elkaar heen buitelen en planten die moeiteloos in het decor opgaan. Het zou zomaar de setting van één van zijn films kunnen zijn, geeft Tarik Saleh (53) toe wanneer hij plaatsneemt aan een van de tafeltjes achteraan.
De Zweeds-Egyptische regisseur brak in 2017 internationaal door met The Nile Hilton Incident, een rokerige thriller die zich afspeelt in het gelijknamige hotel in Caïro. Vijf jaar later volgde de nagelbijter Cairo Conspiracy (Boy from Heaven), waarin een student verstrikt raakt in de machtsstrijd tussen religieuze leiders en het Egyptische regime. Voor de eerste film won hij de Grote Juryprijs op het Sundance filmfestival, met de tweede sleepte hij in Cannes de prijs voor het beste scenario in de wacht.
Saleh is eind oktober in België om het sluitstuk van zijn Caïro-trilogie voor te stellen: Eagles of the Republic. De film draait rond het personage George Fahmy, een razend populaire acteur die bekendstaat als ‘de farao van het witte scherm’. Wanneer hij plots bij de autoriteiten in ongenade valt, wordt hij met zachte hand gedwongen een voorstel te accepteren: president Abdel Fatah al-Sisi spelen in een propagandafilm over diens regime.
‘Deze film zal er niet voor zorgen dat ik snel weer een visum krijg’, lacht Saleh. Maar het is een wrange lach, dat beseft hij maar al te goed. Al tien jaar mag hij Egypte niet meer binnen. ‘In 2015 zou ik mijn film The Nile Hilton Incident opnemen. Maar drie dagen voor de opnames begonnen, kreeg ik van de veiligheidsdiensten te horen dat ik het land maar beter snel kon verlaten. Dat was de laatste keer dat ik Egypte zag.’
Wie is Tarik Saleh?
Tarik Saleh werd in 1972 in Stockholm geboren als zoon van een Zweedse moeder en een Egyptische vader. Die was naar Zweden verhuisd om aan zijn militaire dienst te ontsnappen, ook al speelden er volgens Saleh nog andere redenen mee.
In 1981, toen Saleh negen was, werd president Anwar Sadat vermoord. Daardoor kon het gezin een jaar later voor het eerst terug naar Egypte. Vanaf zijn tienerjaren bezocht Saleh elk jaar het geboorteland van zijn vader.
Voordat hij de overstap naar film maakte, bouwde hij eind jaren tachtig en begin jaren negentig in zijn geboortestad Stockholm een reputatie op als graffitikunstenaar. In interviews vertelt hij graag over hoe hij filmkunst op eenzelfde vrije, ongedwongen manier benadert.
Hij debuteerde in 2009 met Metropia, een animatieproductie die het verhaal vertelt van een man die in opstand komt tegen de praktijken van een machtig en omstreden bedrijf. Het meest bekend is hij om zijn Caïro-trilogie, waarvan nu het derde en laatste deel in de Belgische zalen loopt.
U bent al tien jaar niet meer welkom in Egypte, maar het land blijft in uw werk duidelijk aanwezig.
Tarik Saleh: ‘Ik geloof dat elke filmmaker een bepaalde plek heeft waar hij telkens naar terugkeert en die hij steeds opnieuw probeert te herinterpreteren. Toch wil ik benadrukken dat ik na The Nile Hilton Incident ook een paar jaar in Amerika heb gewerkt. Daar maakte ik The Contractor, met Chris Pine in de hoofdrol. Ook vóór The Nile Hilton Incident maakte ik een film die zich afspeelde in Stockholm en Sri Lanka.’
‘Dat gezegd zijnde: film gaat vaak gaat over de ruimte tussen droom en realiteit. En voor mij is die ruimte Egypte. Tot mijn tiende – toch een zeer vormende leeftijd – had ik van dat land een heel sterk, bijna mythisch beeld in mijn hoofd. Er was toen ook nog geen internet. Mijn vader is kunstenaar, hij vertelde voortdurend verhalen en maakte tekeningen. Dan legde hij me nauwgezet uit: dit was de Nijl, zo zag mijn dorp eruit. Daardoor had ik een heel idyllisch beeld van Egypte.’
Hoe was het om voor het eerst het land van uw vader te zien?
Tarik Saleh: ‘Een flinke ontnuchtering. Toen ik Egypte eindelijk met mijn eigen ogen zag, leek het in niets op het beeld dat mijn vader had geschetst. Het voelde alsof het land een oorlog achter de rug had. Intussen is het grondig herbouwd, maar in 1982 was het nog behoorlijk vervallen.’
Het beeld dat u van Egypte schetst in uw films, staat ook mijlenver af van de idylle van uw vader.
Tarik Saleh: ‘Je mag niet vergeten dat mijn films politieke thrillers zijn. Het draait daarbij vooral om een sfeer, om een gevoel. Het is een existentieel genre: het hoofdpersonage is zijn eigen grootste vijand. Dat geldt ook voor de eerste twee films van mijn trilogie. Als ik een film over Brussel zou maken, zou dat ook geen lichtvoetig promopraatje worden om toeristen te lokken en de mooie architectuur te bewonderen. Die zou zich waarschijnlijk afspelen in een duistere setting, in een of andere conflictsituatie.’
‘Maar wat ik echt wil benadrukken: mijn films gaan niet zozeer over Egypte, maar over Caïro. Dat is een groot verschil. Egypte is een groot en divers land, je kunt dat niet reduceren tot de realiteit van een hoofdstad. Ik zie steden sowieso als personages. Stockholm is bijvoorbeeld iemand die graag aardig gevonden wil worden. Caïro, daarentegen, kan het geen moer schelen wat je van hem denkt. In het Arabisch betekent Caïro “de veroveraar”. De stad is zo overweldigend, ze neemt je helemaal over. Het is dan ook een perfecte setting voor een film noir.’
Elk tijdperk zijn farao
Eagles of the Republic is opgedragen aan uw dochters. Probeert u hen, net zoals uw vader bij u deed, een beeld van Caïro mee te geven?
Tarik Saleh: ‘In zekere zin zijn deze films inderdaad een soort testament. Dat kan bijna niet anders wanneer je zulke persoonlijke films maakt waar je zoveel tijd en energie in steekt. Je schrijft ze, bereidt ze voor, draait ze, monteert ze, en zo doorloop je het hele proces. En dan is er nog de manier waarop ik werk: ik probeer films te maken die zeer tijdloos zijn. Ik geloof ook dat de tijd in Egypte een beetje stil staat.’
Hoe bedoelt u?
Tarik Saleh: ‘Kijk, macht is van alle tijden. Elk tijdperk heeft zijn farao, en die blijft zitten tot hij sterft of wordt verdreven. Maar in essentie verandert er weinig. Maar als ik aan mijn dochters denk, zie ik net het omgekeerde. Ik zie hoe de tijd zich voortdurend in hen voortbeweegt; hoe ze groeien, hoe snel ze veranderen. En ik hoop dat ze, wanneer ze mijn films zien als ze oud zijn, zullen begrijpen dat ik hen iets wilde meegeven. Dat ik hen iets wilde tonen dat ik zelf heb ervaren.’
Begint die herinnering na tien jaar niet stilaan te vervagen?
Tarik Saleh: ‘Ik ben inderdaad al lange tijd niet meer in Egypte geweest. Daardoor voelt het soms alsof ik een herinnering probeer vast te leggen aan een plek die voor mij aan het verdwijnen is. Dat klinkt misschien somber, maar het is niet alleen dat. Er zit ook veel humor in mijn films, het is niet louter kommer en kwel.’
‘Ik koester warme herinneringen aan Egypte, ook al is het voor mij persoonlijk slecht afgelopen. Het was niet dat ik wilde weggaan, maar in 2015 werd de dreiging voor mij te groot. Ik moest vertrekken. En ja, misschien kan ik ook nooit meer terugkeren. Dat doet me uiteraard ontzettend pijn. Maar ik moet ook denken aan de veiligheid van de mensen van wie ik hou.’
Natie van diversiteit
Eagles of the Republic draait rond George Fahmy, een beroemde acteur die gedwongen wordt om president al-Sisi te vertolken in een propagandafilm. Kan een kunstenaar ook patriot zijn?
Tarik Saleh: ‘Ik denk dat je patriot en kunstenaar kunt zijn, maar niet tegelijk. (grijnst). Sommige geweldige kunstenaars waren patriotten. De vraag is alleen: verschuil je je, zoals George Fahmy in mijn film, achter het behoud van je eigen privileges? Hou je met andere woorden vast aan die privileges door een beetje mee te dansen? En hoever ga je daar dan precies in mee?’
Hoever zou u zelf meegaan?
Tarik Saleh: ‘Jeetje, wat een vraag. Privé heb ik heel veel meningen, ik ben politiek heel uitgesproken. Ik geloof in naties als dat betekent dat ze divers zijn en iedereen kan zijn wie of wat hij wil. Helaas is dat lang niet altijd zo. Egypte is daar een heel goed voorbeeld van. Toen de Moslimbroeders aan de macht kwamen, wilden ze een moslimstaat creëren. Dat lijkt op wat radicaal-rechtse politici vandaag in Europa proberen: een natie voor één soort geloof en één soort mensen.’
‘Toen al-Sisi aan de macht kwam, zei hij: je mag christen zijn, moslim, progressief, noem maar op. Je mag veel zijn, behalve één ding: iemand die mij bekritiseert. Het is verschrikkelijk om te zeggen, maar in zekere zin was dat een verbetering. Plots kon Egypte weer divers zijn. Vrouwen konden weer op straat komen, iets wat onder de Moslimbroederschap niet vanzelfsprekend was. In die zin is de vraag wat vrijheid precies betekent ongelofelijk complex.’
Vrijheid betekent nog niet dat je van je land houdt.
Tarik Saleh: ‘Patriottisme en het idee dat je trots moet zijn op je land en je volk, vind ik een anti-intellectuele constructie. Het is puur toeval waar je geboren bent. Waarom zou je bijvoorbeeld trots zijn op het feit dat je Zweeds bent? Omdat het een rijk land is? Dat heb je niet aan jezelf te danken. Je bent toevallig in een bevoorrechte situatie geboren. Misschien zou je je juist moeten schamen dat je daar niet meer mee hebt gedaan. Trots zijn op je land is absurd en eerlijk gezegd zelfs een beetje dom.’
U bent nooit trots als het Zweedse elftal wint?
Tarik Saleh: ‘Het gebeurt zelden dat die ploeg wint. Het damesteam is behoorlijk goed, maar het mannenelftal is echt verschrikkelijk. Maar ja, natuurlijk voel ik dan een beetje trots. Dat heb ik ook wanneer Egypte de Africa Cup wint. Het is een emotie, toch? Daar is niets intellectueels aan.’
Kunst vs. kunstenaar
Vindt u dat kunstenaars een speciale status hebben? Of anders gezegd: staan ze buiten de samenleving?
Tarik Saleh: ‘Nee, absoluut niet. In dat opzicht ben ik een erg saaie Zweed: ik vind dat iedereen verantwoordelijkheid draagt. Ik geloof niet in uitzonderingsposities, en al zeker niet als het over mensenrechten gaat. En dus geloof ik ook niet dat het een mensenrecht is om een film te regisseren. Integendeel zelfs: films zijn erg duur om te maken. Je hebt financiering nodig en je moet in elke fase compromissen sluiten. Dat maakt het net interessant, omdat een film maken uiteindelijk meer weg heeft van een onderhandeling. Kunst kan een uitzonderlijke plaats innemen, maar de kunstenaar niet.’
Kun je die twee van elkaar onderscheiden?
Tarik Saleh: ‘Het is erg moeilijk om de kunstenaar los te zien van zijn kunst, zo is dat. Maar context is alles. Echte artistieke vrijheid is uitzonderlijk. 99,9 procent van alle kunst is in opdracht gemaakt van machthebbers en dient maar één doel: hun macht bestendigen. Of het nu om de piramides gaat of de Sixtijnse kapel, telkens draait het om het vestigen van de superioriteit van de opdrachtgever over het volk, om mensen te doen geloven dat ze God op aarde zijn.’
‘Daarnaast weten de meeste kunstenaars maar al te goed dat er talloze regels en beperkingen zijn. Voor elk groot kunstwerk moet je een boek met regels opstellen. Dat is doorgaans onzichtbaar voor het publiek. En daar wringt het: het publiek zal je meteen in de steek laten als je niet eerlijk bent. Mensen verlangen naar een eerlijk gesprek. Maar omdat je je publiek nooit echt kent, blijft het een dialoog met vreemden. Kunst is dus: een eerlijk gesprek voeren met iemand die je niet kent.’
Nochtans liegt het hoofdpersonage in uw film voortdurend. Hij lijkt allesbehalve eerlijk.
Tarik Saleh: ‘Dat klopt. Deze film was juist zo ingewikkeld en moeilijk om te maken, omdat hij over liegen gaat. Ik wilde een eerlijke film maken over leugens. Dat is op zichzelf al een paradox. George Fahmy liegt aan de lopende band, zelfs tegen zichzelf. Maar ik geloof dat hij de waarheid vertelt met zijn ogen, ook wanneer zijn woorden en daden dat niet doen. Ik zie hem bovendien niet als een slecht mens. Hij liegt meestal om de mensen van wie hij houdt te beschermen. Dat is net het tragische. We vertellen onszelf dat we moeten liegen om anderen te beschermen, en zo rechtvaardigen we die leugens.’
Dan is het maar een kleine stap…
Tarik Saleh: ‘Om toe te geven? Zeker. En toegegeven: ik worstel daar zelf ook voortdurend mee. Nog maar een paar maanden geleden was ik uitgenodigd voor een diner in het Zweedse parlement. Dat gebeurt als je een beetje succes hebt, dan mag je met ministers tafelen. En vergis je niet: ik loop niet hoog op met deze regering, integendeel. Ik vind dat ze het land kapotmaakt, dat ze verdeeldheid zaait en door en door slecht is.’
‘Maar toen begon het malen in mijn hoofd. Ik dacht: ik werk voortdurend in landen waar ik in de problemen kan komen. Dus misschien is het wel verstandig om naar dit diner te gaan en deze ministers te leren kennen. Als ik ooit in de knel raak, kunnen deze mensen me misschien helpen. En kijk, zo begint het, deze kleine corruptie, deze dans met de duivel. Voor je het weet zit je daar gezellig te tafelen.’
Bent u uiteindelijk gegaan?
Tarik Saleh: ‘Ben je gek? Natuurlijk niet. Al geef ik toe dat een beetje druk, een ietsiepietie aandringen of dreigen, voldoende was geweest om toe te geven. Maar nee, ik ben niet gegaan, omdat ik vind dat je je vandaag de dag nog wel wat integriteit kunt veroorloven. Dus zei ik tegen mezelf: “Nee, ik ga niet bij dit zootje aan tafel zitten.”’

Beeld uit Eagles of the Republic
© Cinéart
Culturele boycot
Enkele maanden geleden ontstond er in België veel ophef over een Israëlische dirigent die zou optreden in Gent. Uiteindelijk werd het concert geannuleerd. Wat vindt u van zulke culturele boycots?
Tarik Saleh: ‘Dat is een ingewikkelde kwestie. Ik heb daar in het verleden zelf ook mee te maken gehad. In de Arabische wereld gaat het vaak over ‘normalisering’: als je niet boycot, keur je de situatie in feite impliciet goed. Mijn twee vorige films zijn in Israël verschenen. Na The Nile Hilton Incident gaf ik een interview aan een van de grootste filmcritici van Israël. Daarvoor kreeg ik, allicht terecht, stevige kritiek in de Arabische wereld.’
Waarom deed u dat?
Tarik Saleh: ‘Vandaag liggen de kaarten anders. Nu er een genocide gaande is, vind ik het moeilijk om niet te reageren. Maar destijds was ik kwaad omdat mijn films verboden waren in Egypte en ik er zelf ook persona non grata was. Daarnaast vond ik dat deze zogenaamde leiders, figuren als Bibi Netanyahu of al-Sisi, veel gemeen hebben. Ze doen allemaal alsof dat niet zo is, maar ze zijn allemaal vriendjes en ondersteunen elkaar op verschillende manieren.’
‘Daartegenover staat dat ik mij verbonden voel met filmmakers en -liefhebbers van over de hele wereld. Zo ben ik bijvoorbeeld goed bevriend met de Iraans-Deense cineast Ali Abbasi. Toen onze films Boy from Heaven en Holy Spider tegelijkertijd in de bioscoop draaiden, werd ik uitgenodigd in Teheran en hij in Caïro. Om maar te zeggen: de wereld is een gruwelijke plek waar deze leiders geen schaamte kennen, maar Ali en ik hebben alles gemeen.’
Ali Abbasi’s laatste film, The Apprentice, gaat over de jonge jaren van Donald Trump. In uw laatste film duikt al-Sisi op. Heeft u lang nagedacht over die beslissing?
Tarik Saleh: ‘Ja, dat was een van de moeilijkste artistieke beslissingen. Laat ik hem in mijn film verschijnen of niet? Het zou veel eenvoudiger zijn geweest om een fictief staatshoofd te verzinnen of het verhaal te laten plaatsvinden in een ander tijdperk. Maar dat zou niet eerlijk zijn geweest. Ook al is het een fictiefilm, er zitten zeker reële elementen in.’
Zoals?
Tarik Saleh: ‘Al-Sissi pleegde in 2013 een staatsgreep, en sindsdien controleert het leger de filmindustrie in Egypte. Tegenwoordig staat die industrie vooral bekend om haar televisiereeksen. Eén van de meest prestigieuze reeksen is Al Ekhteyar (de keuze), over de opkomst van al-Sisi. Om hem te spelen, kozen ze een rijzige, knappe acteur. Wat bijzonder komisch is, want al-Sisi is nog kaler dan ik en een duim groot.’
‘Als je al-Sisi opvoert, weet je dat je film echt giftig wordt. Hij verschijnt als zittend president, een van de favoriete dictators van het Westen. Onlangs werd hij nog gevierd door alle hoge piefen van de EU. Ik hoorde dat hij tijdens dat onderhoud hakken van vier centimeter droeg. Dat is goed voor hem, dan ziet hij er niet zo klein uit.’
‘Mijn vriend Ali Abbasi worstelde tijdens het maken van The Apprentice met dezelfde artistieke dilemma’s. Mensen vroegen zich af: kan ik nog wel naar een film over Donald Trump kijken? Dan zeg ik: zeker doen, het is een geweldige film. You’ll be entertained.’

Eagles of the Republic van Tarik Saleh speelt sinds 12 oktober in de Belgische zalen. De film wordt verdeeld door Cinéart.
Word proMO*
Vind je MO* waardevol? Word dan proMO* voor slechts 4,60 euro per maand en help ons dit journalistieke project mogelijk maken, zonder betaalmuur, voor iedereen. Als proMO* ontvang je het magazine in je brievenbus én geniet je van tal van andere voordelen.
Je helpt ons groeien en zorgt ervoor dat we al onze verhalen gratis kunnen verspreiden. Je ontvangt vier keer per jaar MO*magazine én extra edities.
Je bent gratis welkom op onze evenementen en maakt kans op gratis tickets voor concerten, films, festivals en tentoonstellingen.
Je kan in dialoog gaan met onze journalisten via een aparte Facebookgroep.
Je ontvangt elke maand een exclusieve proMO*nieuwsbrief
Je volgt de auteurs en onderwerpen die jou interesseren en kan de beste artikels voor later bewaren.
Per maand
€4,60
Betaal maandelijks via domiciliëring.
Meest gekozen
Per jaar
€60
Betaal jaarlijks via domiciliëring.
Voor één jaar
€65
Betaal voor één jaar.
Ben je al proMO*
Log dan hier in

