Syrisch mensenrechtenactivist Haytham Manna: ‘Het bloed van de opstand heeft geen prijs’
Verkiezingen hebben zelden het volk vertegenwoordigd. Stemmen is een ervaring, een oefening. In de Arabische landen waar het hoofd van het regime gevallen is maar de oude structuren nog aanwezig zijn, moeten we meerdere verkiezingsrondes afwachten om te kunnen evalueren. De angst is dat we tijdens de laatste test zouden ontdekken dat we er niet in geslaagd zijn een sterke basis te leggen voor echte democratie.’ Aan het woord is Haytham Manna. De Syrische opposant en mensenrechtenactivist woont al jaren in ballingschap in Parijs en is woordvoerder van de Arabische Commissie voor Mensenrechten.
Manna is afkomstig uit Deraa, de provincie waar de Syrische opstand begon, en behoort tot een familie van opposanten. Zijn vader zat jaren in de gevangenis. Zijn broer werd begin augustus in Deraa omgebracht. Toch blijft Manna als de dood voor elke buitenlandse inmenging in Syrië. En dat verklaart zijn kritiek op de Syrische Nationale Raad, een orgaan dat begin oktober in Istanboel werd opgericht door Syrische opposanten.
Is de eerste verjaardag van de Arabische lente een feest?
Haytham Manna: Wij zijn in een fase terechtgekomen waarin de revolutie en de contrarevolutie een duidelijke vorm hebben gekregen. De contrarevolutie wordt niet enkel gedragen door aanhangers van het oude regime en buitenlandse krachten, maar ook door sommige vroegere onderdrukten zoals de Moslimbroeders.
Hoe komt dat?
Haytham Manna: Sommige partijen in Tunesië konden snel na hun oprichting over veel geld beschikken, werden gesteund door de media, en konden makkelijk coalities vormen. Anderen niet. De media van de Golfstaten mengen zich in de verkiezingen in alle landen. In Saoedi-Arabië is er geen stemrecht maar satellietzender Al-Arabiyya “stemt” in Syrië wel voor de Nationale Raad. Al-Qaradawi, de islamgeleerde die vaak op Al Jazeera te zien is, stemt voor de Syrische Nationale Raad en dat doet ook de Franse minister van Buitenlandse Zaken Alain Juppé, hoewel ze de Syrische nationaliteit niet hebben. Ze beroepen zich op het inmengingsrecht om het volk te steunen. Maar dat is geen steun aan het volk. Want wie het volk wil steunen, zegt dat hij met het volk is –niet met een bepaalde partij. Wat we nu zien, is negatieve inmenging, die vernietigt en niet opbouwt. Ze gaat ten koste van de meest verlichte krachten van het volk.
U bent tegen de oprichting van de Syrische Nationale Raad. Waarom?
Haytham Manna: We hebben die Raad niet nodig. Ik weet niet waar hij ons naartoe zal brengen, zeker met op de achtergrond de grote appetijt van Turkije om een regionale rol te spelen. Ik hoop dat dat niet tot een militaire interventie leidt. In Syrië willen we dat de verandering van binnenuit komt. We willen dat de revolutie een authentieke verwezenlijking van het volk is. De opstand in Syrië wordt met bloed betaald. Dat bloed heeft geen prijs. We willen niet dat het wordt verhandeld of verkocht, niet in Washington noch in welke Arabische hoofdstad dan ook.
Maar er vallen dagelijks slachtoffers. Kunnen de Syriërs het nog lang volhouden?
Haytham Manna: Wat er in de voorbije zeven maanden gebeurd is, maakt dat het antwoord zeker en vast ja is. In die periode werd Deraa veertig dagen lang geblokkeerd. Tijdens die veertig dagen werden er tweeëndertig betogingen georganiseerd, door vrouwen. Op 31 juli was er een militaire aanval op drie steden en toch blijven de mensen op straat komen en protesteren. Er worden nog betogingen georganiseerd in Homs, Rasten en de dorpen van Damascus. Het volk houdt het vol en kan het nog lang vol houden.
Het lijkt erop dat niemand bij die confrontatie wint.
Haytham Manna: Dat klopt als je ervan uitgaat dat enkel de val van het hoofd van het regime een overwinning zou betekenen. Maar ik zie dat het volk al overwinningen hééft geboekt. Er is een verandering in de geesten en de harten. Er is verandering in het leven van de mensen. Er heerst grote solidariteit. Dat zijn verwezenlijkingen van de laatste maanden, die de voorbije veertig jaar ondenkbaar waren. De vraag is waarom we er niet in slagen de meerderheid aan te trekken die van de zijlijn toekijkt. De grote steden Damascus en Alepo doen niet mee.
Hoe komt dat?
Haytham Manna: Het gaat over het Syrië van morgen. Wat je hoort is: het regime moet vallen. Maar wat daarna? Er zijn religieuze en etnische minderheden in Syrië en die zijn bang. Als morgen Bachar Al-Assad valt, wie komt dan? Satan? De mensen willen duidelijkheid over het Syrië van morgen. Daarom zijn we voor een duidelijke definitie van burgerschap vanaf vandaag. Wij willen een duidelijke definitie van de democratische en burgerlijke staat. We willen weten waar we naartoe gaan.