4 op de 10 Vlamingen niet mee met digitalisering van de overheid

Nieuws

Digitale kloof

4 op de 10 Vlamingen niet mee met digitalisering van de overheid

Bijna vier op de tien Vlamingen lopen het risico om uitgesloten te worden van essentiële overheidsdiensten, simpelweg omdat ze geen toegang hebben tot digitale toestellen of over onvoldoende digitale basisvaardigheden beschikken. 

De digitalisering van publieke diensten is tijdens de coronapandemie in een stroomversnelling gekomen. Fysieke loketten van de overheid gingen dicht en essentiële overheidsdiensten schakelden over op een digitale variant. Maar in veel gevallen stonden deze digitale oplossingen nog niet volledig op punt, moesten mensen plots sneller dan oorspronkelijk gedacht overschakelen, en verliep de overgang niet overal even vlot.

Volgens de barometer digitale inclusie (2024) heeft in Vlaanderen 35% van de bevolking zwakke digitale vaardigheden, tegenover 38% in Wallonië en 30% in Brussel.

Digitale uitsluiting

Vlaamse en lokale overheden hebben wel een beleid uitgewerkt rond digitale inclusie maar de conclusie van het het Vlaams Mensenrechteninstituut in een vandaag uitgebracht advies over gelijkwaardige dienstverlening luidt dat ‘ondanks deze inspanningen de digitale uitsluiting een ernstig probleem blijft in Vlaanderen’. 

‘Wanneer de overheid haar dienstverlening uitsluitend digitaal aanbiedt, komen mensenrechten in het gedrang’, zegt het instituut. Zo zijn het recht op een menswaardig bestaan en gelijke behandeling niet langer gewaarborgd. 

Volgens het Vlaams Mensenrechteninstituut zijn vooral ouderen, mensen met een lager inkomen of beperkte scholing extra kwetsbaar.

Niet-digitale alternatieven nog nodig

Het instituut zegt dat het huidige beleid rond digitale inclusie beter kan. Op basis van klachten en meldingen en na eigen onderzoek luidt het advies om het recht op gelijkwaardige alternatieven voor de digitale publieke dienstverlening in Vlaanderen beter te garanderen. 

Er moet dus meer sprake zijn van niet-digitale alternatieven voor een ‘inclusieve en toegankelijke publieke dienstverlening in een verder steeds meer digitale samenleving’.

De auteurs van het advies pleiten voor gelijkwaardige alternatieven, naast effectieve toezichtmechanismen die daarop controleren. ‘Enkel zo maken we van digitale vooruitgang een recht en een genot voor iedereen, niet een nieuwe bron van ongelijkheid.’