Afrikaners willen 'Pretoria' niet kwijt
Moyiga Nduru
15 mei 2006
Een voorstel om de naam van de Zuid-Afrikaanse hoofdstad Pretoria te wijzigen in Tshwane, zorgt al maanden voor discussie. De Zuid-Afrikaanse minister van Kunst en Cultuur zei deze week dat een besluit pas genomen kan worden "als alle gevolgen van een naamsverandering grondig onderzocht zijn."
De naam Pretoria verwijst naar de Afrikaner held Andries Pretorius, die zich in de jaren dertig van de negentiende eeuw vestigde in de streek. De stad kreeg 151 jaar geleden de naam Pretoria van de Pretorius’ zoon Marthinus, de eerste president van Zuid-Afrika. De Afrikaners stammen af van emigranten, veelal Nederlanders, die zich driehonderd jaar geleden in Zuid-Afrika vestigden.
Sommige inwoners van Pretoria, zoals Kalli Kriel, zitten niet te wachten op een naamsverandering. De huidige naam heeft voor hem grote historische waarde. “Pretorius was een van de eerste en belangrijkste vrijheidsstrijders tegen het Britse kolonialisme in Afrika. Daar zou hij om gewaardeerd moeten worden”, zegt Kriel, woordvoerder van Pretoria Civil Action, een overkoepelende organisatie die tegenstanders van de naamswijziging verenigt.
Een naamsverandering kan volgens hem bovendien schadelijk zijn voor de economie in Pretoria. “De stad is een tevens een merknaam geworden. Een naamsverandering kan het toerisme schaden. Daarnaast kost het nog eens 1,5 biljoen rand (ruim 191 miljoen euro) om de naamsverandering door te voeren”, zegt hij.
Oud-president F.W. de Klerk, de laatste president van het apartheidstijdperk, mengde zich ook in het debat. “Pretoria heeft een centrale en eervolle plaats in onze geschiedenis. De stad staat symbool voor de antikoloniale oorlog die de Afrikaners vochten tegen het Britse rijk, een van de eerste Afrikaanse bevrijdingsoorlogen”, stelde hij eerder in een verklaring.
Voor de zwarte inwoners heeft de naam Pretoria weinig waarde. “Het is onlogisch om een stad te vernoemen naar een man die bloed aan zijn handen heeft”, zegt Steve Redebe, onderzoeker aan de Universiteit van Zuid-Afrika in Pretoria. Redebe erkent dat Pretorius door de Afrikaners bewonderd wordt om zijn moed op te staan tegen de Britten, maar wijst er tevens op dat hij verantwoordelijk was voor de moord op duizenden Zulu-strijders tijdens de ‘Slag bij de Bloedrivier’ in 1838.
“We zouden onze hoofdstad niet naar zo’n man moeten blijven vernoemen, helemaal niet nu het tijdperk van de apartheid achter ons ligt”, aldus Redebe. Toen in 1994 een einde kwam aan het apartheidssysteem, riep Nelson Mandela, de eerste zwarte president van Zuid-Afrika, op tot verzoening tussen blank en zwart.
Tshwane is de naam van een prominente Ndebele-leider die leefde in het huidige Pretoria, in de de periode voordat de blanken er kwamen. Het betekent “we zijn hetzelfde” of “we zijn één omdat we samenleven”.
Fred Nel, leider van de Democratische Alliantie Tshwane, een oppositiepartij, is voor een compromis. Dat zou inhouden dat de buitenwijken van Pretoria de naam Tshwane krijgen, terwijl de binnenstad de naam Pretoria blijft dragen. “Dat symboliseert de verscheidenheid in onze stad”, zei hij.
De gemeenteraad van Pretoria stemde vorig jaar maart voor een naamsverandering. Die naam zou in oktober vorig jaar officieel goedgekeurd moeten worden door de Zuid-Afrikaanse Raad voor Geografische Namen, maar dat gebeurde niet. Die raad komt nu in juli opnieuw bijeen om de kwestie te bespreken. (JS)