Amerikaans veto dreigt voor schuldverlichting met IMF-goud
Emad Mekay
03 juni 2005
In de VS groeit de weerstand tegen het plan om de schulden van de armste landen te betalen met de goudvoorraden van het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Schuldverlichting is een van de belangrijkste thema's tijdens de G8-top van de zeven industrielanden en Rusland die op 7 en 8 juli wordt gehouden in het Schotse dorpje Gleneagles.
Met de verkoop van IMF-goud kan schuldverlichting voor de armste landen gefinancierd worden. Volgens de Amerikaanse goudindustrie kan de verkoop de armste landen echter ook schaden. Newmont Mining Co. in Denver, de grootste goudproducent ter wereld, voert actief oppositie tegen het voorstel. Het bedrijf zegt dat de goudprijzen op de wereldmarkt zullen dalen door de verkoop van IMF-goud.
Het voorstel voor de verkoop van het goud moet goedgekeurd worden met 85 procent van de stemmen binnen het IMF. Amerika bezit 17 procent van de stemmen en het Amerikaanse standpunt kan dus doorslaggevend zijn. Amerika is na Zuid-Afrika de grootste goudproducent. Het meeste goud wordt geproduceerd in westelijke staten zoals Nevada. In februari riepen twaalf Amerikaanse senatoren minister van Financiën John Snow op om stelling te nemen tegen de verkoop.
De actiegroepen, waaronder Africa Action, Essential Action, Global Aids Alliance, Global Exchange en Jubilee USA, beweren echter dat het IMF de garantie heeft gegeven dat de (beperkte) verkoop geen invloed heeft op de netto goudprijzen. Newmont gebruikt oneigenlijke argumenten om de schuldkwijtschelding te saboteren. Miljoenen mensen kunnen daardoor wellicht niet profiteren van het plan, stelden de groepen woensdag in een gezamenlijke verklaring.
Volgens Carol Raulston, woordvoerder van de National Mining Association (NMA) in Washington, is het IMF-voorstel te beperkt om daadwerkelijk verlichting voor de armste landen te brengen. Zij zegt dat veel van de landen die volgens actiegroepen door het IMF-programma geholpen worden, zelf goudproducerende landen zijn. Zij zouden juist schade kunnen lijden door dalende marktprijzen.
De NMA voert “geen intensieve” campagne tegen de goudverkoop. Dat Amerikaanse senatoren op eigen initiatief stelling namen tegen de verkoop, geeft volgens Raulston aan dat zij begrijpen welke consequenties de deal kan hebben.
De schuldenkwestie houdt activisten, de industrie en experts al jaren bezig. Door de leningen aan ontwikkelingslanden vangen publieke en private kredietverstrekkers in rijke landen miljoenen aan rente en aflossing. Arme landen houden daardoor weinig geld over voor binnenlandse prioriteiten, zoals gezondheidszorg en onderwijs. Landen als Ghana, Kenia en Bolivia hebben torenhoge schulden aan rijke landen en andere geldschieters zoals het IMF en de Wereldbank.
Het IMF was in eerste instantie tegen de goudverkoop, maar draaide langzaam bij. Onderzoekers van het instituut constateerden dat het mogelijk was de ondergewaardeerde en ongebruikte goudvoorraden te gebruiken om schuldverlichting voor de armste landen te financieren.
Ook uit onderzoek van het Centre for Global Development en het Institute for International Economics, beide in Washington, bleek dat de verkoop van 15 procent van de goudreserves voldoende is om zeven miljard dollar binnen te halen. Dat is genoeg om 100 procent van de schulden van de armste landen die daarvoor in aanmerking komen, kwijt te schelden.
Het IMF waardeert het goud op de balans op ongeveer negen miljard dollar. Dat is volgens de twee ‘denktanken’ in Washington ver onder de huidige marktprijs van 45 miljard. De veranderingen op de markt verlagen het risico van de verkoop volgens actiegroepen. De goudprijzen zijn sinds 1999 met ongeveer 50 procent gestegen. Goudproducerende landen varen daar wel bij en voor het IMF betekent het dat slechts een relatief klein deel van het goud verkocht hoeft te worden om voldoende inkomsten genereren.
Woordvoerder Raulston van de NMA wijst er echter op dat geruchten over de verkoop van goud in het verleden hebben geleid tot negatieve invloed op de goudverkoop, schade voor de economie en verlies van werkgelegenheid. Voor de schuldenproblematiek moet een oplossing gevonden worden die echt werkt in plaats van een oplossing die alleen maar die indruk wekt. Verkoop van een deel van de IMF-voorraden is te beperkt voor een probleem dat zo omvangrijk is. (JS/MM)