Amerikaanse roep om machtswissel Iran klinkt luider
Jim Lobe
28 januari 2010
Nu de Amerikaanse Senaat strenge sancties plant tegen Iran, zetten de neoconservatieven de regering-Obama onder druk om een agressievere koers te varen en resoluut aan te sturen op een machtswissel in Iran.
Enkele dagen geleden kregen de Amerikaanse haviken plots steun uit onverwachte hoek. In een column in het tijdschrift Newsweek riep Richard Haass, voorzitter van de invloedrijke Council on Foreign Relations (CFR), op tot actie.
Haass wordt beschouwd als beschermeling van zogenaamde “realisten”, zoals voormalig veiligheidsadviseur Brent Scowcroft en voormalig minister van Buitenlandse Zaken Colin Powell. In zijn column verwijst hij naar de aanhoudende onrust in Iran na de verkiezingen in juni, en voert hij aan dat “Iran mogelijk dichter bij fundamentele politieke verandering is dan op enig ander moment sinds de revolutie die dertig jaar geleden de Shah verdreef.”
Verder stelt hij dat “de VS, Europese regeringen en anderen hun politiek ten opzichte van Iran moeten aanpassen om het vooruitzicht op die verandering te verbeteren. Zelfs een realist zou moeten inzien dat dit een kans is die we niet mogen missen”, schrijft hij.
Haass’ verandering van mening werd snel opgepikt door toonaangevende neoconservatieven die al lang pleiten voor “regime change” in Iran als de beste manier om het land af te helpen van zijn nucleaire ambities. Robert Kagan van het Carnegie Endowment for International Peace schreef gisteren (woensdag) in de Washington Post dat “president Obama een kans krijgt die maar eens in een generatie voorkomt, een kans om de wereld drastisch veiliger te maken. Gezien de rol die de islamitische theocratie in Teheran gespeeld heeft om antidemocratisch, antiliberaal en antiwesters fanatisme te steunen in de afgelopen drie decennia, zou de omverwerping van dat regime en de verandering die ermee gepaard gaat enkel overtroffen worden door de val van de Sovjetunie wat betreft de ideologische en geopolitieke implicaties”, schrijft hij.
Sancties
De hernieuwde campagne voor een machtswissel in Iran komt in aanlopp naar de goedkeuring door het Congres van nieuwe, controversiële sancties tegen Iran. Onder zware druk van de zogenaamde Israël-lobby, keurde het Huis van Afgevaardigden vorige week eindelijk de wet goed. Die voorziet onder meer boetes voor buitenlandse energiebedrijven die brandstof leveren aan Iran of meer dan 20 miljoen dollar per jaar investeren in de Iraanse energiesector. De Senaat zal de wet waarschijnlijk volgende maand goedkeuren.
Volgens verschillende deskundigen, waaronder sommige in de regering-Obama, zouden die sancties het regime in Teheran kunnen versterken. “Ik vrees dat deze sancties, in hun huidige vorm, de internationale eenheid en steun voor onze inspanningen eerder zullen verzwakken dan versterken”, schreef onderminister van Buitenlandse Zaken James Steinberg in een brief aan de Commissie Buitenlandse Zaken in de Senaat.
De zakenwereld is vooral bezorgd over de reactie van andere landen, nu buitenlandse bedrijven mogelijk boetes opgelegd krijgen. Onder meer de Amerikaanse Kamer van Koophandel, de Nationale Associatie van Fabrikanten en de Nationale Raad voor Buitenlandse Handel, waarschuwden het Witte Huis in de brief dat unilaterale sancties het doel eerder ondermijnen dan dichterbij brengen.
Ook de regering-Obama is niet overtuigd van het succes van bijkomende sancties. “We willen de Iraanse regering onder druk zetten, met name de Revolutionaire Garde, zonder meer leed voor de bevolking”, zei minister van Buitenlandse Zaken Hillary Clinton in januari.
“Tot nu toe heeft de Amerikaanse regering altijd gedacht aan sancties als een manier om Iran af te brengen van zijn nucleaire ambities”, zegt Karim Sadjadpour, Iranspecialist bij het Carnegie Endowment. “Ik denk dat ze nu veel meer nadenken over de manier waarop ze democratische hervormingen kunnen doordrukken in Iran.”