Amerikaanse Senaat werpt dam op tegen mediaconcentratie

Nieuws

Amerikaanse Senaat werpt dam op tegen mediaconcentratie

Jim Lobe

17 september 2003

De Amerikaanse Senaat heeft dinsdag een dam
opgeworpen tegen de sterk toenemende mediaconcentratie in de VS. Twaalf
republikeinen steunden het democratische verzet tegen nieuwe regels die de
grote bedrijven toelieten hun greep te versterken op de lokale media.
Burgerrechtenactivisten onthalen de stemming als een belangrijke overwinning
van het algemene belang op het bedrijfsbelang. Maar of het Huis van Afgevaardigden de Senaat zal volgen, is zeer twijfelachtig.

Met vijfenvijftig stemmen tegen veertig verwees de Senaat de regels naar de
vuilbak die de commissie voor Federale Communicatie (FCC) in juni
goedkeurde. Volgens die regels, die werden gesteund door de regering-Bush,
konden televisieketens lokale stations bezitten met een dekkingsgraad tot 45
procent van de totale Amerikaanse bevolking. De vorige regeling hield het
nog op een dekkingsgraad van 35 procent. De nieuwe regels maakten het ook
mogelijk dat één bedrijf in dezelfde markt drie televisie-, acht
radiostations en één kabelmaatschappij bezat.

Op de nieuwe regelgeving van de FCC kwam uit alle hoeken van het politieke
spectrum kritiek. Van de nationale bisschoppenconferentie, over de
consumentenbond tot de belangenvereniging voor vuurwapenbezitters. Allen
waarschuwden dat het proces van mediaconcentratie het aanbod van meningen en
opinies zou doen verschralen, en dat – in een ruimer verband – de
alom geprezen Amerikaanse democratie er onder te lijden heeft. Door een motie
goed te keuren die de regels van de commissie terugfluit, bewijst het
Congres dat het niet ongevoelig is voor die kritiek.

De toenemende macht van de grote mediabedrijven is velen een doorn in het
oog sinds het parlement in het midden van de jaren negentig de beperkingen
op het bezit van radiostations teniet deed. Een bedrijf als Clear Channel,
dat in 1996 nog veertig radiostations bezat, beheert er thans meer dan 1.200
en is marktleider geworden. De politieke consequenties van die concentratie
kwam begin dit jaar aan de oppervlakte toen Clear Channel op grote schaal
“patriottistische” evenementen sponsorde die de bevolking moesten warm maken
voor de oorlog van president Bush in Irak.

De voorzitter van de federale communicatiecommissie, Michael Powell, zei dat
hij geen bezwaren had tegen mediaconcentratie. Volgens Powell, die de zoon
is van de minister van Buitenlandse Zaken Colin Powell, dateerde de
bestaande regelgeving uit een tijd dat mensen alleen maar geïnformeerd
werden door radio, kranten en de bioscoopjournaals (jaren dertig en
veertig). In de eenentwintigste eeuw, zo zeiden Powell en zijn
medestanders, garanderen nieuwe technologieën als kabeltelevisie, satelliet
en internet de toegang tot diverse meningen.

Powell waarschuwde al dat door het afwijzen van de nieuwe regels het hele
regularisatieproces nu “in chaos dreigt te verzinken”. Naar verwachting zal
het Huis van Afgevaardigden de Senaat niet volgen in de stemming. De
republikeinse fractie in het Huis zou loyaler zijn aan president Bush, die
al heeft later verstaan zijn veto tegen de intrekking van de FCC-regels te
gebruiken.

*****
+Leadership
Conference on Civil Rights
(http://www.civilrights.org/issues/communication/details.cfm?id=16412)
+Media Access Project
(http://www.mediaaccess.org/programs/diversity/index.html) +Fairness and
Accuracy in Reporting (http://www.fair.org/media-woes/policy.html)