Aquacultuur wordt bijna twaalf keer groter

Nieuws

Aquacultuur wordt bijna twaalf keer groter

Aquacultuur wordt bijna twaalf keer groter
Aquacultuur wordt bijna twaalf keer groter

10 juli 2012

In nauwelijks dertig jaar is de aquacultuur wereldwijd bijna twaalf keer groter geworden, zegt de VN-voedselorganisatie FAO.

Het grootste deel van de wereldwijde visproductie komt nog steeds uit de (mariene) visvangst, maar het aandeel van gekweekte vis, aquacultuur, wordt steeds groter, blijkt uit het jongste FAO-rapport over visserij en aquacultuur.

Bijna 64 miljoen ton

Dat de wereldwijde visproductie fors groeit, iets meer dan 3 procent per jaar sinds de jaren zestig, is dan ook voor een belangrijk deel op rekening van de aquacultuur te schrijven. Die is de laatste dertig jaar bijna twaalf keer groter geworden, met een jaarlijkse groei van bijna 9 procent.

In 2011 bereikte de aquacultuur een recordpeil van bijna 64 miljoen ton gekweekte vis. De hoeveelheid gevangen vis bedroeg toen 90 miljoen ton. Ter vergelijking: in 2000 werd ongeveer evenveel vis gevangen maar werd maar 32 miljoen ton vis gekweekt, de helft van de aquacultuurproductie vorig jaar.

China en Noorwegen

Het groeiende aandeel van de aquacultuur heeft veel met Azië, en vooral met China te maken. Azië is goed voor bijna 90 procent van alle gekweekte vis, China voor 60 procent.

Zoetwatervissen, vooral karpers, zijn goed voor meer dan de helft (56 procent) van de wereldwijd gekweekte vis. Ze worden gevolgd door weekdieren (24 procent), schaaldieren (10 procent), trekkende vissen (6 procent), vooral zalmachtigen, en mariene vissen (3 procent).

Van sommige soorten wordt nu veel meer gekweekt dan gevangen. Dat geldt bij uitstek voor de Atlantische zalm, waarvan nauwelijks 1 procent nog in het wild wordt gevangen. Net door die kweekzalm is Noorwegen het enige westerse land dat zijn aquacultuur niet ziet stagneren of achteruitgaan. “Dankzij het kweken van Atlantische zalm in kooien op zee is de aquacultuur er gegroeid van 151.000 ton in 1990 naar meer dan 1 miljoen ton in 2010, met een gemiddelde groei van 12,6 procent in de jaren 1990 en 7,5 procent in de jaren 2000”, zegt het FAO-rapport over het Scandinavische land.