Arabieren iets positiever over Amerikaanse president Obama

Nieuws

Arabieren iets positiever over Amerikaanse president Obama

Arabieren iets positiever over Amerikaanse president Obama
Arabieren iets positiever over Amerikaanse president Obama

IPS

04 juni 2014

Arabieren zijn iets positiever over de Amerikaanse president Barack Obama dan drie jaar geleden. Dat blijkt uit een gisteren gepubliceerde opiniepeiling van onderzoeksbureau Zogby Research. Wel zijn ze grotendeels negatief over het Amerikaanse beleid.

Zogby Research peilde de stemming in Egypte, Jordanië, Libanon, Marokko, Saoedi-Arabië, de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) en de Palestijnse gebieden. De respondenten in deze landen zien liever bescheiden bemoeienis van de Verenigde Staten met het Midden-Oosten, dan de agressievere neoconservatieve benadering die Amerikaanse haviken voorstaan.

Verder zeggen flinke meerderheden in verschillende landen dat “goede relaties met de Verenigde Staten” belangrijk zijn voor hun land.

Gemiddeld is de houding ten opzichte van de VS weer op het niveau van 2009, kort nadat Obama aantrad, zegt James Zogby, voorzitter van het Arab-American Institute (AAI) en directeur van Zogby Research. Met de komst van Obama kwam een einde aan acht jaar George W. Bush (2001-2009). De militaire interventies van Bush in Afghanistan en Irak en de bijna onvoorwaardelijke steun aan Israël, deden de populariteit van de VS in de regio dalen tot een dieptepunt in de meeste landen.

Syrië

Uit de peiling blijkt dat Bush in zes van de zeven landen uit het onderzoek het meest negatief beoordeeld wordt van de vier meest recente Amerikaanse presidenten. Zogby zegt dat de Amerikaanse terugtrekking uit Irak en de onderhandelingen om het nucleaire programma van Iran in te dammen, door respondenten in alle landen – behalve Libanon – gezien worden als de twee “meest effectieve” pogingen van de Amerikaanse regering om de uitdagingen waarmee zij kampt in de Arabische wereld aan te pakken.

Ondanks herhaalde druk op Obama van een aantal Arabische leiders – en haviken in de VS – om militair in te grijpen in Syrië en de Syrische president Bashar Al-Assad af te zetten, zijn aanzienlijke meerderheden in de onderzochte landen tegen elke vorm van Amerikaanse betrokkenheid met Syrië. Daaronder vallen ook het instellen van no-fly zones, luchtaanvallen en het leveren van meer geavanceerde wapens aan rebellen.

De respondenten konden twee mogelijkheden kiezen uit zes beleidsopties voor de VS, met betrekking tot de al drie jaar durende burgeroorlog in Syrië. Meerderheden van 51 procent (VAE) tot 82 procent (Marokko) in alle zeven landen kozen voor het verstrekken van humanitaire hulp aan vluchtelingen.

Zeven van de tien Marokkaanse en Libanese respondenten koos de optie “Laat Syrië met rust”, evenals 54 procent van de Jordaniërs. De op twee na populairste optie in de overige landen – waarvan Egypte het hoogst scoorde – was “druk uitoefenen op de partijen” om te onderhandelen over een transitieregering.

Er was praktisch geen steun voor directe militaire interventie door de VS in Syrië, ondanks het feit dat uit een recente opiniepeiling van het Pew Research Center bleek dat zes tot zeven van de tien respondenten in Palestina, Jordanië, Egypte en Tunesië een “zeer negatief beeld” van Assad heeft.