Argentinië en Afghanistan zijn te arm om hun bijdragen te betalen
Thalif Deen
20 november 2002
Afghanistan en Argentinië zitten zozeer in
geldnood dat zij de Verenigde Naties (VN) hebben gevraagd hun jaarlijkse
bijdragen te verminderen. Beide landen hebben de bijdragencommissie van de
VN meegedeeld dat zij de verschuldigde bijdragen niet kunnen betalen omwille
van ernstige economische problemen aan het thuisfront.
Het verzoek is ongewoon, maar niet uniek, weet een Latijns-Amerikaans
diplomaat. Vorig jaar hebben de Verenigde Staten (VS) na een uitputtingsslag
met andere lidstaten een vermindering gekregen van hun aanslag van 25 tot 22
procent van de jaarlijkse VN-begroting van bijna 1,2 miljard euro. Het
verzoek van de VS was gebaseerd op politieke en niet op economische redenen.
Washington wilde dat andere lidstaten een groter deel van de lasten van het
VN-budget zouden dragen. Volgens de huidige berekeningen, een bijzonder
ingewikkelde aangelegenheid die rekening houdt met de economische situatie
van een land, zoals het Bruto Binnenlands Product (BBP), het per capita
inkomen en het bevolkingsaantal, is de aanslag voor elke lidstaat gebaseerd
op de ‘betaalkracht’.
Argentinië neemt dit jaar ongeveer 1,1 procent van het gewone jaarbudget van
de VN voor zijn rekening. De regering heeft gevraagd dat aandeel volgend
jaar te laten zakken tot 0,969 procent - ruim 11,5 miljoen euro. De
Argentijnse ambassadeur Arnoldo M. Listre weet dat een bijdrageregeling die
is vastgelegd door de Algemene Vergadering van de VN ten minste drie jaar
niet mag worden gewijzigd. De huidige afspraken gelden tot in 2003. Maar hij
wijst er ook op dat de VN-regels wel een uitzondering toestaan wanneer zich
belangrijke wijzigingen voordien in het vermogen tot betalen. We beseffen
wel dat dit een precedent kan scheppen, aldus Listre. Maar hij voegt er aan
toe dat de ‘betaalkracht’ van Argentinië ingrijpende veranderingen heeft
ondergaan sinds het begin van de zware economische crisis.
In een brief aan de bijdragencommissie beschrijft de ambassadeur hoe de
economische malaise heeft geleid tot een scherpe stijging van de
werkloosheid, die eind 2001 18,3 procent haalde. 35 procent van de inwoners
van de hoofdstad Buenos Aires leeft onder de armoedegrens. Het BBP van
Argentinië is in 2001 met 4,3 procent gedaald en de investeringen zijn met
15,9 procent teruggelopen. Bovendien voorspelt het Internationaal Monetair
Fonds voor 2002 een verdere inkrimping van het BBP met 10 tot 15 procent.
Groei zou niet te verwachten zijn voor 2004.
Ook ambassadeur Ravan A.G. Farhadi van Afghanistan heeft een gelijkaardige
brief aan de commissie gericht. Hij stelt dat de economische infrastructuur
van het land in puin ligt na 23 jaar gewapende conflicten en buitenlandse
agressie. Hij wijst er verder op dat Afghanistan een van de landen is die
het slechtst scoort op het vlak van menselijke ontwikkeling en dat het land
bovendien momenteel te lijden heeft onder een rampzalige droogte. Volgens de
huidige berekeningen moet Afghanistan dit jaar ongeveer 96.600 euro betalen
aan de VN, of 0,008 propcent van het jaarlijkse budget. Kabul wil dat bedrag
verlagen tot 0,001 procent of ongeveer 12.000 euro.
De Europese Unie en Canada hebben al ernstig voorbehoud gemaakt tegen het
verzoek van beide landen. Zij vrezen dat dit een precedent zal scheppen voor
andere landen met financiële problemen. De VS, die veeleer geneigd is steun
te verlenen aan Afghanistan om politieke redenen, blijft volgens diplomaten
voorlopig afwachtend aan de zijlijn staan. De bijdragencommissie is van plan
het verzoek van beide landen te steunen, net als de groep van 77, een
samenwerkingsverband van 133 ontwikkelingslanden en China. Als de Europese
Unie, Canada en de VS dwars blijven liggen, komt er begin december een
stemming in de 191 leden tellende Algemene Vergadering. Maar volgens
diplomaten zullen ambtenaren uit de VS proberen een stemming te vermijden
door een compromis naar voren te schuiven, dat duidelijk stelt dat het
ingaan op deze verzoeken geen precedent mag scheppen.
Intussen hebben acht andere landen in geldnood - Burundi, de Comoren,
Georgië, Guinee-Bissau, Moldavië, Sao Tomé en Principe, Somalië en
Tadzjikistan - de Algemene Vergadering gevraagd opnieuw het stemrecht te
krijgen dat zij hadden verspeeld door een aantal bijdragen niet te betalen.
Landen die meer dan twee jaar betalingsachterstand hebben, mogen niet meer
stemmen in de VN. Een uitzondering kan evenwel worden toegestaan, wanneer de
Algemene Vergadering bepaalt dat de wanbetaling te wijten is aan
omstandigheden waar de lidstaat geen invloed op heeft.