Azerbeidzjaanse journalist wint prijs van de persvrijheid
Liesbet Van Hoe
27 april 2012
Eynulla Fatullayev, een journalist en mensenrechtenactivist uit Azerbeidjan, is de winnaar van de jaarlijkse Guillermo Cano prijs. Deze prijs zal door Unesco worden uitgereikt op 3 mei, de Dag van de Persvrijheid. Dit evenement vindt plaats in Tunis en moet het prille democratiseringsproces in Afrika aanmoedigen.
Eynulla Fatullayev is omwille van zijn standvastigheid in het verdedigen van persvrijheid verkozen als winnaar van de Guillermo Cano prijs. Unesco reikt deze prijs jaarlijks uit om aandacht te schenken aan een individu of organisatie die het recht op vrije meningsuiting verdedigt. Fatullayev is 35 jaar oud en werd geboren in Azerbeidjan. Hij werd opgesloten in 2007, maar bevrijd door de amnestie van de president. In 2011 startte hij de onafhankelijke Publieke Unie voor Mensenrechten op.
In 1993 werd 3 mei door de Verenigde Naties uitgeroepen tot wereldwijde Dag van de Persvrijheid. Dit jaar gaat dit evenement door in Tunis, de hoofdstad van Tunesië. ‘Het is belangrijk om dit jaar dit evenement in Afrika te laten doorgaan, om het begonnen democratiseringsproces aan te moedigen’, zegt Janis Karklins, Assistent Directeur Generaal voor Communicatie en Informatie bij Unesco.
‘Helaas kunnen we op korte tijd geen grote concrete veranderingen realiseren. Er zijn jaren nodig om gewoontes en overtuigingen die men levenslang gehoord heeft te veranderen’, aldus Karklins. ‘Deze dag zien we wel als een belangrijke schakel binnen het veranderingsproces en uiteraard zullen we niet stoppen na dit evenement.’
Het belang van democratie
Vaak gaat de overheid akkoord met het beschermen van de persvrijheid, maar wordt dit burgerrecht in praktijk wel geschonden. ‘De jeugd en technologische vernieuwingen spelen een grote rol de dag van vandaag’, zegt Karklins. ‘Zo kunnen vertaalmachines op internet oplossingen bieden. Toch blijft het noodzakelijk om te investeren in Arabische vertalingen om de toegang tot informatie te vereenvoudigen.’
Volgens Human Rights Watch, een organisatie die onderzoek voert naar mensenrechten, wordt in Eritrea, Turkmenistan en Noord-Korea het minst persvrijheid verleend. In deze landen heersen regimes die deze burgerlijke vrijheden niet erkennen. De staat controleert de media en grijpt ook vaak actief preventief in. De situatie is ook in Syrië, Iran en China alarmerend.