Balkan vreest voor lidmaatschap EU
Vesna Peric Zimonjic
02 juni 2005
De Balkanlanden reageren beteuterd op het gebrek aan eenstemmigheid binnen de EU waarvan zij zo graag lid zouden worden. Ze vrezen dat de afkeuring van het grondwettelijk verdrag door Frankrijk en Nederland wijst op een groeiend verzet tegen de verdere uitbreiding van de EU.
Politici uit de meerderheid in Servië, Macedonië, Kroatië, Roemenië en Bulgarije proberen de moed erin te houden. De idee van een Verenigd Europa wordt niet bedreigd, verklaarde de Kroatische premier Ivo Sanader. Dit is niet het einde van de integratie; Europa is niet compleet zonder de Balkan, maakt de Servische president Boris Tadic zich sterk. De premier van Macedonië, Vlado Buckovski, drukt het ietwat voorzichtiger uit: hij hoopt dat het ‘neen’ van sommige landen niet betekent dat nieuwe landen niet meer kunnen toetreden tot de EU.
Slovenië werd vorig jaar binnengehaald door de EU, en de overige deelstaten van het voormalige Joegoslavië willen allemaal deel uitmaken van de unie omdat ze denken dat hun economie daar wel bij zal varen. Op Servië na voeren ze al allemaal toetredingsgesprekken. Tot voor kort gaven experts Kroatië en Macedonië een grote kans om al rond 2010 te kunnen toetreden. Servië, dat onder Milosevic tien jaar lang helemaal geïsoleerd bleef, begint pas in oktober aan onderhandelingen en kan waarschijnlijk niet voor 2012 bij de unie komen.
Roemenië en Bulgarije, de grootste twee Balkanlanden die een andere geschiedenis hebben dan de landen van voormalig Joegoslavië, hebben al toetredingsverdragen ondertekend. Ze moeten eigenlijk in 2007 lid worden. Helemaal gerust zijn die twee landen daar niet meer in. De Europese integratie is een strategisch langetermijnproces en mag niet verstoord worden door referenda, waarschuwt de Bulgaarse minister van Buitenlandse Zaken, Solomon Passi. The Roemeense regering suste haar burgers door te verklaren dat er geen wettelijke samenhang bestaat tussen de stemming over het grondwettelijk verdrag en de uitbreiding van de EU.
Maar sommige kiezers in Frankrijk en Nederland lijken wel degelijk uiting te hebben gegeven aan hun gevoel dat de uitbreiding van de EU te ver gaat. Vooral de mogelijke toetreding van Turkije was zowel in Frankrijk als in Nederland een discussiepunt.
Dat gaat niet ongemerkt voorbij in de Balkan. Het ‘neen’ zal het euroscepticisme in de Balkanlanden doen toenemen, voorspelt Milica Delevic, een politicologe uit Belgrado. De mensen hier zijn zich ervan bewust dat de neestemmen een soort van straf zijn voor de uitbreiding van de EU tot 25 lidstaten vorig jaar. Dat kan uitgespeeld worden tegen voorstanders van het lidmaatschap.
Tomislav Nikolic, de leider van de ultranationalistische Radicale Partij in Servië, loste meteen een eerste salvo. We moeten nog eens nadenken over onze haast om deel uit te maken van de EU, zei Nikolic in het Servische parlement. Zijn partij was een bondgenoot van sterke man Slobodan Milosevic tot die in 2000 van de macht verdreven werd. De radicalen zijn de op één na grootste partij in Servië en willen dat het land weer een isolationistische koers gaat varen.
De meeste waarnemers in de Balkan geloven dat het integratieproces zal vertragen maar niet helemaal zal stilvallen. Volgens recente peilingen is 62 procent van de Serviërs en 75 procent van de Kroaten voor toetreding tot de EU. Maar scepticisme is er wel. In Kroatië vreest 55 procent van de mensen dat ze hun nationale identiteit zullen kwijtspelen in de EU. In sommige krantartikels werd de EU zelfs al vergeleken met de Joegoslavische federatie, waarbinnen de Kroaten politiek gedomineerd werden door de Serviërs. Ook in Servië leggen nationalistische media sterk de nadruk op de problemen die nieuwe lidstaten kennen in de EU. (PD/MM)