Baltische staten beschuldigd van discriminatie

Nieuws

Baltische staten beschuldigd van discriminatie

Kester Kenn Klomegah

17 maart 2011

De Russische minderheden in zowel Letland, Estland en Litouwen klagen over grootschalige schendingen van hun politieke en sociale rechten.

De Russische overheid en internationale organisaties klagen al langer over de discriminatie van Russen in de Baltische staten. Neem bijvoorbeeld het werkgelegenheidsbeleid in Letland en Estland: personen die geen Ests of Lets staatsburger zijn, mogen er niet tewerkgesteld worden. Grote groepen etnische Russen die er al decennialang wonen, zijn nog geen staatsburger. Volgens Rusland wordt daardoor het recht op werk, een elementair mensenrecht, niet gerespecteerd door de Baltische regeringen.

Niet alleen de Russische overheid, maar ook de Russen in de Baltische staten strijden voor meer gelijkwaardigheid. Na het ineenstorten van de Sovjet-Unie in 1991 hebben de Russische minderheden in de verschillende Baltische staten zich verenigd en een campagne gelanceerd om erkend te worden als staatsburgers. Ze stelden bovendien voor dat het Russisch de tweede nationale taal in de regio werd. De Baltische staten zijn tot nog toe niet ingegaan op de voorstellen van de verenigde Russische minderheden.

In een recente verklaring herhaalde de Russische overheid haar standpunt: volgens Moskou moeten Estland en Letland zo snel mogelijk ophouden met het ontkennen van nationale rechten aan etnische Russen. Moskou is van mening dat Estland en Letland zich moeten houden aan alle internationale resoluties inzake raciale en etnische discriminatie. Nog volgens de verklaring heeft Moskou de hulp ingeroepen van de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties. Daarnaast zou Vladimir Poetin de Europese Unie aangespoord hebben om haar mensenrechtenbeleid in de Baltische staten te herzien. Hij waarschuwde de EU voor ‘dubbele standaarden’, drukte op de naleving van het EU-kaderverdrag inzake de bescherming van nationale minderheden en het handhaven van het  Europees Handvest voor regionale talen of talen van minderheden.

De discriminatie tegen de Russische minderheden is meermaals besproken door de Europese Raad, de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa en door de VN-raad tegen rassendiscriminatie. Allemaal hebben ze gewezen op de noodzaak van nieuwe Baltische wetten die in overeenstemming zijn met internationale standaarden en de bepalingen over mensenrechten in de Europese Unie.

Russische autoriteiten verantwoordelijk

Volgens Heiko Pääbo, hoofd van het Centrum voor Baltische Studies aan de Universiteit van Tartu in Estland, is de Russische overheid echter mede verantwoordelijk voor de voortdurende discriminatie. ‘In plaats van steeds opnieuw de Baltische staten te beschuldigen van discriminatie, zouden de Russische autoriteiten hun burgers juist moeten aanmoedigen om de Baltische talen aan te leren en het staatsburgerschap aan te vragen’, aldus Pääbo.

Alle maatregelen van de Russische overheid om het probleem in te dijken zijn contraproductief gebleken, aldus Pääbo. Eén belangrijk voorbeeld is het visumbeleid van Rusland. ‘Sinds enkele jaren geleden heeft Rusland de visumplicht voor ‘niet-burgers’ van Baltische staten afgeschaft. Dat is handig voor degenen die vaak op familiebezoek gaan in Rusland. Maar tegelijk heeft het ervoor gezorgd dat Russen in de Baltische staten minder gemotiveerd zijn om het Letse of Estse staatsburgerschap aan te vragen: Estse en Letse staatsburgers moeten namelijk net wél een visum aanvragen voor Rusland’, legt Pääbo uit. Pääbo is van mening dat de Russische houding een cruciale factor is die de integratie van Russen in de Baltische staten belemmert.

Litouws mensenrechtenexpert Vadim Poleshchuk ziet nog andere redenen voor het probleem: ‘In 1992, net na de onafhankelijkheid van de Baltische staten, bestond maar liefst dertig procent van de bevolking uit Russen zonder staatsburgerschap. Die konden vanaf dat moment genaturaliseerd worden, maar dat ging niet altijd even gemakkelijk: om in te burgeren moet je Ests of Lets spreken. De taaltests waren een groot probleem voor de oudere generaties. Desondanks is de helft van de alle minderheden in Estland en Letland er nu volwaardig staatsburger.’